Misleiders en misvolgers – Over waterleidingen en bosmeren

Als een waterleiding goed is aangelegd stroomt het water er moeiteloos doorheen, van bron tot douchekop. Het kan ook niet anders. Is er iets mis met de leiding, dan kiest het water z’n eigen weg en staat het je al snel tot de lippen. Een enkel gat of foute verbinding veroorzaakt direct een onoverzichtelijke plenspartij. Met leiding van mensen gaat het een tikje anders.

Wat is een leider

Om leiding te geven aan mensen stelt een leider haar kennis, ervaring en inzichten beschikbaar om anderen aan te moedigen tot toebewegen naar iets goeds. In grote lijnen. En een leider kan niet bestaan zonder volgers. Volgers waarderen de leider, leren er graag van, voelen zich vaak ook begrepen en gestimuleerd door die leider. Ze komen tot iets goeds, ze overtreffen zichzelf, dankzij de leider. Die heeft dus mooi en dankbaar werk: de leider helpt volgers het juiste pad te vinden en te bewandelen – en wordt daarom gewaardeerd. Met goede, betrouwbare leiders wordt de wereld een aangename plek waar we allemaal graag leven en onze bijdrage aan leveren.
Dat pakt niet altijd zo gunstig uit. En dat komt doordat er ook veel misleiding is. Leiders die er de ballen van snappen, die hun verantwoordelijkheid niet dragen, die de boel, soms willens en wetens, in de soep laten lopen om chaos te veroorzaken en vervolgens de macht te grijpen en die te gebruiken om er zelf beter van te worden en hun persoonlijke vijanden de nek om te laten draaien. Ik noem maar wat. Het is dus heel handig om leiding van misleiding te onderscheiden. Dat valt niet mee, zeker niet als je een volger bent die toch onder de indruk is van iemand die zich presenteert als leider.

Niemand noemt zichzelf misleider

Wie in een leidinggevende positie zit, welke dan ook, zal graag geloven dat zij haar kwaliteiten naar beste kunnen inzet om een groep mensen aan te sturen, richting te geven, vooruit te helpen. Zelfs als zij zich ervan bewust wordt een enorme blunder te hebben begaan zal ze nog niet zeggen: ‘Ik ben een echte misleider.’ Ze kiest een vorm van leiderschap die haar past en ‘haar mensen’ in beweging houdt: ze is sturend, coachend, ondersteunend of delegerend leider en zij bepaalt hoe dan ook de richting die anderen op moeten. En let op hè, zelfs de afgrijselijkste politicus, manager, leraar of HPs kan gerust over zichzelf beweren: ‘Ik geef leiding aan – een fractie van 90%, dertien teams, negen VWO-klassen, vijf covens.’ Om vervolgens alle mensen die haar volgen voor d’r eigen karretje te spannen of gewoon maar geld, seks, aanzien en macht te verwerven. Haar volgers worden misvolgers en kunnen zich niet meer losmaken van de misleider. Of misschien eentje, die eerst oneervolle informatie lekt, zelf een Plenspartij opricht en zich daarna furieus stort op het uithollen van de leider. Serieus. Die dingen gebeuren.

Aantrekkelijke jongemannen en kandijkoekjes

Het verwijt ‘misleiding’ komt daarom een enkele keer van binnenuit, omdat een volger zich misleid voelt. Vaker komt dat verwijt van een ander. Een buitenstaander, die vanaf veilige afstand waarneemt en constateert: ‘Deze figuur leidt een groep mensen áf van een belangrijk groter doel dat de wereld beter zou moeten maken. Zij misleidt hen met…’ Nou ja, dat kan van alles zijn. Geld, onwaarheden, valse beloften en dreigementen, aantrekkelijke jongemannen of kandijkoekjes. Fijne, begerenswaardige dingen krijgen de misvolgers van deze misleider in het vooruitzicht gesteld. Hun eigen wereld wordt er op korte termijn beter van, is de belofte – het heil van de rest van de wereld kan daarna altijd nog worden gebracht.

De waterleidingtest

Ik hoop dat elk mens een eigen set overwegingen heeft om te testen of een interessant persoon een leider of misleider is, of je zelf een volger of misvolger bent.
Voor mij persoonlijk zijn dat onder andere deze maatstaven – waarvan de eerste de echte waterleidingtest is:

  • Als er belastende informatie gelekt wordt over de beweging van de leider, wordt dan dat lek zo snel mogelijk gedicht, door de lekker de mond te snoeren of eruit te zetten en zwart te maken? Of wordt er onderzocht of er een grond van waarheid in zit, of er iets echt mis is, of er iets veranderd moet worden?
  • Zijn er groepen mensen bij voorbaat uitgesloten van alle moois dat de leider belooft? Dan weet ik dat ik bij deze of de volgende groep uitgesloten mensen behoor en kies mijn eigen pad liever.
  • Zijn er voorstellen voor hoe het wél moet, of alleen boosheid over wat er fout gaat?
  • Kan ik vragen stellen aan de leider en komen daar antwoorden op waar ik verder mee kan?
  • Is de leider vriendelijk tegen mensen die het om welke reden dan ook moeilijk hebben?
  • Wordt mijn afwijkende mening gerespecteerd? Of wordt mijn visie begrinnikt?
  • Word ik gedwongen om mee te blijven doen door middel van financiële, magische of sociale druk of dreigementen? Rennen!
  • Ben ik vrij om wel of niet aan te haken bij specifieke activiteiten, of wordt mijn deelname geëist, want anders?
  • Worden de natuur, de wereld, de mensen in het algemeen beter van de beweging die de leider voorstelt? Of gaat de vooruitgang ten koste van een specifieke groep of plek?
  • Gedraagt de leider zich fatsoenlijk in het algemeen en handelt hij naar zijn eigen hoogste idealen in het bijzonder?
  • Kan de leider uitleggen waarom hij kiest voor bepaalde handelingen, rituelen, uitspraken, activiteiten? En vind ik die antwoorden dan ook toereikend om te verklaren waarom er gebeurt wat er gebeurt? En wil ik dan nog wel meedoen?

Nou ja, een hele zwik testvragen dus, waardoor voor mij vrijwel niemand in aanmerking komt als leider. Niemand aan wie ik mijn persoonlijke keuzes wil overlaten, mijn overtuigingen door wil laten bepalen, mijn plannen wil laten besturen.

Leid je eigen leven

Toch zijn er mensen die ik bewonder. Om wat ze doen, hoe ze leven, welke inzichten ze delen met mij, met anderen. Daar laat ik me graag door inspireren en activeren.
Maar als het gaat over geleid worden ben ik liever een bosmeertje dan water in een waterleiding, dat niet anders kan dan het pad afleggen dat door een ander werd aangelegd.
En nou vermoed ik eigenlijk dat dat ook niet per se tegennatuurlijk is. Jazeker, wie graag volgt vindt altijd wel een leider om achteraan te rennen. Maar wie vooraan loopt zal het, als het goed is, worst wezen of ze volgelingen heeft. Die gaat voorwaarts en kijkt vooruit. Die leidt haar eigen leven. Die kiest in alle oprechtheid voor een leven dat op een of andere manier bijdraagt aan de gezondheid van de wereld. Of dat een beetje wil lukken kun je niet gemakkelijk zien van jezelf, net zo min als een misleider of misvolger dat kan zien. Daar heb je gesprekken met buitenstaanders voor nodig, die je aanspreken op je gedrag, je woorden, je overtuigingen. Eigenlijk net zoals dat nodig is bij leiders mét volgers.
En zo kom ik onvermijdelijk tot de conclusie dat er maar één ding nodig is om misleiding te voorkomen: in gesprek blijven met buitenstaanders. Wees die buitenstaander voor elkaar. Maar geef niemand de leiding over je overtuigingenpakket, je keuzes, je daden. Neem zelf de leiding over je leven, anders doet een ander het. En dat kunnen we in deze tijd beslist niet meer hebben.

foto’s: pixabay

Yoeke Nagel is interheksueel met wortels in de reclaimingtraditie.
Zij biedt alledaagse rituelen aan voor het pad naar binnen en trainingen ‘Schrijven met Human Intelligence’ voor je eigen pad naar buiten.
www.yoekenagel.nl

Geplaatst in Artikelen, Columns | Getagged , , , , , | Een reactie plaatsen

“Fair is foul, and foul is fair”

Niemand kan op eigen houtje alles weten, begrijpen en voorzien. En hoe meer iemand weet, hoe meer het besef doordringt dat er nog zoveel is dat hij1 niet weet.

Gerard de Lairesse: Apollo. Ets, 1670. Collectie Rijksmuseum

Socrates beweerde dat hij wilde bewijzen dat de god Apollo het mis had, toen die bij monde van het orakel van Delphi had verklaard dat Socrates de wijste persoon ter wereld was. Of misschien niet zozeer ter wereld, maar dan toch de wijste persoon in Griekenland, of in Athene; dat kwam voor Atheners als Socrates op hetzelfde neer. Maar toen die zijn stadsgenoten over van alles ging uithoren, ontdekte hij tot hun ergernis dat zij weliswaar dachten verstand van zaken te hebben, maar er eigenlijk ook maar een wilde gooi naar deden.

Socrates concludeerde dat de god dan toch wel gelijk moest hebben, en dat hijzelf inderdaad de wijste was, omdat hij in tegenstelling tot alle anderen in elk geval wist dat hij niets wist.

Wat doet een heks die een antwoord zoekt op iets waarvan ze wijselijk weet dat ze2 er niet genoeg van weet, en/of beseft dat ze de situatie niet volledig overziet en doorziet? Net als andere mensen kan ze de kwestie bespreken met anderen, en gebruik maken van boeken en internet om dingen op- of uit te zoeken. Behalve de oude vertrouwde zoekmachines heeft het internet tegenwoordig ook allerlei artificiële adviseurs zoals Chat GPT of Grok of DeepL in de aanbieding. Ook de zoekmachines zelf komen trouwens vaak met AI-resultaten aanzetten. Daarnaast kan een heks divinatie gebruiken om te achterhalen wat de goden, de geesten, de voorouders, de natuur, de magische krachten of hoe men het/ze maar wil noemen, of eenvoudig wat ‘de kaarten’ haar te zeggen hebben.

Artificiële imperfectie

In de media wordt regelmatig aandacht besteed aan problemen die kunnen voortkomen uit het gebruik van AI voor van alles en nog wat.3 Zia en Martin bespraken in de aflevering ‘Nepboeken’ van hun podcast Pagan Praat boeken over paganistische en spirituele onderwerpen die waren geschreven door niet-bestaande auteurs, oftewel door AI. Wie niet eerst controleert of de auteur van een boek in korte tijd een onwaarschijnlijke hoeveelheid titels heeft geproduceerd – wat er op wijst dat het om AI-boeken gaat – loopt het risico onjuist geïnformeerd te worden, vertelden zij.

Want AI harkt van het hele internet brokjes gegevens bij elkaar die over het gevraagde lijken te gaan en bakt daar iets min of meer samenhangends van, maar houdt zich niet bezig met de vraag of de informatie ook echt klopt. Kranten4 benoemden deze problematiek in termen van ‘laagwaardige informatie’ en ‘informatievervuiling’. Dat kan tot verwarring en zelfs tot gevaarlijke situaties leiden. Zia noemde het geval van een AI-paddenstoelengids die giftige paddenstoelen als eetbaar had vermeld.

Het probleem van onbetrouwbare AI-informatie beperkt zich trouwens niet tot boeken of andere geschreven media. Deepfake-filmpjes kunnen werkelijk bestaande mensen laten zien die dingen doen of zeggen die zij in werkelijkheid nooit zouden zeggen of doen. Afpersers maken seksfilmpjes met beelden van bestaande mensen om die onder druk te zetten, en andere gewetenloze types laten bestaande artsen medisch onverantwoorde uitspraken doen. Met behulp van AI wordt verslag gedaan van nieuwsgebeurtenissen die nooit echt hebben plaatsgevonden, en er worden reisbestemmingen getoond die niet bestaan of reisinformatie verstrekt die niet klopt.

Natuurlijk doet AI dat niet helemaal uit zichzelf. Er zitten mensen achter die opdrachten geven. Zo zijn er ook mensen die voor de grap nepfoto’s van een spectaculaire vulkaanuitbarsting in de Waddenzee op Google Maps plaatsen. Google haalt die wel weer weg, maar “Het is (…) dweilen met de kraan open. Elke dag komen er weer foto’s en recensies bij”, berichtte Omrop Fryslân in september.

Maar als iets is verwijderd, heeft het toch al op internet gestaan en zoiets laat dikwijls sporen achter. Bijvoorbeeld doordat mensen de grap hebben gedeeld op hun eigen website, of doordat serieus nieuws melding maakt van nepnieuws om te vertellen dat het nep is! Wanneer een AI-programma het internet afspeurt naar informatie, kan er zo toch weer iets over de uitbarstende Waddenvulkaan tussen belanden, en het is dan maar de vraag of zoiets spectaculairs uit het eindresultaat wordt weggelaten. En dan hebben we het nog niet eens over onwaarheden die niet worden weggehaald.

