Oud nieuws in de verjongingsketel gegooid – Lughnasadh 2017

Religieuze mix

Eind mei berichtte Trouw over een glossy voor en over mensen die zich voelen aangetrokken tot meer dan één religie. Volgens onderzoek van de Vrije Universiteit in Amsterdam (protestants-christelijk) en het Dominicaans Studiecentrum voor Theologie en Samenleving (katholiek) kan bijna een kwart van de Nederlanders als ‘multireligieus’ of ‘flexibel gelovig’ worden beschouwd. Zij hebben bijvoorbeeld een huisaltaar met beeldjes van Boeddha en Maria en een gekalligrafeerde soefitekst, of ze zingen zowel christelijke als joodse liederen als hindoeïstische mantra’s.

De glossy was een eenmalige uitgave en heette MiX. Het verschil met een blad als Happinez was volgens de makers dat Happinez zich richt op ‘ongebonden spirituelen’ die een beetje religieus shoppen maar zich niet erg in de religieuze tradities verdiepen, en MiX (blijkbaar) op mensen die het allemaal wat serieuzer opvatten en zich in principe wel willen binden, alleen niet aan slechts één religie. Trouw noemde deze benadering ‘religieuze polygamie’.

Initiatiefneemster en theologe Manuela Kalsky zei hierover: “In het Westen zien we een religie vaak als een min of meer afgebakend fenomeen: je gelooft het één of je gelooft het ander. (…) In het dagelijks leven is het allemaal niet zo geordend en overzichtelijk.”

Of de hoofdletter-X in de naam van de glossy betekende dat het christendom voor alle betrokkenen een belangrijk deel uitmaakte van de multireligieuze mix, heb ik niet kunnen ontdekken.

Religieuze placebo

Religieuze activiteiten zoals het bezoeken van een bedevaartsoord, het ondergaan van een rituele wassing, heilig water drinken of het kijken naar een plaatje van Maria kunnen voor gelovigen een pijnstillend effect hebben, was in juni te lezen op de website van De Kennis van Nu. De werking van religie zou aldus vergelijkbaar zijn met die van een placebo. Maar ook de luisterende aandacht van een religieus specialist, “de pijn beter een plek kunnen geven” vanuit een spiritueel gezichtspunt, en de afleiding van het bezig zijn met rituele handelingen in plaats van met de klachten, spelen waarschijnlijk een rol.

Hoewel sociaal psychiatrisch verpleegkundige Marjan Mensinga blij is wanneer patiënten gelovig zijn, staat niet vast dat iemand beslist religieus moet zijn om een dergelijk pijnstillend effect te kunnen ervaren. Uit hersenscans komt naar voren dat voor niet-gelovigen het kijken naar een plaatje dat hen aanspreekt, bijvoorbeeld een sportfoto of een erotische afbeelding, op dezelfde manier werkt als een plaatje van Maria voor katholieken. Jaren geleden werd al bekend dat het kijken naar een foto van een geliefde pijnstillend kan werken.

Religieuze relletjes

Dat religie niet alleen een naar gevoel zoals pijn kan verminderen, maar ook gevoelens van onbehagen kan veroorzaken, bleek onder meer in april in Engeland, waar Anglicaanse gelovigen aanstoot namen aan de aanwezigheid van een als asperge verklede man bij een kerkelijke inzegening aan het begin van het jaarlijkse aspergefestival. God danken voor asperges kon wel, vond men, maar zonder rare verkleedpartijen.

In Nederland veroorzaakte de rapsong ‘Kind van de Duivel’ van Jebroer (niet Jezus maar Jebroer) consternatie. Het lied was bijzonder populair onder basisschoolleerlingen in Vriezenveen en dominees en ouderlingen riepen ouders daarom per brief op, hierover met hun kinderen te praten “om een stuk bewustwording te creëren”. Volgens een ouderling moeten kinderen die het lied meezingen “beseffen dat ze hiermee ruzie en oorlog over zich afroepen in plaats van liefde en harmonie”.

Een reclame van de protestantse stichting Kerk in Actie schoot in het verkeerde keelgat bij katholieke en orthodoxe christenen. In een filmpje wordt een actie tegen armoede in Colombia verbeeld door het versnipperen van een poster van Jezus, waarna de snippers her en der in Colombia terechtkomen. Het achterliggende idee was de gedachte van ‘delen’. Bij de protestantse herdenking van het Laatste Avondmaal wordt Jezus in de gedaante van een brood (“dit is mijn lichaam”) in stukken gescheurd en verdeeld onder de gelovigen.

