Oud nieuws in de verjongingsketel gegooid – Lughnasadh 2014

Plaquette

Nog geen jaar na de onthulling van het blauwe bordje in Brighton ter herinnering aan Doreen Valiente , “Poet, Author and Mother of Modern Witchcraft” is er nu ook een plaquette die Gerald Brosseau Gardner, “Father of Modern Witchcraft” herdenkt. In Highcliffe, Dorset werd op de 130e verjaardag van Gardner, vrijdag de dertiende juni, de dag van volle maan, het bordje onthuld.

Gardner werd als kind naar Madeira gestuurd om daar op te groeien, omdat men dacht dat het warme klimaat beter was voor zijn astma. Als jongeman vertrok hij naar de Britse koloniën, waar hij werk vond als ambtenaar bij rubberplantages. Hij interesseerde zich voor de gebruiken en opvattingen van de lokale bevolkingen en schreef over hun magische praktijken. Op zijn 52ste ging hij met pensioen en verhuisde naar Engeland, waar hij in contact kwam met occultisten van divers slag.

In 1939 werd hij naar eigen zeggen ingewijd in de coven van New Forest. De leden van die heksengroep zouden aanhangers zijn van een voorchristelijk geloof dat ten tijde van de heksenvervolgingen ondergronds was gegaan. Gardner zette zijn ideeën hierover uiteen in Witchcraft Today en The Meaning of Witchcraft. Deze boeken werden gepubliceerd in de jaren nadat in Engeland een achttiende-eeuwse wet tegen hekserij was vervangen door een verbod op oplichterij door mediums. Hierdoor kwam hekserij als alternatieve levensbeschouwing en –praktijk in de publieke belangstelling te staan.

Historici hebben bedenkingen bij Gardners schets van de geschiedenis van de hekserij. “Hij was bijzonder innemend (…) maar een beetje een trickster-figuur. De meesten die hem hebben gekend, vonden hem een leuke vent, maar ietwat onbetrouwbaar met betrekking tot hekserij,” zei professor Ronald Hutton tegen de BBC .

plaquette

De plaquette op het huis Southridge in Highcliffe, Dorset (foto: Centre For Pagan Studies)

Buitenlandse pagans waren overwegend enthousiast, maar in Nederlandse wiccakringen leken veel heksen de publieke aandacht voor hun ‘moeder’ en ‘vader’ overdreven poeha te vinden. De Britse satirische website The Poke verzon een aantal plaquettes voor Gewone Mensen, zoals “Game of Thrones-fan (1975-2014). Leidde hier een fantasieleven. Was bereid de IJzeren Prijs te betalen. Stierf door Red-Bullvergiftiging.” en “Babyboomer (1945-2010). Zag hier alle zekerheden van zijn generatie vervliegen. Liefhebber van porno.” Gardner had er vast hartelijk om kunnen lachen!

Gedenkteken

Op dezelfde dag dat in Engeland de Gardnerplaquette werd onthuld, werd in Glarus in Zwitserland een gedenkteken ingehuldigd ter herinnering aan Anna Göldi, de “laatste heks van Europa”, d.w.z. de laatste die op beschuldiging van hekserij ter dood is veroordeeld. In Europa hadden toen al ruim vier decennia geen heksenprocessen meer plaatsgevonden.

Anna Göldi was dienstmeisje bij een dokter en magistraat in Glarus. Volgens de aanklacht had ze de achtjarige dochter van haar baas vergiftigd. Eerder werd gezegd dat ze spelden in de melk en het brood van het meisje had getoverd, waardoor het kind ziek werd. Onder marteling bekende ze een pact met de duivel te hebben gesloten, maar die verklaring trok ze later weer in. Toch werd ze veroordeeld en op 13 juni 1782 werd ze in Glarus onthoofd.

Anna had een seksuele verhouding met haar baas. Aangenomen wordt dat hij met het proces zijn reputatie wilde beschermen. Dat ze uit een andere streek in Zwitserland afkomstig was, speelde ook een rol bij haar veroordeling. Het proces was destijds al omstreden en er is in de loop der tijd veel aandacht aan besteed.