Met de antwoorden die op AI-prompts worden gegenereerd is de totale hoeveelheid data waaruit AI put alweer groter geworden, en daarmee de kans op nog meer onbetrouwbare antwoorden: AI gaat als het ware ‘rondzingen’ – zoals microfoons en luidsprekers die een afschuwelijk gesnerp voortbrengen wanneer ze te dicht bij elkaar staan.

Vergissen is menselijk

Het maakt bij onjuiste informatie trouwens niet uit of die door AI-programma’s in de wereld is gebracht, of is verzonnen door menselijke hersens. Want natuurlijk is het niet zo dat alle slordigheden, fouten en misleiding in de wereld alleen maar afkomstig zijn van AI, terwijl mensen altijd nauwkeurig, waarheidsgetrouw en eerlijk zijn. Mensen kunnen liegen en bedriegen, en mensen kunnen zich ook simpelweg vergissen, en denken dat ze het weten terwijl ze het eigenlijk niet weten. Er is geen Delphisch orakel of Socrates voor nodig om ons te vertellen dat je niet zomaar kunt vertrouwen op wat anderen jou vertellen.

Soms lijken mensen te geloven dat computers, omdat ze geen mensen zijn maar objecten, vrij zijn van subjectieve menselijke belangen en tekortkomingen. “Computers maken geen fouten, mensen maken fouten”, werd in de jaren ’80 streng opgemerkt wanneer iemand het had over een “fout van de computer”. Een zogenaamde ‘fout van de computer’ was in feite een fout van de mensen die met de computer werkten, was het idee. Zij hadden iets verkeerds ingevoerd en dat leverde een foute uitkomst op. Maar dat was voordat de techniek zover was ontwikkeld dat computersystemen grotendeels zelf voor hun eigen input en analyse konden zorgen.

Vooroordelen

Terwijl ik bezig was met dit artikel haalde Facebook mijn commentaar op een Jeugdjournaal-item over de ‘dag van de leraar’ uit 2016 als ‘herinnering‘ naar boven. Ik schreef toen geërgerd: “”Voorlopig zul je dus niet zo vaak een meester krijgen”, besluit het korte clipje bij dit Jeugdjournaal-item. Nee en berichtgeving als deze zal die trend niet keren, wanneer kinderen impliciet te kennen wordt gegeven dat er grosso modo slechts twee typen beroep bestaan, namelijk stoere beroepen en vrouwenberoepen, waarbij dus niet alleen wordt gesteld dat vrouwenberoepen per definitie niet stoer zijn, maar ook dat niet-stoer minderwaardig is, en dat minderwaardig iets is wat bij vrouwen hoort.” Uiteindelijk vond 41% van de stemmers op de Jeugdjournaal-site het beroep van leraar wèl stoer, maar 59% was het daar niet mee eens.

Ondertussen blijft het waar dat alles uiteindelijk teruggevoerd kan worden op de mensen die die systemen hebben ontworpen en getraind. En het blijkt dat vooroordelen van die mensen tot uitdrukking komen in hoe bepaalde gegevens door de computer als wel of niet relevant worden beoordeeld. Een onderzoek van het Amerikaanse USC Information Sciences Institute somt maar liefst 23 verschillende vormen van ‘bias’ of vertekening op die het functioneren van AI kunnen kleuren en de resultaten beïnvloeden.

De eerstgenoemde kleuring is die van vooroordelen die tot uitdrukking komen in bestaande situaties: een zoekopdracht naar afbeeldingen van CEO’s levert vooral foto’s van mannen op, omdat er verhoudingsgewijs nog weinig vrouwelijke CEO’s zijn. Dat resultaat maakt dat een lerend programma of algoritme in het vervolg vooral naar mannelijke CEO’s zal zoeken. En zulke zoekresultaten geven dan weer voeding aan het menselijke vooroordeel dat vrouwen minder geschikt zijn voor leidinggevende functies.5

Zo worden er nog 22 andere manieren genoemd waarop resultaten onbedoeld gekleurd kunnen worden. Nummer 17 bijvoorbeeld wijst erop dat iemand die ergens ontevreden over is maar op internet allemaal enthousiaste beoordelingen ziet, in veel gevallen geneigd is te denken dat hij zich dan zeker vergist, dat hij te streng is in zijn oordeel en dat het eigenlijk wel meevalt. Nummer 3 waarschuwt dat uit een relatief hoog aantal arrestaties van personen uit minderheidsgroeperingen niet geconcludeerd kan worden dat criminaliteit eerder te verwachten valt onder minderheden. Wanneer bepaalde groepen vaker worden gecontroleerd en aangehouden, wordt hun aantal in de statistieken immers vanzelf hoger.

Divinatie

Hoe weet een heks die in een bepaalde situatie of in het leven in het algemeen niet zomaar lukraak iets wil doen, maar zich wil laten leiden door betrouwbare kennis en adviezen, welk advies ze moet volgen en welk advies ze beter naast zich neer kan leggen? Mensen geven niet per definitie goede aanwijzingen, en computers ook al niet. Hoe zit het dan met geesten, orakels, sterrenstanden, omens (omina voor taalpuristen), flakkerende kaarsvlammen en andere wezens en zaken die een heks kan raadplegen: heeft ze daar misschien meer aan dan aan mensen en computers?

Een moeilijkheid is vaak dat divinatie berust op tekens die geïnterpreteerd moeten worden. En dat interpreteren gebeurt toch weer door mensen6, en niet iedereen legt dezelfde tekens op dezelfde manier uit.

Vierspan. Gedeelte van een prent met verschillende voertuigen. De Ruyter & Meijer, Amsterdam 1874. Collectie Rijksmuseum

De Romeinse redenaar en filosoof Cicero vertelt in zijn boek De divinatione7 over de droom van een hardloper. Voorafgaand aan de Olympische spelen droomde die dat hij op een vierspan reed. Een mogelijke uitleg van deze droom was dat hij zo snel en krachtig zou rennen als de paarden voor zo’n wagen, en dus zou winnen. Maar het zou er ook op kunnen duiden dat vier andere hardlopers nog vóór hem over de finish zouden komen, net zoals de paarden voor de wagen eerder over de streep zijn dan de menner. Een ander voorbeeld gaat over een vrouw met een kinderwens, die droomde dat haar buik verzegeld was. Eén duiding was dat dat zij niet zwanger kon worden. Maar het zou ook kunnen betekenen dat ze al zwanger was, “want wat leeg is, verzegelt men niet”.

Als een heks onzeker is over haar eigen divinatie- of interpretatievermogens, kan ze naar iemand anders toe gaan die de tekens voor haar duidt. De droomduidingen die Cicero beschreef, waren volgens hem door professionele droomduiders gegeven. Als je voor de zekerheid een ‘second opinion’ vraagt, kun je dus wel eens heel verschillende antwoorden krijgen. Welke uitleg moet je dan volgen? En hoe kom je daar achter? Moet je daar dan ook weer advies over zoeken, of gaan divineren? Dan kun je wel aan de gang blijven…

Een andere moeilijkheid is dat degenen die voor jou de kaarten willen leggen of de tekens willen verklaren, er een verborgen agenda op na kunnen houden. Toen ik eens online zocht naar een pdf over het een of ander en een beetje zat te neuzen tussen wat daar zoal aan elektronisch leeswerk gedownload kon worden, vond ik een brochure die wat algemene informatie leek te geven over dingen als tarot, astrologie en handlezen. Bij nadere beschouwing bleek het een geniepig misogyn pamflet met tips voor mannen om vrouwen te versieren8 door zich voor te doen als esoterisch sensitief – met sweeping statements over wat ‘vrouwen’ zoal zouden willen of denken. Je zult maar zo’n type treffen.

Delphi

Het orakel van Delphi dat verkondigd zou hebben dat Socrates de wijste mens was, stond bekend als het beste orakel van allemaal. Iedereen wist dat niet alle orakels betrouwbaar waren, maar dat de god in Delphi werkelijk wist waar hij het over had. Koning Croesus (Kroisos, Κροῖσος – Croesus is de Latijnse weergave van zijn naam) van Lydië (ruwweg West-Turkije) had eens een test gedaan om na te gaan waar hij het best advies kon inwinnen. Hij had boodschappers naar verschillende orakels gestuurd om op een bepaald moment te vragen wat hij dan aan het doen was, en zorgde ervoor dat hij op dat moment iets raars deed wat niemand zou kunnen verzinnen: een schildpad en een lam in stukken gehakt samen koken in een bronzen ketel met een deksel. De meeste orakels gaven een verkeerd antwoord, maar uit Delphi kwam een orakeltekst terug waarin hij herkende wat hij had gedaan en die hij als beste beoordeelde.9

(Toegeschreven aan) Romeyn de Hooghe: De Pythia int binnen Choor des Orakel tempels – Pythia in de tempel van Delphi. Illustratie voor: Anthoni van Dale: Verhandeling van de oude orakelen der heydenen. De oraculis ethnicorum dissertationes duæ. Amsterdam 1687. Collectie Rijksmuseum

Tegelijk was bekend dat de uitspraken die Apollo bij monde van de pythia (de orakelpriesteres) deed, nogal eens op verschillende manieren konden worden uitgelegd.10 Toen Croesus vroeg wat de uitkomst zou zijn van een oorlog tegen de Perzen, gaf Apollo in deftige verzen te kennen dat dat het einde zou betekenen van een groot rijk. Dat betekent dat ik het grote Perzische rijk kan inlijven! begreep Croesus, en hij begon de oorlog. Hij verloor. Het was zijn eigen rijk dat ten einde kwam. Zo had de god toch weer gelijk. “Goden vergissen zich niet, mensen vergissen zich”, zouden de priesters in Delphi gezegd kunnen hebben.

Shakespeare

In de toneelstukken van Shakespeare worstelen de personages regelmatig met de vraag wat ze moeten doen, en hoe ze, om dat te besluiten, onderscheid kunnen maken tussen goede en slechte raadgevingen of ingevingen. Prins Hamlet weet niet zeker of de geestverschijning van zijn vader, die jammert dat zijn broer Claudius hem heeft vermoord en dat Hamlet hem moet wreken, wel echt de geest van zijn vader is en de waarheid spreekt. Het zou best een boze geest kunnen zijn die hem tot een vreselijke moord wil aanzetten. Met een toneelstuk dat moet inspelen op het mogelijk slechte geweten van oom Claudius, test Hamlet het verhaal van de geest, en concludeert dat dat klopt. Maar Hamlet zegt ook over zichzelf dat hij melancholiek is, en dat hij daardoor niet altijd kan instaan voor wat hij denkt of doet. Door de eeuwen heen hebben theatermakers voor zichzelf moeten besluiten of Hamlet echt geestesziek is of alleen maar doet alsof, en of de geest echt is of niet.

In Macbeth komen drie heksen voor, de Weird Sisters, die de krijgsheer Macbeth begroeten met de woorden
“All hail, Macbeth! Hail to thee, Thane of Glamis!
All hail, Macbeth! Hail to thee, Thane of Cawdor!
All hail, Macbeth, that shalt be king hereafter!”

Macbeth, die inderdaad de Thane of Glamis is, weet op dat moment nog niet dat koning Duncan de titel Thane of Cawdor heeft afgenomen van een andere edelman, om hem aan Macbeth toe te kennen. Maar zodra hij hiervan hoort, begint Macbeth onmiddellijk te dromen van het koningschap dat hem in de derde begroeting is voorspeld. Zijn vrouw gaat ervan uit dat voorspellingen niet zozeer openbaren wat er hoe dan ook staat te gebeuren, maar dat ze mogelijkheden wijzen die je, als je dat wilt, kunt realiseren. Daarom vermoorden zij de koning, waarna Macbeth inderdaad de nieuwe koning wordt.

Maar ze leven niet lang en gelukkig: Macbeth begint te lijden aan slapeloosheid en waanvoorstellingen, en laat meer en meer mensen vermoorden om zijn macht te kunnen behouden. Ook Lady Macbeth krijgt psychische problemen. Macbeth zoekt de heksen op om advies te vragen en krijgt te horen dat hij a) niet verslagen kan worden door iemand die door een vrouw is gebaard, en b) niet verslagen zal worden totdat Birnam Wood tegen hem optrekt. Maar dan kan mij niets gebeuren, denkt hij opgelucht. Want iedereen is geboren uit een vrouw, en bossen voeren geen oorlog.

Misleiding

De heksen in Macbeth zijn ambigue wezens. Zelfs hun uiterlijk is ambigu, want bij de eerste ontmoeting kunnen Macbeth en zijn metgezel niet goed uitmaken of het vrouwen zijn of mannen, of een mysterieus soort luchtspiegelingen. Heksen waren volgens de opvattingen van die tijd wezens die de natuurlijke orde verstoorden en dingen in hun tegendeel konden doen veranderen. Aan het begin van het toneelstuk zingen zij veelzeggend: “Fair is foul, and foul is fair; / Hover through the fog and filthy air.”

Eugène Delacroix: Macbeth raadpleegt de drie heksen. Illustratie voor: L’Artiste, journal de la littérature et des beaux-arts, 1 mei 1864. Collectie Rijksmuseum

Het is niet erg verstandig van Macbeth dat hij zich door hun woorden laat leiden. Hij laat zich daardoor verleiden tot moord. En de ene moord leidt tot de andere. Heeft hij daarin nog wel een keus, of is hij zo ver heen dat hij niet meer terug kan? Kan hij nog rationele besluiten nemen, of is hij te diep in het ‘konijnenhol’ van de Weird Sisters beland, waar niets is wat het lijkt? Als hij (als enige) de geest ziet van een voormalige vriend die hij heeft laten vermoorden, raakt hij in paniek en wil hij van de heksen weten hoe het verder moet, hoe het verder gaat.

