Je talenten ontplooien


Ben jij wie je wilt zijn? Een van de dingen die je nastreeft bij wicca is persoonlijke groei. Je komt beter tot je recht als je je talenten kunt ontplooien. Dat geldt zowel in de maatschappij als in je religieuze omgeving, in de groep waarvan je deel uitmaakt (coven of anderszins). Je bent gelukkiger als je kunt doen wat bij je past, en houdt energie over voor de dingen in je leven die nu eenmaal moeten gebeuren. En ‘jezelf kennen’ is een basis in magisch werk, en helpt je ook in je dagelijks leven.

Je eigenschappen
Als je begint met wicca of een (andere) magische training, is een van de eerste oefeningen die je doet het in kaart brengen van je eigenschappen. Je neemt een week de tijd om na te denken over je karakter, zowel de positieve als de negatieve kanten, en die op te schrijven. Daarna trek je nog een week ervoor uit om al je eigenschappen onder te brengen bij de elementen. Je ziet dan of het in balans is of niet: of je meer positieve of negatieve eigenschappen hebt en of bepaalde elementen oververtegenwoordigd zijn. Ook krijg je advies over wat je kunt doen om meer in evenwicht te komen.

Sindsdien heb je waarschijnlijk niet meer naar die lijst omgekeken. Misschien heb je in jaren niet meer stilgestaan bij je eigenschappen. Is die balans inmiddels bereikt of is het gebleven bij goede voornemens?
In dit artikel wil ik een andere invalshoek gebruiken. Wel een die gericht is op persoonlijke groei.

Je talenten
Wat is jouw talent, of wat zijn jouw talenten, want het kunnen er meer zijn dan één. Je kunt twee aspecten onderscheiden: begaafdheid, dat is iets dat jou moeiteloos afgaat (maar waarvan anderen denken dat het moeilijk is). En passie: je krijgt er energie van als je ermee bezig bent, in plaats van dat het je energie kost. Misschien kost het je wel zweetdruppels, en niets gaat helemaal vanzelf, maar als je iets doet waar je echt goed in bent, voel je je eerder opgeladen dan uitgeput na afloop van die activiteit. Je gaat fluitend naar je werk, en ook weer fluitend naar huis.

Hoe kom je erachter wat jouw talent is? Je kunt natuurlijk bij jezelf te rade gaan. Zet nogmaals je eigenschappen op een rijtje, maar nu met de invalshoek: ‘gaat me makkelijk af’ en ‘daar krijg ik energie van’. (Het blijft nu bij één – positief – rijtje). Denk niet alleen aan voor de hand liggende dingen, maar bijvoorbeeld ook aan gastvrijheid, patronen zien, een katalysator zijn, de nar, de dompteur, een allrounder of de ‘advocaat van de duivel’: degene die steeds vraagt ‘waarom?’.
Om uit te vinden wat jouw talent is, kun je bijvoorbeeld vragen: wat drijft je (prestatiegerichtheid, competitie, enz.), wat is de natuur van je relaties (communicatie, harmonie, verantwoordelijkheidsbesef enz.), hoe krijg je ‘commitment’, hoe los je problemen op, welke structuren zie je.

Ook kun je aan anderen vragen wat zij zien als jouw sterke punt(en), om te beginnen mensen die jou goed kennen en die je makkelijk kunt benaderen. Soms gebeurt dat al zonder dat je het zelf hoeft te organiseren, bijvoorbeeld als er op je werk een teamtraining is met het Kwaliteitenspel. Als zeven van de tien collega’s je dezelfde karakterkaart toeschuiven, dan zegt dat iets. In ieder geval over jouw rol in dat gezelschap. In verschillende omstandigheden, en in andere groepen, komen andere eigenschappen van jou naar voren, en vervul je een andere rol. Houd dat voor ogen als je een analyse maakt van je karakter: om een compleet beeld te krijgen, moet je alle posities bekijken die je inneemt in alle kringen waarin je verkeert, én de potentie die er op dit moment niet uitkomt.

Je kunt ook gebruik maken van het enneagram of de Myers Briggs Type Indicator als je toevallig al eens tests hebt gedaan waardoor je weet welk type je bent. Ga dan wel na of je datzelfde type bent in de verschillende rollen die je vervult in je leven.
Ben je in je werk vooral makelaar, bruggenbouwer, bemiddelaar, dan kun je in je spirituele leven juist heel individueel je pad bewandelen. Misschien ben je dienstverlenend in je beroep, heb je een leidende rol in religieus verband, en ben je de koppelaar of de vredestichter tussen je vrienden.

Wat past er bij je?
Dan is het nu zaak om uit te vinden in welke mate deze rollen bij je passen. Welke rollen geven je energie, welke gaan jou moeiteloos af? Dat is misschien lastig om zelf te zeggen, maar luister goed als je iemand anders hoort zeggen ‘ik wou dat ik dat kon’. Als het over iets gaat dat jou weinig moeite kost, maar dat anderen blijkbaar lastig vinden, dan kan het heel goed over een talent van jou gaan. Welke rollen of activiteiten geven je energie? Dat zijn jouw talenten. Je voelt je het lekkerst in je vel zitten als je die kunt ontplooien. Ontwikkel juist die eigenschappen, of ontwikkel ze verder. Ben je vooral goed op de korte afstand, streef er dan niet naar een marathonloper te worden. Zoek liever naar de plekken en rollen waar een sprinter op zijn plaats is.