In 2007 verscheen het boek Der Justizmord an Anna Göldi. Neue Recherchen zum letzten Hexenprozess in Europa (De gerechtelijke moord op Anna Göldi. Nieuw onderzoek naar het laatste heksenproces in Europa) van journalist en jurist Walter Hauser. Een jaar later werd Göldi officieel onschuldig verklaard. Volgens Hauser was zij daarmee niet alleen de laatste ‘heks’ van Europa, maar ook de eerste van wie het doodvonnis formeel werd herroepen.

Het monument in Glarus is bedacht door het kunstenaarsduo Regula Hurter en Uri Urech. Het bestaat uit een eeuwig brandend licht achter twee ronde ramen boven in het gerechtsgebouw, als symbool voor hoop, troost en leven. Op de parkeerplaats voor het gebouw (de oorspronkelijke executieplaats) wijdt een opschrift het “licht daarboven” toe aan “alle slachtoffers van gerechtelijke willekeur, politieke vervolgingen en bijgelovige veroordelingen. Wereldwijd.” Behalve het monument is er in Glarus een Anna Göldi-museum.

Geschiedschrijving

In Onkruid (mei/juni) stond een aardig, zij het ‘ietwat onbetrouwbaar’ (om met professor Hutton te spreken) artikel over heksen in de geschiedenis. Het gaat uit van hekserij als oude natuurreligie met een “esoterische moedergodin”. Die religie is volgens deze lezing vanaf de tijd dat de Romeinen christenen werden, steeds sterker onderdrukt, met name door de kerk maar ook door de opkomende farmacie die geen concurrentie van natuurgeneeswijzen duldde. Pas ten tijde van de Verlichting ging men hekserij zien als primitief bijgeloof. Men realiseerde zich dat de angst voor heksen meer zei over degenen die daar bang voor waren, dan over degenen die van hekserij werden beschuldigd.

Deze kijk op de geschiedenis is voor een groot deel terug te voeren op de geromantiseerde geschiedenis La sorcière (De heks) van de 19de-eeuwse historicus Jules Michelet. Een interessant en invloedrijk boek, beslist de moeite waard om eens gelezen te hebben (zowel de Franse versie als een Engelse vertaling zijn op internet te vinden), maar zoals bij wel meer boeken geldt: beter niet al te letterlijk te nemen.

Hekserij voor de massa

Over Gerald Gardner schrijft Onkruid: “Hij wilde magie op grotere schaal gaan gebruiken en wicca naar de massa brengen. (…) Hij vond zijn publiek, honderden mensen wilden in de vijftiger jaren heks worden: terug naar de harmonie van de seizoenen van de aarde, in het ritme van de natuur. (…) Bij de sociale revolutie in de jaren zestig vond wicca door zijn feministische en ecologisch vriendelijke toon een harmonieuze klik met de flowerpowerbeweging.”

Zonder dogma’s

Het daaropvolgende artikel ‘Een heksenkring voor iedereen’ gaat over Aellora Freia, hogepriesteres van de coven ‘Fryske Moanne’ (Friese maan(d)), die bijeenkomt in Friesland, soms in de natuur en soms in een voormalige kerk. Aellora noemt drie verschillende stromingen in de moderne hekserij: Gardnerians, Alexandrians en Traditionals. Haar eigen coven ontstond zes jaar geleden in Noord-Holland, toen enkele solitaire heksen samenkwamen en hun rituelen op elkaar gingen afstemmen.

In de hekserij van de Fryske Moanne zijn drie graden te behalen: de eerste geeft aan dat je al iets weet van hekserij, rituelen meemaakt en meer wilt leren. Voor een tweedegraads inwijding schrijft iemand zelf het ritueel, waarin de heks symbolisch sterft en een nieuw leven begint. Derdegraads heksen zijn hogepriesteressen of hogepriesters. Zij kunnen een eigen coven beginnen. Om daarin een eigen vorm te vinden, is er dan een jaar en een dag geen contact meer met de oude coven. Een coven bestaat uit minimaal drie, maar idealiter vijf tot acht leden.