Hij laat zich een vals gevoel van veiligheid aanpraten met woorden die iets anders suggereren dan wat ze eigenlijk zeggen. Ongeveer zoals dat grote rijk waarvan Croesus’ oorlog het einde zou betekenen. Want ‘door een vrouw gebaard’ blijkt niet te gelden voor iemand die met een keizersnede ter wereld is gebracht. En laat dat nu net opgaan voor zijn belangrijkste tegenstander. Als diens soldaten naar Macbeths kasteel optrekken, camoufleren ze zich met takken van Birnam Wood, en zo ziet Macbeth zijn einde naderen.

Wantrouwen

Daniel Nikolaus Chodowiecki: Socrates in gesprek met zijn stadsgenoten. Ets. Ook als illustratie in: Basedow, Johann Bernhard. Practische Philosophie für alle Stände (…). Leipzig: S.L. Crusius, 1777. Collectie Rijksmuseum

Terug naar de vraag waar dit alles om draait: hoe kan een heks weten op wie, of op welke websites of programma’s of boeken of orakels of voorspellingen ze zich met een gerust hart kan verlaten, en wie of wat ze moet wantrouwen? Als je zelf echt geen idee hebt, is het moeilijk uit te maken welke personen, boeken en websites jou kunnen helpen of in elk geval op weg kunnen helpen; en welke mensen, boeken of websites, net als de Atheners met wie Socrates in gesprek ging, eigenlijk vooral bezig zijn voor zichzelf en de wereld te verhullen dat ze weinig tot niets weten.

Wie de media een beetje volgt – en onder ‘media’ versta ik hier allereerst de social media, maar ook de meer traditionele media die recente gebeurtenissen vaak toch het eerst via social media lijken op te pikken en niet altijd de tijd kunnen nemen om alles terdege te controleren, en die ook wel eens wat aan AI vragen bij het samenstellen van hun eigen berichtgeving – kan de indruk krijgen dat er zoveel manipulatie van beelden en berichten is, dat de relatie tussen informatie en werkelijkheid totaal is verstoord. Dat in dit post-truth’-tijdperk van enshittification misschien wel alles gemanipuleerd is, en niets is wat het lijkt: fair is foul and foul is fair. Spirituele leraren die er op het eerste gezicht fair uitzien, blijken maar al te vaak foule verkrachters te zijn. Mensen of groepen die weerstand willen bieden aan antidemocratische en anti-egalitaire bewegingen worden voorgesteld als foul, terwijl het willen verdedigen van democratie en mensenrechten volkomen fair is.11 Meer voorbeelden kan iedereen ongetwijfeld gemakkelijk bedenken.

Eugène Delacroix: “Je suis l’esprit de ton père!” – Hamlet (in het zwart) spreekt met de geest (1843). Collectie Rijksmuseum

Voor mensen als Croesus, Hamlet en Macbeth was het al moeilijk om uit te maken naar wie of wat ze beter wel of beter niet konden luisteren, en dan hadden zij nog niet eens te maken met zaken als computergegenereerde nepboeken, bot-accounts op social media, appjes van oplichters die voorwenden een familielid in nood te zijn, foto’s van niet-bestaande vakantiebestemmingen, beelden van gebeurtenissen die nooit hebben plaatsgevonden en wat er verder nog allemaal over de wereld van vandaag wordt uitgestort… hoewel?

De technieken veranderen misschien, maar onbetrouwbare bronnen en desinformatie zijn geen moderne verschijnselen. Mensen uit de tijd van Shakespeare konden twijfelen of de geestverschijningen die ze zagen wel echte geesten waren, of eigenlijk drogbeelden voorgetoverd door heksen of demonen die daartoe werden aangezet door de Duivel; of anders misschien waanideeën ten gevolge van melancholie. Daar maken wij ons niet zoveel zorgen meer om. Wij kunnen ons afvragen of de verontrustende en ontstellende berichten en beelden die de media ons tonen wel echt op waarheid berusten, of dat ze zijn gegenereerd door AI, en of daar geen lieden met politieke, militaire, economische of andere motieven achter zitten die ons via onze emoties willen bespelen.

Waar de mensen uit Shakespeare’s tijd al te gemakkelijk overal heksen en en duivelse krachten aan het werk gingen zien, zo moeten wij, denk ik, oppassen niet compleet paranoïde te worden over de technische mogelijkheden waarover kwaadwillenden vandaag de dag kunnen beschikken.

Aporie

In alle tijden hebben mensen geworsteld met de vraag wie of wat ze konden geloven. Boeken over magie kwamen vroeger weliswaar niet uit AI-kokers, maar dat wil niet zeggen dat boeken die door mensen werden geschreven allemaal gebaseerd waren op deugdelijk onderzoek en waren voorzien van bronvermelding. In de podcastaflevering over nepboeken merkte Zia op dat er in de vorige eeuw net zo goed waardeloze boeken werden gepubliceerd, geschreven door echte mensen.

Destijds werd er al regelmatig gewaarschuwd dat je hekserij niet uit een boek kon leren. Een van de argumenten daarbij was dat in boeken over magische onderwerpen vaak opzettelijk fouten waren verwerkt, om te voorkomen dat onbevoegden echte magie zouden kunnen beoefenen. Waarom er dan überhaupt boeken over deze onderwerpen werden gepubliceerd en de kennis niet uitsluitend in het geheim correct werd overgedragen, legde niemand ooit uit. Het idee was in elk geval niet dat boeken over magie en masse commerciële onzin waren: er waren wel degelijk goede boeken, alleen moest je niet alles klakkeloos aannemen, omdat er op sommige punten een beetje misleiding in kon zitten. En je moest niet op eigen houtje gaan experimenteren, maar werken onder de juiste leiding of begeleiding.

Maar met dat advies zijn we weer terug bij af, want wat of wie geeft de juiste leiding of begeleiding, en hoe kun je daar zeker van zijn als je niet zelf al deskundig bent? De dialogen van Plato waarin Socrates in gesprek gaat met mensen die ergens verstand van lijken te hebben om te achterhalen hoe dat dan zit, eindigen vaak onbeslist. De technische term is aporie. Het is een soort patstelling waarin het probleem niet is opgelost, maar men ook niet verder komt.

Mondt dit artikel, waarin ik als het ware in gesprek ben met mijn eigen bedenkingen, ook uit in een aporie? Is er echt niets te bedenken waarmee een heks die beseft dat ze niet alles weet en kan, en dat ze wel wat hulp, tips en goede boeken kan gebruiken, vooruit kan zonder te worden verlamd door onzekerheid over bij wie of wat ze kan aankloppen?

Twijfel

De filosoof René Descartes leefde in dezelfde tijd als Shakespeare, de tijd van de grote heksenvervolgingen.12 Descartes kende dezelfde twijfel als de personages in Shakespeares tragedies: hoe kan ik weten of wat ik waarneem, echt waar is en mij niet wordt voorgespiegeld door een of andere boze geest?

Na diep nadenken kwam Descartes tot de gedachte dat hij aan alles kon twijfelen, behalve aan het feit dat er iets was dat twijfelde en dus nadacht, en dus echt bestond: zijn denkende geest, zijn zelf: ik denk, dus ik besta”. Uit dat gegeven kon redenerend volgens hem nog veel meer worden afgeleid, waaronder het bestaan van God. Hoe hij dat precies deed, kan ik niet uitleggen, want ik heb het werk waarin hij dit uiteenzette nooit gelezen. Maar het idee dat er bij alle twijfel toch altijd nog iets onbetwijfelbaars overblijft, dat je als vertrekpunt kunt nemen om te achterhalen wat daaruit kan worden afgeleid, en wat er misschien niet per se onbetwijfelbaar is maar wat je op basis van dat alles aannemelijk vindt, heeft me altijd aangesproken.

Logos

François van Bleyswijck: Heraklitus. Embleem met filosoof Heraclitus die huilend naast een wereldbol staat waarop personificaties van gerechtigheid en waarheid verslagen rondkruipen. Heraclitus zou hebben gehuild om de mensheid, terwijl Democritus daarom gelachen zou hebben. Illustratie en gedicht uit: Jacob Zeeus: Gedichten, tweede druk, Amsterdam, A. Schoonenburg, 1737. Collectie Rijksmuseum

Een leraar gaf mij ooit een spreuk van de presocratische filosoof Heraclitus om over na te denken. Het zinnetje luidde: “De logos die zichzelf vermeerdert is eigen aan de ziel”13. Het Griekse woord logos kan van alles betekenen: woord, rede, spraak, reden, uitspraak, stelling, regel, berekening, enzovoort enzovoort. De context moet duidelijk maken wat een passende vertaling is.14

Maar bij deze stelling van Heraclitus, die als bijnaam ‘de Duistere’ had, was er geen context: dit korte zinnetje was de hele tekst. De opdracht ging er gelukkig niet om dat ik de beste vertaling van het woord logos in dat zinnetje zou moeten vinden. Het was er ook niet op gericht dat ik met de enige juiste uitleg van de spreuk als geheel op de proppen zou komen. Dat was niet hoe mijn leraar met dit soort dingen te werk ging. Het was de bedoeling dat ik er grondig over zou nadenken zodat we er enige tijd later over van gedachten konden wisselen, samen zoekend naar de betekenis, en wij met enig geluk in die uitwisseling allebei een klein beetje wijzer zouden worden.

Gek genoeg herinner ik me niet of wij het er later nog over hebben gehad en of mijn leraar mij deelgenoot heeft kunnen maken van interessante inzichten. Waarschijnlijk is het niet meer ter sprake gekomen.

Wat ik me wel herinner, is dat ik vaak over de spreuk heb nagedacht, en dat ik veronderstelde dat de logos daarin zou kunnen duiden op een bepaald denk- en leervermogen dat alle mensen in aanleg bezitten, en dat is verbonden aan ‘het woord’, oftewel taal. Het meeste (bewuste) nadenken en leren vindt tenslotte plaats door middel van taal. Een klein kind kan in het begin alleen nog maar “mmmma mmma” zeggen, maar al gauw leert het meer woorden, en kan het zelfstandig zinnen maken en verbanden leggen die niemand het heeft voorgezegd:15 de ‘logos die zichzelf vermeerdert’ leek mij iets dergelijks aan te duiden.16

Zelfvermeerdering

Paul Gavarni: Lecture du soir – Jonge vrouw leest man voor uit boek van Descartes. Illustratie voor Le Charivari, 10 december 1840. Collectie Rijksmuseum

Pas tijdens het werken aan dit artikel viel mij de gedachte in dat het vinden van betrouwbare kennis zoals Descartes dat meende te kunnen doen op basis van zijn onbetwijfelbare uitgangspunt, op een bepaalde manier lijkt op het zichzelf vermeerderen van de logos van Heraclitus, zoals ik dat ooit voor mezelf uitlegde. Descartes begon met één piepklein stukje zekerheid, en bouwde dat uit tot allerlei andere zekerheden. De mens begon volgens de spreuk van Heraclitus, althans in mijn interpretatie daarvan, met een klein beetje spraak- en denkvermogen en breidde dat geleidelijk uit.

Toch is er een verschil tussen de toenemende zekerheden en de toenemende logos: voor de zekerheid dat er een twijfelend subject was, had Descartes geen buitenwereld nodig. Hij begon er juist mee, te denken dat alles wat hij buiten zichzelf meende waar te nemen misschien wel illusies waren die hem werden voorgespiegeld door een boze geest. In Matrix-termen17 zou je kunnen zeggen dat hij bedacht dat de wereld waarin hij meende te leven misschien niets anders dan een computersimulatie was.

Maar in The Matrix is er iemand anders voor nodig om degenen die in de simulatie geloven te vertellen dat het allemaal een illusie is. Zo’n oplossing is voor Descartes niet bruikbaar. Zijn twijfel zegt dat alles een illusie kan zijn, niet dat het een illusie is, en een boodschapper die het allemaal zegt te doorzien, kan zelf wel een simulatie, of een boze geest zijn. De hele ontwikkeling van twijfel naar kennis speelde zich af in het denken van Descartes zelf, zonder tussenkomst van een ander die hem wel eventjes de uitweg uit de twijfel kwam wijzen.

Wisselwerking

Bij Heraclitus16 stond niet zozeer de denkende of sprekende mens in het middelpunt, maar de logos. En die logos is ‘eigen aan de ziel’. Misschien is dit te vergelijken met een zaadje dat niet door iemand anders gezaaid of geplant hoeft te worden, omdat het er al is. De mens neemt waar en leert door middel van de logos die in zijn ziel is, en die logos kan van nature in hem groeien, zichzelf vermeerderen.

Maar de logos in iemands ziel groeit in wisselwerking met de omgeving, waarin mensen om hem heen zijn die ook spreken en denken met de logos in hun ziel. Voor een zelfvermeerderende logos in de ziel is een wereld (misschien een wereldziel) buiten de ziel van het individu nodig, net zoals een zaadje grond, vocht, licht nodig heeft om te ontkiemen en te groeien, terwijl die groei toch geheel uit het zaadje zelf komt.