Maar katholieken en orthodoxen, bij wie beelden en iconen een belangrijke rol spelen, ervoeren het verscheuren van een afbeelding van Jezus als godslastering, een destructieve en agressieve daad gericht tegen Jezus zelf. Het verscheuren van het stuk drukwerk werd vergeleken met de Beeldenstorm van 1566 en met het vernietigen van religieus cultuurgoed “door ISIS en andere christenhaters”.

In Ierland klaagde iemand Stephen Fry aan wegens godslastering, vanwege een uitspraak die de bekende acteur en televisiepresentator twee jaar eerder had gedaan in het televisieprogramma The Meaning of Life. Op de vraag wat hij, gesteld dat hij bij de hemelpoort zou komen, tegen God zou zeggen, had Fry geantwoord: “Ik zou zeggen: botkanker bij kinderen? Waar slaat dat op? Hoe durf je, hoe haal je het in je hoofd een wereld te scheppen met zoveel ellende die niet onze schuld is! Dat deugt niet, dat is door en door kwaadaardig. Waarom zou ik eerbied moeten hebben voor een wispelturige, kleinzielige, stompzinnige god die een wereld schept met zoveel onrecht en pijn?”

Het zou anders liggen, vervolgde Fry, als hij na zijn dood voor de Griekse god Hades kwam te staan, want de Griekse goden kwamen er tenminste eerlijk voor uit dat ze menselijke begeerten kenden en wispelturig en onredelijk waren. Zij pretendeerden niet alwetend of volledig vriendelijk en welwillend te zijn.

De Ierse politie onderzocht de zaak, maar slaagde er niet in een “aanmerkelijk aantal gekrenkte gelovigen” te vinden. Dit vormde volgens de wet de voorwaarde voor een veroordeling wegens blasfemie. Het voorval leidde er wel toe dat mensen vonden dat de wet op blasfemie gênant was en maar eens op de schop moest.

Religieuze rituelen

De Volkskrant plaatste in mei een korte ingezonden brief van Paul Schermers, die stelde dat alle goden – dus ook de door Fry zo bewonderde wispelturige Griekse goden – door machthebbers zijn verzonnen om het volk onder de duim te houden, en dat de aanklacht tegen Fry liet zien dat de christelijke middeleeuwen nog lang niet voorbij waren.

Hierop volgde een reactie van Mark Beumer, die er op wees dat de middeleeuwen niet zo achterlijk, en trouwens ook niet zo christelijk, waren als soms wordt gedacht. Weliswaar was, zo schreef Beumer, het monotheïsme “bij uitstek het instrument om mensen onder de duim te houden met heilige boeken, geschreven door mensen”, maar de meeste oude beschavingen, ook de Griekse, waren polytheïstisch. Daarbinnen mocht iedereen de goden vereren die hij of zij wilde. Ook monotheïstische goden waren toegestaan.

Volgens Beumer is het belangrijk om onderscheid te maken tussen mythologie en religie. In mythen worden goden vaak afgeschilderd als wispelturige wezens. Ook de christelijke god die verantwoordelijk is voor kinderkanker is zo’n mythologische god. De antieke religie berustte echter niet op een geloof in de waarheid van zulke verhalen, maar op rituelen die iets van deze of gene godheid gedaan wilden krijgen, bijvoorbeeld een ritueel ter ere van Hygieia of Asclepios voor genezing, of ter ere van Hera voor een goed huwelijk.

Rituele humor

Rituelen waren in de oudheid van groot belang, schreef Inger Kuin in het artikel ‘Lachen, schelden en drinken voor de goden’ in Geschiedenis Magazine (juni 2017), omdat er zoveel van afhing: een goede oogst, gezondheid, liefdesgeluk, winnen op het slagveld, enz. Het kan daarom verbazing wekken dat het er bij veel rituelen niet bepaald plechtig aan toeging. Een onderdeel van de Eleusinische mysteriën was een voettocht van Athene naar Eleusis waarbij de deelnemers, wanneer ze een bepaalde brug over gingen, door omstanders werden uitgescholden en belachelijk gemaakt. Dit brugritueel (gephyrismos) werd ‘verklaard’ door het verhaal over de wanhopige godin Demeter die tijdens de zoektocht naar haar dochter moest uitrusten in Eleusis, en daar werd opgevrolijkt door de vrouwelijke bediende Iambe, die allemaal flauwe grappen maakte en de godin er aan herinnerde dat lachen en vreugde onmisbaar zijn in het leven. Zelfs, of misschien wel juist, in situaties waar vrolijkheid ongepast lijkt.