Fryske Moanne is een coven zonder dogma’s, zegt Aellora, waarin iedereen zich creatief kan uiten en in zijn waarde wordt gelaten, en zij voelt zich als hogepriesteres niet verheven boven de anderen. Iedereen kan van elkaar leren en niemand is ooit uitgeleerd. Ze houdt haar covenbijeenkomsten het liefst buiten. Ze schaamt zich niet voor haar natuurreligie en vindt het niet nodig zich te verbergen. Andere covens durven zich niet goed te laten zien: als die buiten werken, doen ze eerst een onzichtbaarheidsritueel.

Zonnewende

Bij de zomerzonnewende waren dit jaar in Stonehenge naar schatting 37.000 bezoekers zichtbaar. Het was weer een heel festival, waar rituelen werden gehouden en acties gevoerd, maar ook werd gefeest en gedanst. Volgens kenners was de zonsopkomst de mooiste in tien jaar.

In een midzomerweekendbijlage met het thema ‘De mythologiserende mens’ besteedde de Volkskrant aandacht aan de zonnewende. Druïde Jurre Yntema vertelde daarin dat hij met vierhonderd druïden uit de hele wereld zou deelnemen aan een ceremonie bij Stonehenge, waarbij het niet zozeer om de ceremonie zelf gaat, maar om een natuurlijk bewustzijn van het moment in het jaar: de oogsttijd komt er aan, hoe staat het ervoor met alles wat je hebt geplant of gepland?

Astrologe Liz Hathway viert het thuis, met een altaar met zomerse kruiden en schelpen. Ze legt uit dat een zonnewende een keerpunt is en daarmee een goed moment is om een nieuwe start te maken.

Voor de heks Esther van der Weide is het de tijd om gebruik te maken van de energie van de vurige zon om goede voornemens uit te voeren, en de groei en overvloed van het leven te vieren. Zij viert het feest met haar coven. Ze dansen om een vuur en gooien zakjes kruiden in het vuur om zorgen te verdrijven.

Archeoloog Mike Parker Pearson vertelde de journalist van de Volkskrant dat vondsten van varkensbotten bij Stonehenge er op wijzen dat in de prehistorie waarschijnlijk de winterzonnewende het grote feest was waarvoor mensen van heinde en verre naar de steencirkel kwamen. Maar hij heeft begrip voor moderne bezoekers die de zomerzonnewende prefereren: “in de midwinter is het gewoon veel te koud.”

De Morgen wist te vertellen dat de stenen van Stonehenge een “luid, klingelend geluid” maken als er op wordt geslagen, als een stenen klokkenspel. Men denkt dat prehistorische bezoekers op die manier muziek maakten bij hun feest. Die van tegenwoordig gebruiken trommels.

Op reis

In een bijlage van Trouw (ook op 21/6) schreef Anniek van den Brand over een georganiseerde ‘energiereis’ die ze maakte naar Stonehenge en Glastonbury Tor. Bij een meditatie op de heuvel van Glastonbury sprak ze in haar hoofd met haar gestorven vriendin, die opmerkte dat doodgaan net zoiets is als een bevalling, maar dan andersom.

Een week eerder schreef Karen Meirik over haar reizen naar de menhirs in Bretagne. Een gids in Carnac had verteld dat vroeger de vrouwen die een kind wilden krijgen, met hun buik over zo’n opgerichte steen wreven. Dan zouden ze binnen het jaar zwanger zijn. Zij had het stiekem uitgeprobeerd en acht maanden later was ze weer in Bretagne – zeven maanden zwanger!

De menhirs van Carnac staan in lange rijen achter elkaar. Een legende vertelt dat de stenen Romeinse soldaten waren, die werden achtervolgd door de heilige Cornelius en in hun vlucht werden versteend. Omdat de rijen van oost naar west lopen en daarmee min of meer de opkomst en ondergang van de zon bij de lente- en herfstevening aanwijzen, denken sommigen dat er sprake is van een soort zonnekalender.