Het is, denk ik, niet alleen de logos in de ziel van één persoon die groeit in de wisselwerking met de omgeving. Het is een uitwisseling, waarin de logos in de omgeving ook kan groeien. Of misschien is het beter om te zeggen dat de algehele logos zichzelf vermeerdert door uitwisselingen.

De tijd nemen

Edouard de Beaumont: La Terre – Jonge vrouw bekijkt twee kleine plantjes (1822 – 1888). Collectie Rijksmuseum

Het belangrijkste element bij goede raad is misschien wel tijd. Een zaadje, of de logos in de ziel heeft tijd nodig om te groeien. De heks uit mijn voorbeeld heeft tijd nodig om voor zichzelf duidelijk te hebben waarover ze nu precies advies nodig heeft, want als de vraag niet duidelijk is, zal het antwoord meestal ook niet duidelijk zijn. De tijd om te bedenken met wie ze het eventueel kan bespreken, want een willekeurige voorbijganger aanklampen zal zelden iets opleveren wat past bij haar vraag (tenzij ze op die manier een ‘omen’ wil verkrijgen). De tijd om het gekregen advies rustig te overdenken en eventueel met anderen te bespreken. De tijd om boeken en artikelen te lezen over het onderwerp waarmee ze bezig is, er podcasts over te beluisteren of filmpjes te bekijken. De tijd om dat allemaal te laten bezinken en op haar gemak te overdenken.

De commercie kent het belang van tijd voor een weloverwogen beslissing, en probeert die factor uit te schakelen met aanbiedingen die alleen NU geldig zijn. Oplichters doen hetzelfde door mailtjes te sturen waarin je NU op een link moet klikken omdat anders je internet wordt afgesloten / rijbewijs ingetrokken / bankrekening geblokkeerd, of vul maar in. Ook in het maatschappelijk leven wordt vaak geroepen dat er NU actie ondernomen moet worden, want anders… En dat kan waar zijn, maar dat is het lang niet altijd.

Het lijkt me in elk geval zinvol om ten minste de tijd te nemen om te bedenken of het beslist nodig is dat je je op stel en sprong een definitief standpunt inneemt over alles wat zich voordoet, en dat wereldkundig maakt. Of het echt allemaal zo urgent is dat er snel knopen doorgehakt moeten worden. Of het doorhakken van knopen, als dat inderdaad echt moet gebeuren, ook beslist NU moet gebeuren, nog voordat er rustig over is gepraat en nagedacht; en als dat het geval is, of dat dan ook inderdaad het beste kan worden gedaan op de manier die wordt voorgesteld, of dat er een betere manier is te bedenken. Een manier waarop wordt gekeken naar het geheel waarbinnen het zich afspeelt. Op z’n minst kan er toch een nachtje over worden geslapen. Want bij het zoeken naar snelle oplossingen verliest men het grotere geheel gemakkelijk uit het oog.18

Ken jezelf

In de pronaos (het voorportaal) van Apollo’s tempel in Delphi waren voor de bezoekers enkele algemene adviezen  aangebracht die de Zeven Wijzen19 van Griekenland hadden opgedragen aan Apollo. De bekendste zijn: ‘Ken jezelf’ (gnothi sauton, γνῶθι σαυτὸν) en ‘in niets teveel’ (mèden agan, μηδὲν ἄγαν.). Het laatste advies is duidelijk: houd maat. Het eerste wordt dikwijls als een psychologisch advies opgevat, maar betekende in de oudheid waarschijnlijk in de eerste plaats: besef dat je een mens bent, geen god.

Deze twee spreuken bij elkaar kunnen verklaren waarom Apollo Socrates de wijste mens genoemd zou hebben20: Socrates besefte dat hij net als iedereen gewoon maar een mens was. Dat zijn kennis, begrip en voorstellingsvermogen daardoor altijd beperkt zouden zijn, en dat mensen wel konden zoeken naar wijsheid, maar niet moesten pretenderen meer te weten of te kunnen dan wat menselijk mogelijk was.

Een goed uitgangspunt in het zoeken naar wijsheid lijkt mij het besef dat iedereen wel iets kan weten en begrijpen, maar dat we allemaal mensen zijn die niet alles kunnen weten, begrijpen en voorzien, jij en ik niet uitgezonderd. Ken jezelf! Helaas wordt er nogal eens onderscheid gemaakt in de mate van menselijkheid van verschillende mensen, en wordt vergeten dat we allemaal mensen zijn. Sommige mensen vergeten dat anderen mensen zijn zoals zijzelf en sommigen vergeten dat ze zelf een mens zijn zoals alle anderen. En sommigen vergeten allebei. Zulke vergeetachtige mensen lijken mij slechte adviseurs.

Niet één mens heeft de volledige waarheid in pacht. Maar iedereen kan en weet wel iets, en het is altijd mogelijk om net als Socrates met anderen in gesprek te gaan, op zoek naar nieuwe of betere inzichten. Al doende kan het beetje wijsheid dat je hebt, groeien. En zo kun je steeds beter beoordelen op welke informatie en welke adviezen je kunt vertrouwen.

Ceci n’est pas un conseil

Dit zijn zoal wat gedachten die bij mij opkomen als ik nadenk over de vraag hoe ik, of iemand anders, waar nodig fair van foul en foul van fair kan onderscheiden. Het zal duidelijk zijn dat ik net als iedereen ook maar een mens ben en dat mijn gedachten menselijke tekortkomingen vertonen. Dit artikel is dus niet bedoeld als advies over het vinden van het juiste advies. Eerlijk gezegd betwijfel ik of er überhaupt een algemene stelregel valt te geven over hoe misleiding te allen tijde kan worden vermeden.

Ik hoop alleen dat de heksen van nu in staat zijn te doen wat men vroeger dacht dat heksen konden, namelijk dingen in hun tegendeel veranderen. Dan kan wat foul is, en ook wat ooit fair was maar nu door boosaardige machten lijkt omgetoverd in foul, opnieuw fair worden.

Noten

1 Voornaamwoord aan te passen naar eigen smaak en inzicht. Gemakshalve gebruik ik voor ‘iemand’ mannelijke voornaamwoorden; dit is voor mij louter een kwestie van grammatica, geen waardeoordeel over menselijke geslachten of genders.

2 Voornaamwoord desgewenst aan te passen naar eigen smaak en inzicht. Het is gangbaar om bij een verder niet gespecificeerde heks vrouwelijke voornaamwoorden aan te duiden, en dat gebruik volg ik hier. Lezers van Wiccan Rede Online weten wel dat heksen niet per se vrouwen hoeven te zijn. Dat ik voor ‘iemand’ en ‘heks’ verschillende persoonlijke voornaamwoorden gebruik, houdt geen waardeoordeel in, en er mag niet uit worden afgeleid dat een heks zijn en iemand zijn niet zou kunnen samengaan.

3 AI staat, zoals iedereen inmiddels wel weet, voor artificiële intelligentie. Of kunstmatige intelligentie, zoals het vooral in de vorige eeuw werd genoemd (de afkorting KI was toen al in gebruik voor kunstmatige inseminatie). De wetenschapsscheurkalender van dit jaar maakte naar aanleiding van mensen die in AI het het einde van de mensheid zien opdagen de woordspeling “apocalyptische intelligentie”. Hierdoor op een idee gebracht heb ik een tijdlang, wanneer ik even niets anders te doen had, bijvoorbeeld tijdens het wachten op een bus, andere grappige of venijnige uitleggingen voor de afkorting proberen te verzinnen. Zoals anti-intelligentie. Of armoedige imitator, afgekeken idiotie, achterhaalde incorrecties, arrogante ineptie, absurde insinuaties… Neuropsycholoog Erik Scherder blijkt dit spelletje ook te spelen. Hij heeft het over “afnemende intelligentie”.

4 ‘Laagwaardige informatie’ in NRC van 9 oktober, ‘informatievervuiling’ in de Volkskrant van 11 juni dit jaar. Helaas zijn beide artikelen online alleen voor abonnees beschikbaar.

5 Een artikeltje over dit onderzoek begint met een raadsel dat ik als kind al hoorde, maar dat blijkbaar onverminderd actueel is. Het gaat over een vader en zoon die een auto-ongeluk krijgen, waarbij de vader op slag dood is en de zoon naar het ziekenhuis moet om te worden geopereerd.  Maar op het laatste moment zegt de chirurg: “Sorry, deze operatie kan ik niet doen. Dit is namelijk mijn zoon.” Hoe kan dat?
“Het merendeel van degenen die dit raadsel voorgeschoteld krijgen, ervaart grote moeite met het vinden van de oplossing. Antwoorden als: “Het is de zoon van een homostel”, “De jongen is geadopteerd” of “De moeder is vreemdgegaan, en de chirurg is de echte vader”, passeren de revue. Slechts een kleine groep draagt de simpele oplossing aan dat de chirurg de moeder van de jongen moet zijn.”

6 Ik heb tenminste nog niet gehoord of gelezen over mensen die AI vragen een droom, omen, kaartlegging of iets dergelijks te duiden. Wel zijn er mensen die zich afvragen of AI zelf als orakel gebruikt kan worden. Een waarschuwing die daarbij wordt gegeven is dat AI er, misschien nog wel meer dan menselijke waarzeggers, op is gericht, de gebruiker naar de mond te praten (“to make you happy”).

7 Cicero: Over het voorspellen van de toekomst (De Divinatione). Vertaald, ingeleid en van aantekeningen voorzien door W.A.M. Peters. Ambo Klassiek, Baarn 1992. Genoemde voorbeelden op blz. 136-137.

8 Versieren is eigenlijk te feestelijk uitgedrukt. Als seksobject in bed te krijgen. Het pamflet was ongetwijfeld afkomstig uit de virtuele gemeenschappen van de extreemrechtse ‘manosphere’ die Donna Zuckerberg beschrijft in haar boek Not All Dead White Men.

9 De tekst van het Delphische orakel zoals Herodotus die geeft, is bijvoorbeeld hier te vinden.
Er was trouwens nog een ander orakel dat het bij het rechte eind had, schrijft Herodotus, namelijk het orakel van Amphiaraus, maar daar weet hij verder niets over te vertellen.

10 Apollo werd soms als Loxias (Λοξίας) aangeduid, en deze naam is wel verklaard als ‘de Ambigue’, vanwege de ambiguïteit van zijn orakels. Maar de naam kan ook eenvoudig te maken hebben met woorden als ‘woord’ en ‘spreken’ (uitspraken doen).

11 “(…) om kritisch denken uit te bannen, eigenen fascisten zich de betekenis van woorden toe. Onder het mom van ‘vrijheid van meningsuiting’ kondigde Trump na de moord op de rechts-conservatieve activist Charlie Kirk omvangrijke maatregelen aan om progressieven de mond de snoeren.” – Rosan Smits: ‘Tien manieren om je te verzetten tegen fascisme.’ De Correspondent, 14 oktober 2025

12 Shakespeare leefde van 1564 tot 1616. Descartes van 1596 tot 1650. Voor het hoogtepunt van de Europese heksenvervolgingen geldt een periode van ongeveer 1560 tot 1630 of 1680.

13 In het Grieks en in Duitse vertaling: ψυχῆϛ ἐστι λόγοϛ ἑαυτὸν αὔξων – Der Seele ist dat Wort eigen, das sich selbst mehrt. Jaren later trof ik deze spreuk aan in: Herman Diels: Die Fragmente der Vorsokratiker. Griechisch und Deutsch. Berlin 1903 / Cambridge University Press 2019, blz. 82

14 Het komt voor in het veel gemaakte onderscheid tussen mythos en logos. Beide woorden kunnen in het Grieks zoiets als woord, uitspraak of verhaal betekenen, maar in dit onderscheid worden ze in contrast tegenover elkaar gezet. Mythos staat dan voor het mythische denken en logos voor het logische denken. Waar dit onderscheid wordt gemaakt, speelt op de achtergrond nogal eens het idee dat het ene superieur zou zijn aan het andere. Men vindt bijvoorbeeld dat de mythos van de godsdiensten is achterhaald en vervangen door de logos van de wetenschap; of men zet zich tegen precies die gedachte af en meent dat het de logos is die de mens op een dwaalspoor heeft gebracht.
Bij de Stoïcijnen (d.w.z. later dan Heraclitus) was de Logos het achterliggende, sturende principe in de hele natuur. Eigenlijk een soort abstracte god. Goed leven was leven in overeenstemming met de Logos, oftewel een leven in overeenstemming met de natuur. Dit hield in – even héél kort door de bocht – dat je de dingen die jou overkwamen, het beste maar gewoon over je heen kon laten komen zonder je ertegen te verzetten of je er druk over te maken. Sterker nog, je kon er het beste actief in meegaan. Ze stelden zich het menselijke bestaan voor als een hond die aan een wagen was vastgebonden: wat die hond het beste kon doen om niet te worden meegesleurd, was ervoor te kiezen gewoon mee te rennen.
Maar misschien wel de meest genoemde betekenis van logos is ‘woord’. Zo wordt het vertaald in het begin van het Johannesevangelie: “In den beginne was het Woord, en het Woord was bij God, en het Woord was God. Dit was in den beginne bij God. Alle dingen zijn door Hetzelve gemaakt, en zonder Hetzelve is geen ding gemaakt, dat gemaakt is. In Hetzelve was het Leven, en het Leven was het Licht der mensen. En het Licht schijnt in de duisternis, en de duisternis heeft hetzelve niet begrepen.” Ook hier blijkt het niet te gaan om een willekeurige combinatie van letters of klanken, maar om een principe dat aan alles ten grondslag ligt.