Bij een feest voor Dionysus riepen deelnemers vanaf karren beledigingen en grappen naar voorbijgangers. en ook het vrouwenfestival de Thesmophoria kende “the ancient Greek dissing thing” (omschrijving van Horrible Histories) waarbij de vrouwen flauwe en schunnige opmerkingen over elkaar maakten. Er kwamen terracotta beeldjes van vrouwelijke genitaliën aan te pas, die verwezen naar het verhaal over de dienares Baubo die haar onderlichaam ontblootte om Demeter aan het lachen te maken. Op Rhodos was een ritueel voor Heracles waarbij de halfgod zowel offers kreeg als werd uitgescholden. Verder kenden de oude Grieken lachrituelen voor Apollo en Artemis, en in Sparta zou een tempel voor de Lach hebben gestaan.

“De goden zagen hoe Hefaistos hijgend
de zaal door liep. De gelukzaligen
barstten in onbedaarlijk lachen uit.”
– uit het eerste boek van de Ilias (vertaling: Patrick Lateur)

De Romeinen hadden het feest van Saturnus, waarbij veel werd gedronken en gelachen. Er werden spelletjes gespeeld en deelnemers maakten elkaar belachelijk. Bij de triomftochten van militairen, waarbij oorlogsbuit, krijgsgevangenen en offerdieren naar de tempel van Jupiter werden gevoerd, zongen de soldaten obscene liedjes over hun generaal. Een geschiedschrijver uit de eerste eeuw v.C. merkte al op dat dit gebruik leek op het ‘grappen maken vanaf de wagens’ van het Griekse Dionysusfeest.

Ook in de oudheid waren er mensen die zich afvroegen of scheldpartijen en schuine grappen en grollen niet te lichtzinnig waren voor religieuze riten. Aristoteles vond dat vrouwen en kinderen er maar beter niet bij konden zijn. Maar de meeste schrijvers hechtten belang aan de rituelen. Men wilde ze zeker niet afschaffen. Volgens Plutarchus waren de scheldwoorden bedoeld om kwade machten af te weren en hedendaagse wetenschappers zien de obscene beeldjes en handelingen als vruchtbaarheidssymboliek, maar dergelijke verklaringen gaan niet op voor alle lachrituelen. Al bij Homerus was sprake van onbedaarlijk lachende goden (vandaar de uitdrukking ‘een homerisch gelach’), en de opvatting in de oudheid was dat de mensen in hun rituelen lachten in navolging van de gelukzalige goden. Daarin verschilden deze rituelen van het latere carnaval, want “dit idee vind je in het christendom niet terug”, schrijft Kuin.

“De goden, schenkers van het goede, stonden
in het portaal, de gelukzaligen
barstten in onbedaarlijk lachen uit
toen zij bewonderend het kunstig werk
aanschouwden van de schrandere Hefaistos.”
– uit het achtste boek van de Odyssee (vertaling: Patrick Lateur)

Misplaatste grap

In mei maakte in Duitsland de rechtspopulistische AfD-politicus Rainer Podeswa een opmerking die humoristisch was bedoeld, maar die niemand grappig vond. Podeswa probeerde de maatregelen die de Groenen voorstelden om de opwarming van de aarde tegen te gaan, belachelijk te maken door ironisch de Heksenhamer als leestip voor te stellen: “Destijds werden er honderden vrouwen verbrand, daarmee werd het klimaat gered.”

De uitspraak was voor velen zo choquerend dat ze het zelfs niet als slechte grap konden zien. De website van Die Welt bracht het nieuws aanvankelijk onder de kop ‘AfD-politicus adviseert vrouwenverbranding om het klimaat te redden’, maar wijzigde dat later in ‘AfD-er veroorzaakt opschudding met verwijzing naar Heksenhamer’.

De Heksenhamer was het in 1486 gepubliceerde handboek voor heksenjagers. In de vijftiende eeuw vond een verandering in weersomstandigheden plaats, doordat men aan het begin van een kleine ijstijd stond. In een aantal opeenvolgende jaren gingen oogsten verloren door hagel-onweersbuien en heksen kregen hiervan de schuld. In werkelijkheid bestond er geen verband tussen de onregelmatigheden in het weer en ‘hekserij’, legde een deskundige nog even ten overvloede uit aan Die Welt.

Volgens de Heksenhamer waren het met name vrouwen die zich met hekserij bezighielden. Het boek vormde de basis van het systematische vervolgen van vermeende heksen in Europa. De vervolgingen duurden tot in de achttiende eeuw en hebben naar schatting 40.000 tot 60.000 mensen het leven gekost.