Babylon

“Hoe zou het komen,” vroeg mijn moeder zich onlangs hardop af, terwijl ze peinzend naar haar tien vingers keek, “dat in heel veel talen de getallen pas vanaf 13 een naam hebben met tien er in: der-tien, veer-tien, maar dat elf en twaalf aparte woorden zijn net zoals acht, negen, tien?” – “Twaalf is een dozijn,” zei ik. “Misschien dat die manier tellen, van rekenen in 12-tallen, zich uit Mesopotamië over de wereld heeft verspreid? In elk geval hadden ze daar al vroeg een geavanceerde wiskunde, gebaseerd op de hemel en de tijd: het jaar verdeeld in twaalven, een cirkel van 360 graden …”

Over die Mesopotamiërs had ik namelijk juist iets gelezen in de Volkskrant-bijlage over ‘de mythologiserende mens’: “[De Babyloniërs] rekenden met vijf cijfers achter de komma in het zestigtallig stelsel en ze kenden de stelling van Pythagoras.” Volgens archeo-astronoom Teije de Jong besteden geschiedenisboeken veel te weinig aandacht aan de Mesopotamische cultuur.

Teije de Jong hielp als jongen in de jaren vijftig zijn moeder met de berekeningen voor het trekken van horoscopen. Hij raakte gefascineerd door de cultuur waaruit de astrologie was voortgekomen. Toen hij ging studeren, verruilde hij de horoscopen voor astrofysica.

Naast zijn werk als sterrenkundige bleef hij belangstelling houden voor het oude Babylon. Op een congres ontmoette hij mensen die bezig waren met kleitabletten waarop in spijkerschrift iets over Saturnus stond. De Jong had computerprogramma’s ontwikkeld om planeetposities in de oudheid te berekenen en kon ze helpen. Uit dit contact ontstond een vruchtbare samenwerking tussen assyriologen en sterrenkundigen.

De Babyloniërs geloofden dat de wil van de goden was af te lezen aan de positie van planeten aan de hemel, zonsverduisteringen en dergelijke. Daarom noteerden ze bij belangrijke gebeurtenissen nauwkeurig de hemelse en andere omstandigheden. Aan de hand van de verzamelde gegevens in die ‘Hemelboeken’ probeerden ze destijds politieke voorspellingen te doen; door diezelfde informatie is men nu in staat historische gebeurtenissen en dynastieën die zijn beschreven op kleitabletten, nauwkeurig te dateren.

kalender

Kalenderbladen voor het schooljaar 1970-71, met data in spijkerschrift, oud-Indiase cijfers en computercijfers uit het Aquariustijdperk (klik op het plaatje voor een groter beeld)

Werelderfgoed

‘De Mesopotamische cultuur’ die er zo bekaaid vanaf komt in de geschiedschrijving, bestrijkt een periode van duizenden jaren. De Babylonische en Assyrische perioden daarin lopen vanaf de vroege bronstijd tot in de late oudheid. In de eerste en tweede eeuw n.C. was de stad Hatra, in het huidige Irak, er een belangrijk religieus en commercieel centrum.

De locatie staat op de Werelderfgoedlijst van UNESCO. Horrorfans kennen Hatra uit het begin van de film The Exorcist. Pater Merrin krijgt daar tijdens een archeologische opgraving te maken met de demon Pazuzu. In werkelijkheid was het voorchristelijke tempelcomplex van Hatra gewijd aan Shamash, de zonnegod.

Na de val van Saddam probeerden Amerikanen de bekendheid van de horrorfilm te gebruiken om toerisme naar het gebied te stimuleren: ‘The Exorcist Experience’! Maar door de burgeroorlog bleven de toeristen weg.

In juni viel Hatra in handen van soldaten van plaatselijke stammen en ISIS-strijders. Iraakse politieagenten die de tempels moesten beschermen, waren gevlucht. Vervolgens werd het gebied zwaar gebombardeerd door vliegtuigen van de regering. Men vreest dat de tempels niet veilig zijn voor plunderaars en jihadistische beeldenstormers, en schade oplopen door de bombardementen.