15 Een mooi voorbeeld maakte ik ooit mee toen een klein jongetje naar een metalen ventilatierooster in de muur wees en “haai!” zei. Ik begreep het eerst niet en dacht dat ik hem verkeerd verstond, maar hij herhaalde: “haai!” Toen werd me duidelijk dat hij een boekje had waarin de kieuwspleten van de daarin afgebeelde haai een duidelijke visuele gelijkenis vertoonden met de schoepen van het luchtrooster: een verband dat ik uit mezelf niet snel zou hebben gelegd, maar dat ik wel kon begrijpen.

16 In dit artikel beschrijf ik hoe ik de spreuk van Heraclitus voor mezelf uitlegde in de tijd dat mijn leraar die aan me gaf. Ik weet eerlijk gezegd niet of ik nog altijd precies zo denk over het zich als het ware vanzelf ontwikkelende leervermogen van de mens, en al helemaal niet of ik geloof dat Heraclitus’ uitspraak daar iets te maken zou kunnen hebben. Maar ik ben sindsdien niet meer in de gelegenheid geweest nog eens goed over deze kwesties na te denken. En als het waar is dat iemands geestelijke vermogens verminderen na het veertigste levensjaar, valt te betwijfelen of dat er ooit nog van komt, want ik ben nu ongeveer net zo ver van de veertig verwijderd als toen, maar nu aan de verkeerde kant.

17 Ik refereer aan de film The Matrix, die ik op televisie zag toen die redelijk nieuw was, zo’n kwarteeuw geleden. Meer dan dit eerste deel uit de serie Matrix-films heb ik nooit gezien en ik heb ook het eerste deel nooit opnieuw bekeken, omdat ik vond dat een op zich interessante filosofische gedachte daarin zwak en uiterst gewelddadig werd uitgewerkt. Geweld kan mensen soms dwingen, maar nooit overtuigen en is dus geen zinnig filosofisch argument.

18 De gedachte is nogal eens: X is slecht, dus als we voortaan niet-X doen, is het goed. Zonder dat eerst de implicaties van niet-X worden onderzocht. Zo werd op zeker moment biobrandstof voorgesteld als ‘groen’ alternatief voor benzine en diesel, maar voor die biobrandstof bleken grote stukken tropisch regenwoud te worden gekapt voor de palm- en sojaplantages waaruit biobrandstof werd gewonnen. Er is nu een tendens om alle vervoermiddelen elektrisch te willen maken, terwijl het elektriciteitsnet al overbelast is, en die elektriciteit ook niet zomaar uit het niets komt. Kernenergie kan een ramp betekenen als er iets misgaat, en zelfs als er niets misgaat is er het probleem van het afval dat millennialang radioactief blijft. Zonnepanelen worden vaak onder mensonterende omstandigheden gefabriceerd, en als ze in brand vliegen komen er schadelijke stoffen in het milieu. Beter zou het zijn om het energiegebruik te verminderen. Maar dat is moeilijk en zal een langdurig proces zijn, want het vereist een heel andere manier van leven dan waaraan we gewend zijn geraakt. Denk alleen al aan het energieverbruik van de datacenters die nodig zijn voor alles wat tegenwoordig grotendeels of soms zelfs al geheel digitaal werkt: banken, overheidsdiensten, verzekeringen, postverkeer, webwinkels enzovoort. En AI blijkt al helemaal stroom te vreten

19 Er zouden, voordat Socrates als de wijste mens werd aangewezen, in het oude Griekenland zeven wijzen zijn geweest. Maar de namen die worden genoemd voor die zeven, komen niet altijd overeen. Kennelijk verschilden de meningen over welke wijze echt wijze uitspraken deed en welke niet.

20 Dat verhaal over Socrates die volgens Apollo de wijste mens zou zijn, is bekend uit Plato’s Apologie, waarin Socrates tijdens het proces tegen hem vertelt dat Chaerephon had gezegd dat Apollo hem dat ten antwoord had gegeven. Het is bij Plato altijd de vraag hoeveel geloof eraan moet worden gehecht als hij het heeft over iets wat iemand zegt over wat iemand anders gezegd zou hebben.

Geplaatst in Heksenkronkels, Nieuws | Getagged , , , , , , , , , , | Een reactie plaatsen

Nu’t’s Embrace: Initiation, Afterlife, and the Legacy of Seti I

I first met Seti I in Cairo, in a room as quiet as an intake of breath. In the dimmed light, his mummified face—regal, startlingly human—rested behind glass, the mortal trace of a man who stood beneath Nubian suns and ordered stone to remember the gods and sky. Later, on my travels south and crossing to the West Bank at Luxor, I came to the Valleys of the Kings, Queens, and Nobles. Because of safety concerns, Seti’s tomb (KV17) was closed. There had been rockfalls, yet I could peer down into the cool mouth of the corridor into the limestone earth and catch the beginning of the wall inscriptions: the opening passages of the Book of Gates. Even at the threshold, the text worked on me like a tide at the ankles—twelve hours, twelve trials, travelling in the sun-boat, uttering the names you must know to pass.

Seti has long been a companion in my devotions and studies—not only a formidable Nineteenth Dynasty pharaoh, but an exemplar of ritual sovereignty: how a culture understands leadership as both service and keeper of sacred cosmology. My travels to reach his temple centre would demand more than I had expected. To get there, we would travel via Dendera and then on to Abydos, a distance of more than 100 kilometres.

Dendera’s Starry Counterpoint Dendera is the cult centre of Hathor; her temple offers a sense of power and artistry. The famous Zodiac of Dendera, with its Greco-Roman skin and Egyptian bones, is less a toy for horoscopic tinkering than a cosmography—the sacred order by which any witch finds their bearings. On a day when the temple was near empty, I stood in the inner sanctuaries and heard the Dendera hush and a weeping for the loss of the celebrated circular sky map. Its myth and mathematics today rest in the Musée du Louvre in far-off Paris.

The Temple (Temple of Hathor) stands close to the town of Dendera, just north of Luxor on the Nile’s west bank. It is renowned for its colourful ceilings and beautiful Hathor-headed columns. Built in Greco-Roman times, it was the centre of the sacred cow goddess cult, the worship of Hathor and a place for pilgrims seeking joy and healing.

From Dendera, we travelled north for about 105 km by minibus (about 1.5 hours), crossing rural roads often shared with donkey carts and motorbikes. This route brought us to Abydos, one of the oldest and holiest cities of ancient Egypt. There stands the Temple of Seti I, dedicated to Osiris and is famous for its detailed carvings and the Abydos King List. It was a major pilgrimage destination, strongly linked to the afterlife and Egyptian kingship.

At Abydos, Seti’s temple unfolds seven chapels, shrines to Ptah, Re-Horakhty, Amun-Re, Osiris, Isis, Horus, and a seventh to Seti himself, as the deified king. I looked at the detailed hieroglyphs that tell the story of how a man—a pharaoh—becomes a god. It’s the heartbeat of Seti’s vision, carved in stone and still within our reach.

Meanwhile, in London, within Sir John Soane’s Museum, Seti’s vast alabaster sarcophagus glows like moon-milk in a sepulchral chamber. Inside and out it bears the Book of Gates; at the base, the sky-goddess Nu’t (Nuit, to Thelemites) stretches her protective body beneath the king, receiving and regenerating him. Recent programs at the museum—In Focus: Celebrating the Sarcophagus of Seti I—invite us to see the piece not merely as art, but as ritual technology: a portable underworld of names and stars.

Entering the Seven Chapels The seven chapels at Abydos form a ritual diagram in stone. Each shrine stages an exchange: king and deity, offering and response, the visible and the numinous. In the seventh, Seti is divinised, man made a god, not as vanity, but as the liturgy of the office he fulfilled: the human tasked to carry the god’s image until the image lives in the human. The King List nearby folds history into rite; the community remembers itself to remember the cosmos.

By the time I’d reached Abydos, it was the end of a long-held vow. The route we travelled was frequently unsealed dirt roads. I was physically exhausted, feeling sick from the constant jolting about in the vehicle. The heat had got to me, too. It took all my energy just to get to the hypostyle hall. This was the large, open area of the roofed entrance hall, supported by columns, and traditionally served as a processional and transitional space before the inner temple. I leaned against one of the 12 hypostyle columns. I was parched and reeling. I used the stone to steady myself before I could enter the temple complex. Many of my photographs at Abydos show the telltale signs that I could barely stand. Finally, deep inside the dimly lit temple, I entered Seti’s chapel. In the seventh chamber, I lay prostrate in a quiet savasana, corpse-pose upon living stone. My eyes and camera read the chapel walls as if they were my own funerary rite.

From my corpse pose, looking up at the carved hieroglyphs of Seti’s chapel, I wondered whether there were hints to be found about how Seti was made into a god. Examining the moment, preserved in stone, Seti did not do this deifying act to himself; it was enacted upon him. He was the instrument used by the gods and the fates during an allotment of time. Only the gods can make a god.

Working the Gates (for Witches and Scholars Alike)

Later, on my return to Sydney, I pondered these rites I’d witnessed preserved in stone. The Book of Gates is both study and praxis:

Name-work—To pass a gate, you speak the guardian’s name. Not superstition, but the ethics of address. The world is relationships; names are how we pledge reciprocity.

Hour-work—Twelve segments, sunset to sunrise: an underworld vigil any coven can structure a timed meditation or trance. Assign each hour a virtue, a trial, a trance, a rebirth. Record what arrives; repeat seasonally and let the pattern teach you.

Nu’t’s Embrace—The image floor of Seti’s sarcophagus is the image of Nu’t. Sky below, sky above: the sarcophagus enclosure becomes the body of Nu’t. We fall into her darkness to rise as dawn.

Ma’at as Measure: Let the “Table of Nations,” what the Egyptians called the “four races” of humankind, haunt your ethics. Who is welcomed in your circle? What do your rites do for justice, not merely power?

London by Candlelight, Luxor in Memory

Seti’s tomb in the Valley of the Kings (KV17) discovered in 1817 by Belzoni remains one of archaeology’s great revelations. The sarcophagus Sir John Soane purchased in 1824 became his prized possession. Seti’s sarcophagus isn’t fragile because it is old; it is fragile because it is still working. The object is almost painfully beautiful: translucent calcite-alabaster, incised with a night-script meant to be read by the soul. In the translucent sarcophagus, Seti is both passenger and pilot.

(Hieroglyphic of the Book of Gates, 5th hour, detail of the solar barque with Amoun-Ra, as the midnight god.)

The Book of Gates is not a ‘book’ as we know it, but a sequence inscribed both in Seti’s tomb and on his sarcophagus—a choreography of the nocturnal journey, hour by hour, with guardians whose names must be spoken for passage with the solar god as companion. Nu’t, the eternal, is inscribed in the floor base of the sarcophagus, and her image is thought to have also been on the interior of the now missing lid. The missing lid and motif of Nu’t in the floor of the sarcophagus are like a metaphor: the lid removed, the sky-goddess within, the initiate’s entry point is revealed. In Nu’t’s embrace, the deceased are given a cosmological guarantee; the Great Mother of the deep sky and space promises rebirth.

Egyptologists read these images as funerary literature; modern witches will recognise an initiatory mapping of the afterlife. The twelve hours offer a ritual curriculum: naming, boundary-crossing, confrontation, and reintegration. This is not simply judgment before Osiris, though judgment is present, but a drama of union: the king becomes Osiris and Amoun to rise as Ra, as Khepri, the morning scarab that lifts the sun-disc again. The Soane sarcophagus remains a principal witness for the Book of Gates; even nineteenth-century publications leaned on it to establish an understanding of the sequence.

Among the most striking scenes associated with Seti’s tomb is the register of the “four races” of humankind—Egyptian, Asiatic, Nubian, Libyan—processing before the gods. For scholars, this is historical iconography; for practitioners, it is a reminder that initiation is not parochial. Ma’at—the balance that holds ocean to shore and oath to deed—isn’t tribal. The gates open for those who know the names and keep the right relationship.

(The photo of the sarcophagus of Seti I in the crypt of Sir John Soane’s Museum, evening by candlelight, London.)

I think of Soane’s sepulchral chamber—how the museum sometimes lights the sarcophagus by candle, returning the alabaster to its lunar nature. I think, too, of standing on that ramp in the Valley, peering down into the corridor where the first frames of the Book of Gates appear; and of my supine stillness in Seti’s chapel at Abydos. Three hours of one ritual: open air on the West Bank, stone rest in a temple, and lamplit in a London crypt. Belzoni’s 1817 discovery was more than a spectacle; it was only a beginning. The conversation continues—curators, conservators, and, yes, witches—turning the pages again. [1]

Seti’s legacy is the ground of the work. Deep sky above, deep sky below: the circle becomes the body of Nu’t. We fall into her darkness to rise as dawn.

Ma’at as Measure—Let the “Table of Nations” (the images that depict diversity of races) haunt your ethics. Who is welcomed in your circle? What do your rites do for justice, not merely power?