Hekserij om het weer te beïnvloeden. Afbeelding uit het boek ‘De Lamiis et Pythonicis Mulieribus’ van Ulrich Molitor (1489)

Misplaatste woordkeus

De Amerikaanse president Donald Trump beklaagde zich in mei per tweet over de berichtgeving over hem in de media, met de bewering dat die de grootste heksenjacht op een politicus in de Amerikaanse geschiedenis vormde. Ook bij andere gelegenheden noemde Trump zichzelf het slachtoffer van een heksenjacht. Newsweek berichtte hierop dat de president geen flauw benul had van wat een ‘heksenjacht’ was en gaf een kleine opfriscursus Amerikaanse geschiedenis: het woord ‘heksenjacht’ wordt in de politiek gebruikt voor het willen opsporen en uitschakelen van personen of groepen die de maatschappelijke orde zouden bedreigen. Het bekendste voorbeeld hiervan is de vervolging van communisten en mensen die werden verdacht van sympathie voor het communisme in de jaren ’50, onder senator McCarthy.

Verder terug in de tijd waren er de heksenprocessen in Salem. Aan het eind van de zeventiende eeuw ontstond hier opschudding in de puriteinse gemeenschap toen enkele meisjes zich raar gingen gedragen en zeiden dat dat kwam doordat ze behekst waren. De meisjes werden serieus genomen en veel vrouwen, maar ook mannen werden vervolgd, waarvan twintig ter dood werden gebracht en vijf stierven in de gevangenis. Toen ook vooraanstaande personen uit de gemeenschap van hekserij werden beticht, begon men te twijfelen aan de waarheid van de beschuldigingen en kwam er een eind aan de vervolgingen. In 1953 gaf Arthur Miller deze geschiedenis gestalte in zijn toneelstuk The Crucible om commentaar te leveren op de politiek van McCarthy. Op de plaats waar in 1692 negentien van de veroordeelde ‘heksen’ zijn opgehangen, is in juli dit jaar een monument opgericht met hun namen.

Nog zoiets, maar anders

En hoe zat het met politieke ‘heksenjachten’ voordat Trump president werd? In het recent verschenen boek Witches, Sluts, Feminists: Conjuring the Sex Positive wijdt Kristen J. Sollee een heel hoofdstuk aan de verkiezingen van 2016, waarin presidentskandidate Hillary Clinton door zowel Trump-supporters als aanhangers van Bernie Sanders werd uitgemaakt voor boosaardige heks: “the Wicked Witch of the Left”. De haat die tot uitdrukking kwam bij het breed uitmeten van haar tekortkomingen, wees volgens de recensie van Sollee’s boek in The Guardian op een diepgewortelde haat en angst voor vrouwen, vooral vrouwen die hun invloed willen doen gelden.

Als reactie op seksisme en misogynie, in het bijzonder de minachting voor vrouwen door Trump, werden er tijdens de Amerikaanse verkiezingscampagnes diverse tegendemonstraties en acties georganiseerd, waarbij vrouwen zichzelf heks noemden of zich als ‘heks’ verkleedden, linkse politiek associeerden met het ‘pad van de linkerhand’, en opriepen tot het beheksen/vervloeken van het patriarchaat.

Volgens Sollee begon het gebruik van het woord ‘heksen’ als geuzennaam voor politiek actieve vrouwen aan het eind van de negentiende, begin twintigste eeuw, toen de suffragettes actie voerden voor vrouwenkiesrecht. Daarna werd het opgepikt door de feministen uit de jaren ’60. De ‘heks’ staat voor alles wat het patriarchaat duister, ongrijpbaar en bedreigend vindt: niet alleen politiek actieve, maar ook sexueel bevrijde vrouwen, ‘sletten’. Ook dit imago wil Sollee claimen voor het feminisme. In 2013 richtte ze hiertoe het platform Slutist op. Maar ze erkent dat jezelf een slet noemen niet in alle sociale contexten positief uitpakt.

Idem

Voor The Conversation schreef David Frankfurter een artikel met de nogal provocerende titel ‘What witch-hunters can teach us about today’s world’. Wat we van heksenjagers kunnen leren, is uiteraard niet hoe brandstapels de CO2-uitstoot zouden kunnen verminderen, maar wel hoe populistische politici hun macht en charisma vergroten door in te spelen op angsten die leven onder de bevolking. Vervang de angst voor heksen uit de vijftiende eeuw en daarna door angst voor Joden, communisten, satanisten, moslims, immigranten… Door een bepaalde groep mensen af te schilderen als de belichaming van het kwaad, kan iemand zichzelf presenteren als redder.