Vele namen

ISIS, schreef ik hierboven, want dat is de afkorting die in de meeste media wordt gebruikt voor de jihadistische groepering: Islamitische staat in Irak en (groot-) Syrië / Islamic State in Iraq and al-Sham. In het Arabisch: al-Dawla al-Islamiya fi-l ‘Iraq wa al-Sham. Vertegenwoordigers van de Verenigde Naties en de VS vertaalden ‘al-Sham’ met ‘de Levant’ en kwamen tot de afkorting ISIL. In de Arabische wereld gebruiken sommigen de afkorting Da’ish, kennelijk een onvriendelijke aanduiding, hoewel het geen bestaand woord schijnt te zijn.

Pagans over de hele wereld stoorden zich eraan dat in de verslaggeving over het Midden-Oosten steeds de naam van de godin Isis leek te vallen, wanneer het in feite over de terreurbeweging ging. “Hoe lang nog, voor aanhangers van Isis worden aangezien voor terroristen?” vroeg iemand zich af. De Fellowship of Isis en de Pagan Federation riepen iedereen en in het bijzonder de media op, voortaan de afkorting ISIL te gebruiken, om te voorkomen dat er in het onbewuste van de mensen een connectie zou ontstaan tussen de godin en islamistische militia’s.

Mogelijk waren ze bij ISIL zelf ook niet gelukkig met de associatie met een heidense godin. Toen ze hun kalifaat uitriepen, verklaarden ze meteen dat de groepering voortaan moest worden aangeduid als IS: Islamitische Staat. Zelf spreken ze, nog korter, over ‘al-Dawla’: de Staat.

Op Facebook wees een enkeling er op, dat ‘Isis’ niet de oorspronkelijke Egyptische, maar de Grieks-Romeinse naam van de godin was. In het oude Egypte klonk haar naam waarschijnlijk als ‘Aset’ of iets dergelijks. Een hermetische website gaat uitvoerig in op de Egyptische uitspraak en schrijfwijze, en verzekert de lezer dat het de godin niet uitmaakt hoe je het uitspreekt of hoe je haar noemt, zij weet heus wel wie je bedoelt. Het Dodenboek leert dat zij Iset Nudjerit em Renus Nebu is: Isis, Godin van Alle Namen.

Verstoorde fee

Had de boze fee in het sprookje van Doornroosje oorspronkelijk een naam? Ik herinner me alleen dat ze ‘de dertiende’ was, en niet werd uitgenodigd omdat de koning en koningin maar twaalf gouden borden hadden. Later dacht ik dat de fee misschien wel Eris (‘Twist’) heette en dezelfde was als de Griekse godin die niet werd uitgenodigd op de bruiloft van Thetis en Peleus, omdat men geen Ruzie op het feest wilde.

The Independent weet te vertellen dat de fee in het achttiende-eeuwse sprookje van Charles Perrault niet werd uitgenodigd omdat ze al zo oud was dat men dacht dat ze wel dood zou zijn. Van Wikipedia begrijp ik dat de fee toen inderdaad nog geen naam had, maar later werd gelijkgesteld aan Carabosse, een boze fee of heks die ook in andere verhalen voorkwam. ‘Carabosse‘ betekent zoiets als ‘de Gebochelde’. In de bewerking van het sprookje door de gebroeders Grimm werd ze ‘de Dertiende’. Pas toen er in 1959 een Disneyfilm van het sprookje werd gemaakt, kreeg de fee de naam Maleficent, die associaties oproept met de kwaadaardige heksen uit de Malleus Maleficarum, de Heksenhamer.

Eind mei kwam er een nieuwe film in de bioscopen, dit keer met Maleficent in de hoofdrol, gespeeld door Angelina Jolie. Maleficent groeit in deze versie van het verhaal op als een onschuldig, zorgeloos feetje in de natuur. (Heet ze dan al Maleficent?) Ze wordt pas boos en wraakzuchtig als een koning met zijn leger haar gebied binnenvalt en de vrede verstoort. Volgens recensies in Trouw is het “een film vol girlpower” die “gaat over rancune versus veerkracht, wreedheid versus zorgzaamheid, liefde versus haat; en over dochters die meer aan peetmoeders hebben dan aan prinsen.” Op Facebook las ik veel enthousiaste reacties van mensen die de film hadden gezien.