And for the Egyptologist with an esoteric ear: philology, palaeography, and conservation notes only deepen the enchantment. Precision is reverence. The more closely we read the registers, date the hands, and parse syncretisms at Abydos, the better we avoid romantic projection—and the more available the text becomes to real ritual imagination.

From Sydney’s headlands to the Thames embankment, from salt air at Bondi to desert dust at Luxor, the teaching is one: my choice of curiosity to make a pilgrimage of descent, provided me a way through the hours of night. Seti’s sarcophagus is a door; the Book of Gates is an invocation; and in Nu’t’s arms of embrace, we remember we belong to a larger, deeper skies.

(Tim Ozpagan resting before the hypostyle hall, entrance to Seti I’s temple at Abydos.)

(At the entry to Seti’s chapel at Abydos, showing the hieroglyphic image of Seti being guided by Anubis.)

Witches and scholars, over to you: What gate do you stand before tonight or in this season? Is Ma’at there to restore your choices—is Nu’t there to ask her to embrace you? And for those who have stood at Dendera, Abydos, or before Soane Museum’s glowing sarcophagus—what did the stones say to you?

[1] As of October 2025, the Sarcophagus of Seti I remains on permanent display in the Sepulchral Chamber (basement) of Sir John Soane’s Museum, London, where Soane installed it after purchasing the piece in 1824. Carved from translucent Egyptian calcite (alabaster), the sarcophagus is incised inside and out with passages commonly known as the Book of Gates, with the sky-goddess Nu’t depicted across the base. The object has been displayed within a protective glass case since 1866 (refurbished with clear safety glass in 2007).

Images: 3, 4, private collection Tim Ozpagan

1 – Amoun-Ra-Book-of-Gates (https://en.wikipedia.org/wiki/Mehen#/media/File:Book_of_Gates_Barque_of_Ra_cropped.jpg)

2 – Soane-sarcophagus-late-event-candlelight (https://www.soane.org/sarcophagus-seti-i)

3 – Tim-Ozpagan-Abydos

4 – Tim-Ozpagan-Seti-Chapel

Resources

Sir John Soane’s Museum The Museum continues to programme talks around the piece—see In Focus: Celebrating the Sarcophagus of Seti I (15 October 2025, 1–2pm; tickets £5) and check the “What’s On” page for future dates; standard gallery hours are currently Wed–Sun, 10am–5pm, free entry. Sir John Soane’s Museum+1 It is presently displayed in the crypt section, called Sepulchral Chamber, of Sir John Soane’s Museum in London. https://www.soane.org/sarcophagus-seti-i

Sarcophagus of Seti I https://en.wikipedia.org/wiki/Sarcophagus_of_Seti_I

Scanning Seti: The Regeneration of a Pharaonic Tomb https://factumfoundation.org/our-projects/exhibitions-and-conferences/scanning-seti-the-regeneration-of-a-pharaonic-tomb/

 

Geplaatst in English articles | Getagged , , , , , , | Een reactie plaatsen

Celebrating Samhain / Hallowe’en

All Hallows’ Eve, or Hallowe’en, has deep and layered origins that merge ancient pagan, Christian, and folk traditions. Its development can be traced through several cultural streams:

The roots of Hallowe’en lie primarily in the ancient Celtic festival of Samhain (pronounced SAH-win), celebrated in Ireland, Scotland, and parts of Britain around October 31st.

“Samhain” means summer’s end — marking the transition from the light half of the year to the dark half. In Irish Gaelic, it means literally ‘the first day of Winter’, and it is also the name of the month of November. The Celts believed that on this liminal night, the veil between worlds was thin — allowing spirits, ancestors, and otherworldly beings to cross into the human realm.

Bonfires were lit to ward off malevolent spirits, and offerings of food were left for ancestors and wandering souls.

People wore disguises or “guises” to confuse or repel harmful entities. Divination rites were common — foretelling marriage, death, and fortune for the coming year. One custom at this time of the year was to use Lead. Lead pouring is an ancient technique of divination using melted metal. Typically, molten lead or tin is dropped into water, and the Diviner would interpret the pattern, or the way in which the metal solidified.

Many of these customs /traditions later blended with Christian and local folk practices. In the 7th century, the Church began to Christianize pagan festivals:

All Saints’ Day (All Hallows’ Day) was originally celebrated in May, but Pope Gregory III (8th century) moved it to November 1st — possibly to coincide with Samhain and to help convert pagans by reinterpreting the festival. All Hallows’ Eve, therefore, became the evening before All Hallows’ (Saints’) Day — October 31st. All Souls’ Day (November 2nd) followed soon after, honouring the faithful departed, or Beloved Dead.

This created a three-day observance known as Hallowtide: All Hallows’ Eve (Oct. 31), All Saints’ Day (Nov. 1) and All Souls’ Day (Nov. 2) 🎃

In medieval Europe, customs around death, spirits, and the harvest continued: Souling: the poor went from door-to-door on All Hallows’ Eve or All Souls’ Day, offering prayers for the dead in exchange for “soul cakes. Guising: children and adults dressed in disguise to receive offerings — a precursor to modern trick-or-treating. Jack-o’-lanterns originated from Irish folklore — the tale of Stingy Jack, who tricked the Devil and was doomed to wander with a glowing coal inside a carved turnip. Immigrants later used pumpkins in America. [i]

When Irish and Scottish immigrants brought these customs to North America in the 19th century, they blended with local harvest festivals and evolved into modern Hallowe’en. Community parties replaced some of the earlier religious or spiritual focus.

Trick-or-treating became widespread by the mid-20th century. Themes of ghosts, witches, and the macabre remained, echoing the ancient sense of liminality between worlds. Today, especially in America, ‘Hallowe’en’ is big business, with dedicated stores opening as early as July selling thousands of decorations, costumes, gadgets and so on. Houses and even streets are decorated with all kinds of Hallowe’en objects, providing wonderful scenes for young and old alike. Trick-or-treating is extremely popular with children as they go from door to door on October 31st. Many people also prepare to receive them and make appropriate Hallowe’en treats/sweets.

(Children visiting neighbours for ‘trick-or-treat’ – I was standing at the doorway.  Knoxville 2017)

Hallowe’en in Louisville, 2015… personal memories

If we look at the Lunar Cycle, the Full Moon preceding All Hallows’ Eve is what we call a Blood Moon. This is a time when animals are culled. [ii]  Their blood is rich, warm, full-bodied. This is the time when the apples are the sweetest, the nuts are fleshy and sumptuous. The grapes are being made into wine. All in preparation for the long winter ahead.

(Excerpt from the Silver Circle Moon Calendar – ‘Blood Moon’)

Blood Moon also reminds us of the bonds created by our ‘Blood Brothers & Sisters’ and our connection with our ancestors and families. This theme is echoed again at Hallowe’en when we invite our Beloved Dead, our ancestors, to join us

As we have seen All Hallows’ Eve is a weaving together of the ancient roots of Samhain and the later Christian Hallowtide

Samhain & All Hallows’ Eve: Between the Worlds

Now fades the sun,
and summer breathes her final sigh.
The wheel turns —
light into shadow,
life into memory.

This is Samhain,
the hinge of the year,
when the veils grow thin
and the voices of the ancestors
whisper through the wind.

Fires once burned upon the hills —
to guard, to guide, to gather —
and folk in humble guises
walked between fear and reverence,
honouring the unseen.

In later years, the Church set holy days to frame this night:

All Hallows’ Eve,
the vigil of the saints,
and following, the day of souls —
for all who have crossed beyond.

Yet beneath the bells and prayers,
the old songs still stir:
of apples and embers,
of endings and beginnings,
of kinship that time cannot sever.

So we light our candles once more —
for those we love,
for those unforgotten,
for the earth that cradles us all.

Between worlds we stand,
blood to blood, heart to heart,
Spirit to Spirit… with love.
As above, so below;
as within, so without.

Blood Moon above, keeper of vows,
Hold this web of kinship now.
When the light wanes, let our spirits remain,
Bound in peace, until we meet again.

Blessed be this turning of the year —
and all who walk its sacred edge. 

References:

History of Hallowe’en: https://www.history.com/topics/halloween

Superstitions busted: Lead pouring, melting: https://www.dailysabah.com/life/2019/05/20/superstitions-busted-lead-pouring-melting

Photos in Knoxville and Louisville, USA – own collection Morgana Sythove

[i] Guy Fawkes Night: In England and other parts of the UK … it’s Bonfire Night – or Guy Fawkes Night – on November 5th, with bonfires and fireworks. This falls only a few days after Hallowe’en, meaning they both fall within the “darkening of the year”, when days shorten and fires, candles, and lanterns become symbols of warmth and protection.

The name Guy has also morphed into the practice of Guising (from disguise) and meant dressing up in masks or costumes and going door to door performing songs or verses in exchange for food or coins. Children would carry round the effigy of Guy Fawkes and ask for “a penny for the guy”.  This is very similar to earlier Hallowe’en guising, when children dressed as ghosts or saints and asked for “soul cakes”. This practice evolved naturally into the custom of ‘trick or treating’.

[ii] In Dutch/Flemish, the month of November is called Slachtmaand/ literally Slaughter Month

Bloedworst/ Blood Sausage, or in English Black Pudding, is made from Pig’s blood. It is a source of protein and iron, and high in calories.

Geplaatst in English articles | Getagged , , , , , , , | Een reactie plaatsen

Wicca: The way of the environmentalist … the social activist?

This was a presentation I gave in May 2025 at the “Compassionate Action Conference”

Introduction

I am Morgana, Anglo-Dutch and I live in the Netherlands. I am a practising Wiccan Priestess, a Wiccan Elder. Over the years, I have facilitated a variety of Wiccan groups for both initiates and non-initiates. I am also active in interfaith and am involved in the Charter for Compassion and URI. My main focus is the Living Environment in all its diverse aspects.

I acknowledge that I stand upon the ancient lands shaped by the waters of the North Sea and the River Rhine — rivers of life, veins of the Earth, flowing long before memory.

I honour the peoples who have called this land home across the ages: the Batavi, the Frisians, the Cananefates, and the countless others whose names are lost but whose spirits remain in the stones and the soil.

I give thanks to the wetlands, the rivers, the low forests and shifting sands — the living, breathing tapestry that has nurtured life here for millennia.

I recognise the long history of human belonging and human impact, the balance kept and the balance broken — and I step into that story with humility and compassion.

May I walk this land with reverence.
May I listen to its rivers, its winds, its silent remembering.
May I always act as a guardian, a weaver of healing, a humble guest and a beloved child of Earth.

Blessed be this land, this water, this sky.
Blessed be the ancestors of place and spirit.
Blessed be the turning of life that calls us home.

As we enter sacred space, a circle of trust and love and compassion, we welcome the Spirits of the Land, and the Elements of the Four cardinal directions, the four Winds, who will guide us.

Opening Invocation

I turn to the East — place of Air,
where the winds of change stir the soul,
where breath gives life, and vision is born.
I call to the Spirits of Air: come, inspire this circle with clarity, with wisdom, with new beginnings.

I turn to the South — place of Fire,
where passion awakens, where will is forged,
where the flames of transformation burn bright.
I call to the Spirits of Fire: come, ignite this circle with courage, with creativity, with fierce love.

I turn to the West — place of Water,
where the deep rivers of feeling flow,
where healing and mystery rise from the depths.
I call to the Spirits of Water: come, bless this circle with compassion, with resilience, with the power of renewal.

I turn to the North — place of Earth,
where roots run deep, where stones remember,
where strength and endurance hold fast.
I call to the Spirits of Earth: come, ground this circle with steadiness, with sacred connection, with the memory of our belonging.

I call upward — to the Stars, the Moon, the endless Sky.
And I call downward — to the rich, dark soil, to the bones of the Mother.

Between Earth and Sky, within and without, I stand —
a child of the Living World, a weaver of the old magic into the new day.

Bless this gathering.
May the words we share awaken memory, ignite courage, and plant seeds of sacred action.

As we remember who we are —
children of Earth, keepers of balance, dreamers of the new dawn.
So may it be.

Come, sit closer. Let me tell you a story. Not the kind you find in dusty books…
but the kind the wind tells the trees, and the river sings to the stones.

This is a story about Wicca. About an old way of knowing… and a new way of remembering.

You see, Wicca has many names. Some call it a Nature religion. Some, a Goddess path.
Some, a dance with the Moon and their silver tides. But at its heart… Wicca is a Mystery Tradition of the Living Environment. Not a mystery to be solved — but one to be lived, breathed, and slowly unfolded.

In Wicca, we are not separate from nature. We are nature. The trees are our elder Brothers and Sisters. The stones, our silent cousins. The ocean, our ancient mother.

When the Earth is sacred, how can we not protect her? In Wicca, tending the land is an act of devotion. Planting a garden is a prayer. Cleaning a river is an offering. Choosing less, walking lighter — these are spells of love.

This is where Wicca becomes more than ritual:
It becomes the way of the environmentalist. It becomes the way of the social activist.

To be Wiccan is to see the sacredness in every river, every tree, every soul. When a river is poisoned, we speak. When injustice rises, we act. Stewardship is not “someone else’s work”. It is spiritual work — sacred, fierce, and tender.