De werkwijze van zowel Europese als Afrikaanse ‘deskundigen’ die zeiden of zeggen heksen of satanisch misbruik te kunnen opsporen, komt volgens Frankfurter neer op het toevoegen van vier nieuwe elementen aan al bestaande ideeën over heksen, namelijk: stellen dat het heksengevaar juist nu bijzonder groot is; onthullen dat de heksen tot nog toe ongekende methoden hanteren om kinderen te beïnvloeden en de samenleving te ontwrichten; nieuwe manieren voorstellen om heksen te ondervragen en uit te schakelen; en tenslotte zichzelf presenteren als de specialisten die heksen en tekenen van hekserij kunnen herkennen en onschadelijk maken. Op dezelfde manier spreken politici bijvoorbeeld over “radicaal islamitisch terrorisme”, schrijft Frankfurter: alsof zij het best van iedereen weten wat het gevaar precies behelst, hoe het te herkennen is, en hoe ze het moeten aanpakken.

Heksenjagerspopulisme heeft het meeste succes in perioden van maatschappelijke crisis, zoals ten tijde van de pestepidemie of het kolonialisme. Frankfurter schrijft het niet zo expliciet, maar wat wij van dit alles kunnen leren, lijkt mij dat we ons niet bang moeten laten maken. Het lukt namelijk niet altijd om de mensen voldoende angst in te boezemen. De 15de-eeuwse monnik Bernardino wist de bevolking van Rome wel op te zwepen tot heksenvervolgingen, maar in Siena kon hij de mensen niet overtuigen.

Evenmin slaagde een Saoedische journalist er begin juli in, mensen ervan te overtuigen dat sheikhs uit Qatar miljoenen dollars uitgaven aan louche tovenaars uit Senegal en Mauretanië, om de diplomatieke crisis tussen Saoedi-Arabië, de Verenigde Emiraten, Bahrain en Egypte enerzijds en Qatar anderzijds, met behulp van djinns op te lossen. Inwoners van Qatar maakten zich vrolijk om de bewering en twitterden foto’s van een ‘heel normaal Qataars kantoorbureau’ met daarop een mysterieus dampende pompoen, een zwarte stenen schedel en andere Halloween-achtige attributen, of van Hermione en Ron uit de Harry-Potterfilms in het schoolkostuum van Zweinstein, met het commentaar dat dàt de kleren zijn die Qatari’s dragen, in plaats van de traditionele Arabische vrouwen- en mannengewaden. De Britse website The New Arab maakte de haast onvermijdelijke woordspeling ‘Djinn, no tonic’.

Toveren, divineren… duelleren?

Ook in Canada ziet men hekserij niet als een serieus maatschappelijk gevaar. Bij een herziening van het strafrecht werd het verbod op hekserij opgeheven, samen met de verboden op duelleren en op het voorspellen van de toekomst. Advocaat Omar Ha-Redeye lichtte het besluit toe: de oude wet kwam voort uit een christelijk denkkader waarin onaangepaste vrouwen werden bestraft en niet-christelijke tradities gedemoniseerd. Om personen te vervolgen die bijvoorbeeld anderen wijsmaken dat er een vloek op ze rust, die zij voor veel geld kunnen verwijderen, is het echter genoeg om een wet op oplichterij te hebben. Canadese pagans hebben zich ingespannen voor de afschaffing van de oude wet, en zijn blij dat ze nu tarot kunnen leggen zonder bang te hoeven zijn voor arrestatie. Wat het verband is met duelleren, weet ik niet. Waarschijnlijk dacht men: als we dan toch verouderde wetten schrappen, nemen we die ook gelijk mee.

~ met dank aan iedereen die me op nieuws attendeerde ~

Over Medeia

Een belangrijke, niet-christelijke basis van onze zgn. westerse beschaving is het oude, deels imaginaire, Griekenland. Medeia is een naam uit de Griekse mythen, waar zij echter werd beschreven als een sinistere snuiter uit het barbaarse Oosten. De spanning die voortkomt uit een denken in tegenstellingen, zoals erbij horen / een buitenstaander zijn, is in Medeia’s beleving een drijvende kracht in ‘de oude religie’. Uit de nalatenschap van de klassieke oudheid stamt ook het ideaal van de Kunst als toegang tot een andere dan de alledaagse werkelijkheid. Medeia schrijft sinds 2010 voor Wiccan Rede.
Dit bericht is geplaatst in Nieuws met de tags , , , , , , , , , . Bookmark de permalink.