Nog een monument

Eerherstel dus voor historische (Anna Göldi) en fictieve heksen (Maleficent). En hoe staat het met degene die traditioneel voor het opperhoofd van de heksen werd gehouden, de duivel? Volgens een artikel in Trouw (april) is Satan weer helemaal terug onder jonge christenen. Maar dan werkelijk als de kracht van het Kwaad, niet als miskende rebel tegen God, wiens verhaal nu eindelijk eens vanuit zijn perspectief wordt verteld.

Oklahoma in de VS wordt wel “de Bible Belt van de Bible Belt” genoemd. Bij het regeringsgebouw aldaar heeft iemand twee jaar geleden een monument laten plaatsen waarop de christelijke Tien Geboden staan. Leden van de New Yorkse Satanic Temple zijn daarop een campagne begonnen om pal daarnaast een beeld van Baphomet te laten neerzetten. De campagne leverde meer geld op dan strikt noodzakelijk en een kunstenaar is inmiddels begonnen met de uitvoering van het beeld, dat ruim twee meter hoog moet worden en in brons gegoten. Baphomet draagt een vlak op zijn schoot liggende lendendoek (sommige zaken gaan blijkbaar zelfs de satanisten te ver) en wordt geflankeerd door twee kinderen die in aanbidding naar hem opkijken.

Moderne mythe

Het is te hopen dat die kinderen niet staan voor kinderen die zich het hoofd op hol laten brengen door het idee van een bovennatuurlijk wezen, en misdaden gaan plegen uit naam van Baphomet. In juni scheef de BBC over twee schoolmeisjes in de VS die een klasgenootje hadden geprobeerd te vermoorden, omdat ze geloofden in de fictieve figuur Slenderman, en op die manier hun trouw wilden bewijzen. Ze staken negentien keer met een mes op haar in. “Stabby, stab, stab,” legden ze na hun arrestatie uit aan de politie.

Kinderen kunnen zo opgaan in een spel dat ze het onderscheid tussen verbeelding en werkelijkheid uit het oog verliezen. Volwassenen zijn daar trouwens ook niet immuun voor. De heksenwaan in Salem begon toen twee meisjes zich lieten meeslepen door de spannende verhalen over toverij die het dienstmeisje Tituba vertelde. Ze speelden, en geloofden mogelijk echt dat ze behekst waren en met onzichtbare naalden werden gestoken, en dat ze heksen konden herkennen. De volwassenen die hun gegil en rare capriolen waarnamen, namen het allemaal doodserieus.

Slenderman is een internetmythe en een game. In 2009 werd op het forum van de site Something Awful een photoshopwedstrijd gehouden: maak van een gewone foto iets griezeligs, en post die met een bijpassend verhaal op paranormale forums. Victor Surge nam twee zwartwitfoto’s van groepen kinderen en voorzag die van bijschriften als:

“We wilden niet weg, we wilden ze niet vermoorden, maar zijn aanhoudende zwijgen en uitgestrekte armen maakten ons bang en troostten ons tegelijk…” – 1983, fotograaf onbekend, vermoedelijk dood.

Vervolgens borduurden zowel hijzelf als anderen er op voort. “Hij bestaat, omdat je aan hem dacht. Probeer nu maar eens niet aan hem te denken,” schreef iemand en zo werd de moderne mythe van Slenderman geboren: een wezen dat uit is op de dood van kinderen, nagenoeg onzichtbaar – tot het te laat is. De film ‘Blair Witch Project’ was een van de inspiratiebronnen.

Vorig jaar stonden er in Achterwerk op de VPRO-gids brieven van kinderen die vertelden dat ze zo bang waren voor Slenderman. Dat ze wel wisten dat hij niet echt was, maar toch… De naam Slenderman zei mij niets en ik besteedde er weinig aandacht aan; daardoor weet ik niet meer precies wat er in de brieven stond. Wel herinner ik me dat er een grote angst uit sprak.