Activism, too, becomes ritual: A spell for change. A prayer of justice. A weaving of new possibilities. And when the storms come — when the world feels heavy —
Wicca teaches Spiritual Resilience. We remember the turning of the Wheel.
We remember that darkness is followed by light. We remember that we are part of something vast, ancient, and alive. The trees teach us patience. The rivers teach us persistence. The stars teach us that even in darkness, we shine.

This is Wicca: A way of living that sees no division between spirit and soil.
A path where the sacred breathes through every action. A journey of protecting what is sacred — and becoming sacred protectors ourselves.

The cycles of the seasons, the rhythms of the moon, the dance of birth, life, death, and renewal — these are not just events. They are Mysteries. They are doorways through which Wiccans seek understanding — not just of the world, but of themselves.

In Wicca, the Divine is not distant and removed. The Divine is immanent — alive within all things. And often, that Divine is honoured in the forms of the Goddess and the God — complementary forces representing the full spectrum of life.

The Goddess is central: she is the Earth, the Moon, the waters of life.
She waxes, she wanes, she is renewed — just as we are.

The God, her consort, is the Horned God of the wildness of the forest, the vital spark in every living being. He is born, he grows strong, he fades, and he is reborn — mirroring the cycles of the year.

Through rituals, seasonal festivals, and personal practice, Wiccans attune themselves to these natural cycles. They seek not to control nature, but to live in harmony with it — to be conscious participants in its eternal flow.

At its heart, Wicca teaches a sacred relationship:
A relationship between human beings and the Earth that supports them. A relationship with the unseen forces that shape life. And ultimately, a relationship with the deepest parts of themselves.

Wicca is not just a belief. It is a Way of Life, of lived experience — a journey into the sacred mysteries of existence itself. It invites us to awaken… to listen… and to remember that we are not separate from the Earth. We are part of her. We are her. ‘I am the Earth, and the Earth is me’.

Wicca and Daily Practice… (Tip: keep a Magical Diary)  

What does our daily practice look like, grounded in the Wheel of the Year and in the solar and lunar cycles? In Wicca, practice is not just something we “do” — it’s the way we live. It’s about moving with the cycles of the Earth, the Sun, and the Moon — daily, seasonally, soulfully.

Our life becomes a spiral dance with time itself. Each day is a microcosm of the greater cycle. Even the simplest acts are offerings when done with awareness. Here are some suggestions for a daily practice

In the morning, greet the Sun. If possible, go outside, even outside on the balcony of your apartment is enough. Start with a simple blessing:

“Hail to you, Great Sun,
Giver of light, of warmth, of life.
As you rise, so do I rise,
To walk this day with honour and with heart.
Shine your golden blessing upon my path.
I walk in clarity, in strength, in joy.
Blessed be.”

Throughout the day, notice the direction of the winds, the feel of the air. Acknowledge the spirits of place — trees, rivers, stones, sky. Move through the world as a sacred guest and steward.

In the evening, have a chat with the Moon. Reflection: “What have I learned? What seeds have I planted?” Offer gratitude, even for challenges.

Other daily practices: Bless your food (even silently). Touch the earth — even just a potted plant, if that’s what you have. Speak to the Elements. Notice the cycles around you: are the plants blooming, withering, resting?

Close your day with an Evening Blessing and a greeting of the Night

“Night falls, and I give thanks.
For the lessons of this day, I am grateful.
As the stars awaken and the Moon watches over,
I lay my burdens down.
May my spirit rest in peace and renewal.
Blessed be the night, blessed be my dreams.”

An even shorter version: a Whisper Blessing for the Night

“The day is done.
I release, I rest, I renew.
Blessed be.”

Daily practice is not about perfection. It is about presence.

Let me tell you a little more about The Wheel of the Year: and the 8 Seasonal Festivals

The Wheel of the Year marks the sacred dance of the Earth around the Sun — the great Solar Cycle and the seasonal agricultural cycle.
Each festival honours a moment in that dance, and calls us into deeper harmony with life’s rhythms. Here is an overview of this cycle for the Northern Hemisphere. (In the Southern Hemisphere, the dates are ‘reversed’.  Samhain is then around May 1, Winter Solstice Jun 21/22… and so on.)

Samhain (Oct 31 – Nov 1) This is our New Year, when we celebrate the ‘affirmation of new life’, when we honour our Ancestors, Death and Rebirth. We honour endings and the unseen.

Yule (Winter Solstice, Dec 21-22) This is The Longest Night, when the Sun reaches the lowest point, when we celebrate the ‘Promise of the returning light’.

Imbolc, Brigid’s Day (Feb 1-2). At this time, we celebrate the First stirrings of Spring, Brigid’s Fire. We bless new beginnings.

Spring Equinox, Ostara (March 21-22). At the equinox, when day & night are in equilibrium, we celebrate the Balance of Light and Dark and renewal. We plant dreams.

Beltane, May Eve (April 30). We celebrate fertility, fire, and the union of Earth and Sky. We dance around the Maypole. We celebrate life.

Summer Solstice, Litha (June 21-22) This is the Longest Day, when the Sun is at its zenith, the Height of Light, Power and Blessing. We honour abundance.

Lammas / (Aug 1) This ‘Cross-Quarter Day’ marks the First Harvest and the first bread, ‘Loaf-mass’. We show our Gratitude for the plentiful harvest. We give thanks for growth and prosperity

Autumn Equinox (Sept 21-22) We once again celebrate the equilibrium and balance of day and night, but now looking towards the dark half of the year. This is also the Second Harvest, of fruits and nuts. We gather wisdom as we learn of the Essence of the Seed.

Each festival is a turning of the Great Wheel of the Year, The Wheel of Life, and a doorway into new work, new focus, new inner growth.

Now we look more closely at The Lunar Cycle, and The Moon as Teacher. The Moon teaches us about change, emotion, intention, and letting go. There are 4 distinct phases. At the New Moon, we set new intentions, and during the Waxing Moon, we take action to build, grow, and energise.

At Full Moon, we celebrate by Drawing Down the Moon into a Priestess and listen to the words of the Great Goddess. Or we see the full moonlight reflected in a bowl of water. We gaze into it and listen to words of wisdom, and also ask for healing for all those who have requested it.

During the Waning Moon, there is the release of the magical energy, which cleanses and heals. It is also a time for reflection and rest.

The fourth phase is when the Goddess transitions from Crone, or Wise Woman, to the Virgin of the new cycle at New Moon. In this period, when the Moon is barely visible, we see the light of the Stars and experience the Wisdom emanating from the Cosmos.

For our daily practice, I advise having a chat with the Moon every day, and coming to know what the Moon is doing – is it the time of waxing, waning, full or dark Moon? Then you can align your actions — planting, releasing, reflecting — with the tides. Remember how the Moon influences the ebb & flood of the seas, the ocean? Remember, we are made up of between 60 & 75% water and are also influenced by the Moon.

So in summary, a Wiccan daily life might look like this: greeting the Sun and Moon, blessing the Earth with our footsteps, noticing the changing seasons and aligning our life with them. We mark the Great Sabbats (the 8 Festivals) with rituals, stories, and ceremonies. We dance with the Moon’s phases —building, celebrating, releasing. Above all we live in reverence, even in small things.

Wicca is not a religion of escape. It is a religion of presence, of belonging, of holy daily work and the unfolding of our personal Mysteries.

In a world hungry for reconnection, Wicca offers a way — a path that honours the Earth as holy ground, that sees stewardship not as sacrifice, but as sacred joy, and that builds resilience in the spirit by weaving us back into the living tapestry of life.

We don’t have to have all the answers. We just have to listen… to the land, to the seasons, to the wisdom deep within our bones. Because in the end, Wicca reminds us: we are the Earth, dreaming herself awake.

Thank you for listening.
Thank you for remembering.
Thank you for walking this path with me today.

As we prepare to return to the weaving of our daily lives, let us carry the seeds of this gathering within us —seeds of remembrance, seeds of courage, seeds of love.

May the breath of the East keep our visions clear.
May the fire of the South keep our spirits strong.
May the waters of the West keep our hearts open.
May the earth of the North keep our roots deep and steady.

We give thanks to the spirits who have walked beside us —
to the Earth, our Mother; to the Sky, to the Forests, our Woodland Father;
to the Ancestors, and to the unseen ones who bless the path.

May the words spoken here ripple outward,
kindling change, inspiring action, and nurturing hope.

The circle remains unbroken. The work continues.
The Mystery unfolds.

And so, with gratitude, with love, and with trust in the turning of the Wheel…
we go forth.

Merry Meet and Merry Part… and Merry Meet again 

Blessed be.

Video:

“Morgana Sythove talking about “Wicca – the Way of the Environmentalist?” What is Wicca? Described as a Nature, a Goddess and a Lunar Religion…it is first and foremost a Mystery Tradition of the Living Environment. In this presentation, Morgana describes how Wiccan Philosophy can create a guideline for Environmental Stewardship and enhance Spiritual Resilience in a down-to-earth (sic) narrative.”

References:

The Tree of Life: https://stock.adobe.com/nl/images/digital-fantasy-art-the-tree-of-life-a-spiritual-concept-bridging-nature-religion-and-god-with-sunlit-roots-background/549284561

Tips for Daily Practice: https://roundthecauldron.com/2023/02/28/self-care-and-witchcraft-what-it-is-what-it-isnt-and-ideas-for-your-routine/

How to Create Your DAILY Witchcraft Practice: https://www.youtube.com/watch?v=WTpwocU6UeU

Silver Circle Moon Calendar: https://silvercircle.org/wicca-hekserij/mystery-moon-calendar/

Wiccan Rede Online: https://wiccanrede.org/

 

 

Geplaatst in English articles | Getagged , , , , , , , , | Een reactie plaatsen

Review: Mystic Mares and the Marilwyd: Horses in Folk Customs and Myth

Mystic Mares and the Marilwyd: Horses in Folk Customs and Myth
Ariadne Rainbird
Published independently in July 2025, 165 p. Paperback ISBN 979-8292537724. Order via Amazon

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Mystic Mares and the Marilwyd is a richly illustrated and passionately researched book. The subtitle captures its scope: Horses in Folk Customs and Myth. Ariadne sets out to explore the horse’s significance – especially female horses (“mares”) – in folk traditions, mythic structures, and sacred rites, with special attention to the Welsh tradition of the “marŵlwyd” or “Marilwyd” (sometimes anglicized as “merry-maid” or “mearlwyd”) — the symbolic female figure or entity associated with horses, processions, and ritual. She is the ‘Night-Mare’ and Queen of Winter.

Ariadne’s enthusiasm for the subject shines through. The breadth of traditions covered — from Welsh processional figures through Celtic myth, to wider European horse-folk customs — gives the book a strong sense of being more than a catalogue: it is an invitation into a terrain where the horse is a mythic being rather than merely an animal.

One of the strongest features is the focus on female horses and female figures associated with equine symbolism. This is relatively rare in equestrian myth-studies, which tend to emphasise stallions, steeds of heroes, etc. Ariadne turns the attention to the mare, the mare-spirit, the Marilwyd figure. That pivot is refreshing and opens fresh questions about gender, power, nature, and ritual.

The book grounds mythic and symbolic themes in actual folk customs — processions, seasonal rituals, with horse-masques, and local traditions. In Welsh tradition, for example,  a horse’s skull is carried around from door-to-door by a person in a white shroud, followed by a troop of singers in character costumes. This gives the reader something tangible and grounded, which helps make the mythic more accessible.

It is richly illustrated and intended for a somewhat general readership with interest in folklore, myth, equine culture, and nature spirituality. This helps to make the work visually engaging.

Given my background working with ‘people of the earth’, folklore, this book resonates strongly. Ariadne’s framing of the mare as a living being embedded in ritual, myth and natural-environmental relationships aligns with a worldview that honours animals, landscapes and traditions as more than resources. If you are exploring animals as persons, or equine-symbolic relationships in nature and culture, this book offers rich material.

Mystic Mares and the Marilwyd is a compelling, beautifully framed, and enthusiastically delivered work that fills a niche: it brings horses (and especially mares) into the world of myth, ritual, folklore and nature-spirit attunement. It is especially well-suited for readers who appreciate mythic-folklore studies, equine culture, nature-spirituality, and interdisciplinary reflections on animals and living beings.

Horse’s skull being paraded.. the Marilwyd

References:

Image horse’s skull being paraded… the Marilwyd https://cryptidz.fandom.com/wiki/Mari_Lwyd

From the chapter about Rhiannon… this is also  available as a ‘Prayer Card’:

https://www.etsy.com/listing/910624815/rhiannon-prayer-card

(Designed by AriadneswebCreations)

Other WRO reviews of books by Ariadne Rainbird:

A Year of Sacred Trees

To All The Blessed Gods: An Anthology of the Living Orphic Tradition:

 

Geplaatst in Boeken, English articles, Recensies | Getagged , , , , , , , | Een reactie plaatsen

Recensie: Iedereen ziet anders ‑ gesprekken over levensvisies

Iedereen ziet anders ‑ gesprekken over levensvisies
Mick Matthys
Otheo Books, 2025, 328 p.Paperback € 26,99 (e-book €14,99).