Haal er nog eens de lijst bij van je positieve en negatieve eigenschappen. Vaak is één element sterk vertegenwoordigd in je karakter, bijvoorbeeld vuur. Als je vooral de negatieve kanten daarvan ontwikkeld hebt (bijvoorbeeld ongeduld), door de omstandigheden waarin je verkeerde, heb je waarschijnlijk ook aanleg voor de positieve aspecten van dat element (gedreven zijn, enthousiasme).
Bij vuur zijn water en lucht hulpelementen, en aarde is het tegenovergestelde element: dat wat het minst tot (bewuste) ontwikkeling is gekomen. Besteed hier toch aandacht aan, want het is mogelijk dat je hier – in je schaduwkant, je inferieure functie – je werkelijke kracht vindt. Die is onschuldig gebleven want je hebt er niet bewust iets mee gedaan. Als je die gaat ontwikkelen, kom je blokkades tegen. Richt je daarom op je meer voor de hand liggende talenten en word nog beter in waar je al goed in bent. Maar ken ook je innerlijke krachtbron, wees je bewust van je sterke en zwakke kanten, ken je eigen grenzen.

Waarom zou je dat willen weten?
Je komt beter tot je recht in situaties die bij je passen: je bent gelukkiger als je kunt doen wat je graag doet. Met je talent bezig zijn geeft je energie. Als je weet wat jouw kracht is, kun je omstandigheden opzoeken waarin je nog verder kunt groeien. En voor de mensen om je heen, degenen met wie je samen een project doet, is het goed dat jij dat doet wat jou goed ligt, zodat zij zich kunnen concentreren op waar zij goed in zijn.
Oefen dat waarin je goed bent, zodat je er nog beter in wordt. Je ontdekt zo of het echt bij je past of van tijdelijke aard is, en je ontwikkelt je vaardigheden en verbetert je technieken. Wees je bewust van wat jij te bieden hebt. Kom daar ook voor uit als het nodig is. Weet wat je belangrijk vindt in het leven, of in je werk, of elders. Stel jezelf doelen. Bepaal concreet wat je wel en niet wilt doen. Richt je op de toekomst. Stel je voor hoe je leven eruit ziet als je je doel behaald hebt. En als je iets nu nog niet kan, houd jezelf dan precies dat voor: dat je het nu nog niet kan (maar later wel). Neem de tijd voor het hele proces. Vraag er eventueel de hulp bij van een coach bij of zoek op internet naar testjes om je eigenschappen te onderzoeken. Breng niet alleen je kwaliteiten in kaart, maar ook je dromen en verlangens.

Er zijn ook dingen waar je echt niet goed in bent, en ook niet goed in zult worden omdat ze je niet liggen. Neem daar wel de verantwoordelijkheid voor en zoek naar manieren om eromheen te werken. Kijk naar Obama die niet goed schijnt te zijn in het houden van speeches. Met behulp van goede tekstschrijvers én de autocue kan hij dat aardig vermommen. In plaats van tijd te steken in het schrijven van speeches, kan hij zijn aandacht richten op waar hij wel goed in is, terwijl iemand wiens talent ligt in voordrachten schrijven precies dat doet.

Laat weten waar je goed in bent, en wat je wilt doen. Zoek een context waarin je talent gezien kan worden. Alleen dan kunnen anderen je attenderen op mogelijkheden die er zijn voor je. “Talent is er pas als het wordt gezien”. Dit filmpje illustreert dat, en het verhaal erbij misschien nog meer: Talent is er pas als het wordt gezien: Joshua Bell.

En als je aan de andere kant zit van de tafel, bij een sollicitatiegesprek of als covenleider bijvoorbeeld, dan is het handig om te weten wat voor type en wat voor talent je zoekt om de rest van de groep aan te vullen. Er zijn teams die bestaan uit allemaal dezelfde types, die het allemaal snel met elkaar eens zijn. Maar als die een product willen ontwikkelen en dat op de markt willen brengen, hebben ze ook iemand nodig die kritische vragen stelt. Een coven vol mensen die snel uit hun lijf raken en in trance gaan, heeft ook behoefte aan een anker: iemand die juist goed geaard is. Ook voor een groep is het goed om te weten wat de kracht is van die groep, waar het talent ligt van het collectief, en in welke richting je je als groep wilt ontwikkelen.

Met dank aan Peter Beschuyt en Saskia Postma die ik in het dagelijks leven tegenkwam met hun adviezen, en aan Marian Green die op de PFI-conferentie onlangs het belang benadrukte van het woord ‘yet’.

Over Jana

Wicca is mijn religie, achteraf gezien is dat altijd al zo geweest. Ik heb het geluk gehad mensen te leren kennen waarmee het goed klikte. In 1984 hebben zij me ingewijd in een Gardnerian coven. Anders was ik alleen verder gegaan. Mijn ideeën over de rol van man en vrouw komen in wicca terug. Zo ook mijn ideeën over het belang van natuur en milieu: ik vier de jaarfeesten en eet de groenten van het seizoen. En de Wiccan Rede ('Doe wat je wilt, mits het niemand schaadt') was al mijn lijfspreuk voor ik wicca leerde kennen.
Dit bericht is geplaatst in Artikelen met de tags , , . Bookmark de permalink.