Maar op een VPRO-gids uit januari, die ik nog wel wist te bemachtigen, schrijft iemand: “Met Slenderman heb ik niet echt iets, maar als ik aan hem denk, dan bedenk ik altijd dat hij een soort van beschermengel voor mij is, net zoals met Lost Silver.”

Dat is toch wel mooi. Dat kunnen kinderen gelukkig ook: een schrikbeeld dat zo eng is, dat “het is niet echt” niet meer volstaat om de angst te bedwingen, omfantaseren tot een beschermende kracht. Op dezelfde manier waren in de oudheid de goden of demonen die kwaad konden doen, ook degenen die het kwaad konden afweren.

Oude mythen

Als je in een Russisch bos Leshy, de heer van de boswezens tegenkomt, hoef je ook niet bang te zijn. Zelfs als hij zich vermomt als een familielid, kun je hem herkennen aan zijn dierenogen, lange haar en rode muts of gordel. En hij vraagt altijd of je iets te roken voor hem hebt. Hij wil je weliswaar laten verdwalen in het bos, maar je kunt dat tegengaan door een gebed te zeggen, of nog beter: geducht te vloeken, want natuurgeesten houden niet van lelijke woorden. Je kunt ook je kleding binnenstebuiten aantrekken (dit werkt ook bij Scandinavische trollen die je eindeloos in kringetjes laten ronddolen, leerde ik als kind) of je linker- en rechterschoen verwisselen.

Russia Beyond The Headlines schreef in juni over de goden en geesten die men in het oude Rusland kende en waar de mensen ook na de komst van het christendom in bleven geloven, tot op de dag van vandaag. “De belangrijkste heidense goden werden afgezworen, maar het geloof in plaatselijke geesten bleef hardnekkig bestaan.” De volksverhalen over boswezens en watergeesten waarschuwden de mensen tegen roekeloos gedrag in de natuur.

Op feestdagen was het verboden te zwemmen, want anders zou de Vodyanoi je pakken. Deze koning van de waterwezens ontvoerde graag mensen die opschepten over hun zwemkwaliteiten, en op feestdagen werd er stevig gedronken en gepocht… Mensen die verdronken, waren eigenlijk bestemd voor de Vodyanoi en daarom werden ze niet begraven op een orthodox kerkhof.

De huisgeest Domovoi is een zeer oud lid van de familie. Hij woont onder de haard, waar het lekker vies is, en steelt soms dingen uit het huis. Hij wil ook wel eens helpen met het huishouden. Je moet ‘s nachts geen bestek of eten laten liggen, want dan eigent hij zich dat toe en wordt het voor de mensen ‘onrein’. Bij een verhuizing moet het oudste levende familielid de domovoi uitnodigen in het nieuwe huis. Als er iets mis is in de familie, waarschuwde de domovoi traditioneel door mensen in hun slaap te verstikken. Maar dat laatste doet hij tegenwoordig nog maar zelden, nu de mensen in goed geventileerde huizen wonen en het niet meer zo vaak voorkomt dat er ‘s nachts koolmonoxide onder een slecht brandende haard vandaan kruipt, het huis vult en de mensen verstikt.

~ met dank aan iedereen die me, direct of indirect, op nieuws attendeerde ~

About Medeia

Een belangrijke, niet-christelijke basis van onze zgn. westerse beschaving is het oude, deels imaginaire, Griekenland. Medeia is een naam uit de Griekse mythen, waar zij echter werd beschreven als een sinistere snuiter uit het barbaarse Oosten. De spanning die voortkomt uit een denken in tegenstellingen, zoals erbij horen / een buitenstaander zijn, is in Medeia’s beleving een drijvende kracht in ‘de oude religie’. Uit de nalatenschap van de klassieke oudheid stamt ook het ideaal van de Kunst als toegang tot een andere dan de alledaagse werkelijkheid. Medeia schrijft sinds 2010 voor Wiccan Rede.
This entry was posted in Nieuws and tagged , , , , , , , , , . Bookmark the permalink.