In dit boek verzamelt Matthys zeventien interviews met uiteenlopende gesprekspartners, van vurige gelovigen tot uitgesproken atheïsten, waarin telkens wordt gezocht naar de inspiratiebron waaruit zij hun levensrichting putten. Wat geloven ze, of wat juist niet? Hoe verhouden zich geloof, ethiek, politiek en sociale actie? Welke rol speelt twijfel, welke rol speelt religie of spiritualiteit?
Matthys gaat niet uit van voorgeschreven regels of dogma’s, maar van hoe mensen in hun dagelijks bestaan keuzes maken.

Naast gesprekken met o.a. Rienk Wielenga, Christian Boel, Antoine Bodar, Luc van Looy, Joris Vercammen, Mohammed Benzakour, Joop Maassen, Vincent Duindam, Frans Wuytack, Jozef Mampuys, Herman Philipse, Rob van Gerwen, Kristof Smeyers, Kim Nuyens, ben ik ook geïnterviewd. (Oktober 2023)

Matthys gaf toe dat hij niet al te veel wist over wicca, maar hij heeft goede vragen gesteld waardoor ik voor mijn gevoel een duidelijk beeld kon schetsen over bijvoorbeeld de rol van een Wiccan priesteres.

De meeste informatie heeft hij goed overgenomen – afgezien van een paar persoonlijke gegevens. Op de vraag “Wat betekent het dat je ‘wicca-priesteres” bent?’ heeft hij bijna letterlijk mijn response overgenomen…

Voor mij is wicca hoofdzakelijk een ‘mystery tradition’ waaronder ook de ‘coven tradition’ en de ‘nature tradition’. Het woord religie is ook belangrijk maar voor mij was het eerder een filosofische weg, ik spreek over ‘wicca philosophy’; in ‘wicca theology’ geloof ik niet. Ik volg dus een filosofische traditie, het ontdekken van het mysterie en waarom wicca zo’n belangrijke plaats heeft ingenomen in mijn hele leven.

Verder was de brede diversiteit opvallend. Het feit dat de geïnterviewden sterk uiteenlopen qua levensbeschouwing is een grote kracht. Er is geen eenzijdige focus, wat het boek levendig en relevant maakt. Matthys vraagt door op existentiële thema’s — geloof, twijfel, moraal, ethiek — en raakt zo aan veel van de vragen die hedendaagse lezers waarschijnlijk bezighouden. Omdat het geen ‘één waarheid’-verhaal is, nodigt het uit tot reflectie. Wie geïnteresseerd is in het levensbeschouwelijke landschap vindt hier waardevolle input.

Wat minder goed werkt is dat de gesprekken niet altijd even verrassend zijn en hoewel de diversiteit groot is, lijken sommige gesprekken zich te houden aan verwachtingen van het genre — geloof versus ongeloof, ethiek versus regels — zonder dat telkens nieuwe perspectieven radicaal opengaan. Ook omdat er zeventien gespreks­partners zijn, is de tijd per persoon beperkt. Voor lezers die één levensvisie echt grondig willen doorgronden, kan dat als oppervlakkig ervaren worden.

Matthys laat veel spreken, en dat is waardevol, maar soms zou ik een meer kritische analyse willen zien van de uitgangspunten van de geïnterviewden — bijvoorbeeld de manier waarop macht, cultuur of sociale positie levensvisies mede beïnvloeden. Voor lezers die een klassieke verhalende opbouw verwachten, kan het boek wat fragmentarisch overkomen — de losse gesprekken zijn sterk, maar de samenhang kan soms iets sterker.

Voor wie zich bezig houdt met de diversiteit van levens­visies, is dit boek een aanrader. Het biedt vele ingangen tot gesprek, organisaties en reflectie. Je kunt met dit boek werken als inspiratiebron: hoe verschillende mensen — vanuit geloof, twijfel, atheïsme — vorm geven aan hun engagement.

Het boek nodigt uit tot dialoog, tussen de lezer en de geïnterviewde, én tussen de lezer en zichzelf.

Over de auteur

Mick Matthys (Maldegem, 1945) studeerde thomistische wijsbegeerte en sociale pedagogiek aan de KU Leuven. Vanaf 1976 was hij als universitair docent verbonden aan de universiteit te Utrecht. Hij publiceerde en doceerde over jeugdsociologie en jeugdhulpverlening. Voor zijn proefschrift deed hij biografisch onderzoek naar de loopbaan en levensloop van academici, afkomstig uit het arbeidersmilieu.

Geplaatst in Boeken, Recensies | Getagged , , , , | Een reactie plaatsen

Volle maan van de klif

Het is vandaag een heerlijke nazomerdag! Net even naar mijn bos geweest (uitlopen na sporten en chiropractie) en de aanleg van een nieuw stuk ‘natuur’ bekeken. In de uiterwaarden zijn veel bomen gekapt en is er een nevenloop gecreëerd van het Zwarte Water. Daar kunnen grote vissen straks paaien en kuit schieten. Hopelijk laten ze het tot rietland verwilderen en mogen de wilgen weer opschieten! Want dit was nou net het laatste stukje ‘vergeten natuur’, waar de reeën hun kleintjes konden krijgen. Hopelijk komen er geen wandelpaden, zodat ze de rust er weer kan wederkeren. We gaan het meemaken.

Ik lees net mijn verslag van vorig jaar. En wat een ‘toeval’… het boek van Thomas Bollen ligt half gelezen op mijn bank. Geld genoeg… maar niet voor jou, een boek van Follow the Money!! 26 september kwam het uit en het is goed, zou verplichte kost op de scholen moeten zijn! De geschiedenis en de toekomst van het geld en hoe we met z’n allen voor de gek worden gehouden… het moet anders, anders haalt de geschiedenis ons wel in!!

Vrijdag 15 november 2024 – Volle maan van de Klif

Ready for take-off? De sprong in het diepe, de donkere tijd van het jaar in! Loslaten, opruimen… de natuur doet het ons voor. Het thema van deze maan is: ‘Ruim oude emoties op’. De boom van deze maan helpt ons daarbij… de brem, oftewel de bezemstruik. Eens flink door de bovenkamer met de brem, oude zaken opruimen. De schilderijtjes weer even recht hangen en de gezellige kaarsjes aan. Deze tijd van het jaar vraagt om samen zijn. Samen eten, samen spelletjes doen, even geen haast en verplichtingen. Eigenlijk zou je ook willen uitslapen en pas wakker worden als het licht wordt. Een tijd van naar binnen keren en tot rust komen… de natuur doet het zo goed voor!!

Nu ik dit schrijf, valt het kwartje van het woord dat ik deze volle maan kreeg van B8, mijn bomenvriend, daarover straks meer 🙂

Deze vrijdag heb ik er zin in! Het is droog en niet al te koud. Jammer genoeg zwaar bewolkt, dus geen maan gezien. Mijn hoge wandelschoenen aan en hup de deur uit. Op de hockeyvelden wordt nog driftig gespeeld. Voor de rest is het stil buiten. Ik ga het zogenaamde struinpad op, een pad door de weilanden dat naar het bos toe loopt. Gewoonlijk is het erg hobbelig en nat, een echt struinpad. Maar afgelopen week is er allemaal zand aangebracht. Het is nu vlak en droog…. ik noem het nu een gewoon wandelpad, geen struinpad meer. Het was juist zo natuurlijk mogelijk en remde de bezoekers (met honden) aan het bos wat af. Waar ik indertijd, toen de brug aangelegd werd, al bang voor was… het wordt een honden-uitlaatbosje. Veel loslopende honden, inclusief de hondenuitlaatservice, maken het kleine bos erg onrustig. De reeën zijn al een paar jaar geleden vertrokken, ik zie ze al tijden niet meer. Gewoonlijk waren er plekken waar we moeder ree met haar kleintjes konden spotten, maar dat is lang geleden. Wel is de bever neergestreken op Westerveld. Die is niet bang voor een hondje 😛 en zijn burcht is te nat. Maar ik kan nu ook makkelijk naar het bos lopen. En zal waarschijnlijk ook wat vaker dit pad gebruiken… gemak dient de mens.

het struinpad in het bod, nu droog zand

Als ik aan het eind van het struinpad kom zie ik lichtjes in het bos. Er knippert zelfs een groot licht op het pad. In een helder schijnsel zie ik veel mensen. Wat een drukte op deze avond. Het is nog erg in de verte en ik heb geen idee wat het mag zijn. Ik ga eerst naar mijn bomenvriend B8. Ik denk in eerste instantie dat ik ‘onrust’ krijg als woord… maar dat komt teveel uit mijn koker. Als ik mijn handen op zijn stam leg krijg ik een voor mij onbegrijpelijk woord: ‘Galeislaaf’. Galeislaaf… wat moet ik daar nu mee? Ik heb geen idee en blijf wachten op een ‘makkelijk’ woord… maar er komt niets! Ik moet het ermee doen, ‘galeislaaf’. Als ik google op ‘galeislaaf’ lees ik dat Piet Hein samen met zijn vader vier jaar als galeislaaf heeft ‘gewerkt’ nadat ze door de Spanjaarden waren gevangen genomen. Bij een gevangenenruil is hij weer vrij gekomen. Daardoor stond hij ook heel kritisch tegenover de slavenhandel… eigen ervaring gaf hem inzicht. Maar wat moet ik met dit woord?

Als ik kijk naar wat wij, als mensen, doen in deze tijd van het jaar, dan is dat hetzelfde als de rest van het jaar. Vroeg op, hup naar het werk en laat weer thuis. Lange dagen, met donker starten en met donker eindigen. Ook op school (in mijn jeugd) was het met donker in de klas zitten en om 4 uur weer vrij… dan wordt het al donker. Eigenlijk zit je dag in, dag uit, in hetzelfde ritme, terwijl de natuur aangeeft dat het tijd is voor inkeer, rust en opruimen van oude rommel. We denderen over ons natuurlijke gevoel heen, als slaaf van de economie. Slaaf van de bank, waar je je hypotheek hebt uitstaan, slaaf van je werk… want als jij het niet doet, is er zó iemand anders die het wel doet. Geen werknemer die het in zijn hoofd haalt om te zeggen: ”Ik kom pas opdagen als het licht is en ik voel dat het goed is om te komen werken, ik moet ook wat rusten in deze tijd van het jaar”. Een winterslaap, oh wat zou dat lekker zijn! Je lekker rond eten en dan een paar maanden slapen en gewekt worden door hogere temperaturen 🙂 En dan mooi slank het voorjaar in! Nee, wij mensen blijven in een vast ritme doen wat we altijd doen, wat de baas van ons verwacht, wat we van onszelf verwachten en wat iedereen van ons verwacht. Je mag pas je eigen ritme gaan leven als je 67 jaar en 3 maanden bent geworden… als je dat haalt. En helemaal als je dat gezond mag halen! En dat halen er maar bar weinig. De meeste mensen zijn ziek op die leeftijd. Vandaag op de voorpagina van de krant: ”Chronisch zieken in 2050 naar 12 miljoen”. Mannen zijn tot hun 46e jaar zonder ziektes en vrouwen tot hun 41ste jaar! En dat is dan gemiddeld. Ouderdom en slechte leefstijl eisen hun tol. Dus de galeislaaf die vrij komt op z’n 67ste jaar kan daar niet zoveel meer mee doen. Velen zullen sterven aan de riemen van het werkritme. Gedwongen in een ratrace van het bestaan… huisje (hypotheek of hoge huur), boompje (zou je vaker moeten zien en voelen), beestje (tja, die zien we genoeg… op ons bord of tussen een broodje). We zijn loonslaven van een elite die weinig meer hoeft te werken voor z’n geld. De rijkste mensen leven van rente en dividend. Belastingen worden ‘keurig’ omzeild en het kapitaal groeit vanuit zichzelf, daar hoeft niets voor gedaan te worden… Galeislaaf, ik kan het steeds beter plaatsen :-/

De laatste tijd lees ik ook steeds vaker dat vrouwen die kinderen hebben daar vraagtekens bij zetten qua levensgeluk. Dat zij aan zichzelf en de wereld toegeven dat ze helemaal niet zo gelukkig zijn met hun kinderen. Dat hun leven een draai heeft gekregen die ze liever niet hadden gehad. Dat ze in de fabel van een gelukkig gezinsleven zijn getrapt, in verwachtingen van wie en wat dan ook… en van zichzelf.

Dat ze eigenlijk hun leven uit handen hebben gegeven. Hun eigen passies opzij hebben gezet.

Indertijd zei ik ook altijd dat de kinderen het tempo van leven en de richting van het leven bepalen. Als je je daar niet aan over kan geven, dan is het ruk! Ik heb toen duidelijk gekozen voor mijn kinderen. Mijn werk als trainer in bedrijfsopleidingen heb ik gestopt toen mijn tweede kindje onderweg was. Het thuis aan lesmateriaal werken was een no go als de kleine er ook was. Mama is er niet voor je, ook al zie je haar wel de hele tijd… dat werkt niet, voor niemand niet. Computers waren er toen ook nog niet, dus allemaal handwerk 🙂 De kinderopvang was er ook nog niet, in de huidige vorm. Mijn moeder zag het niet zitten om twee kleintjes op te vangen. En de kinderoppas bleek met mijn twee kleintjes de dagen door te brengen bij haar vrienden… daar kwam ik achter omdat zoonlief toen hij ging praten aangaf weer naar de meneren te gaan?! Dat was wat anders dan met de bus een rondje Zwolle doen, zoals gevraagd. Nee, ik ben toen echt gestopt met de kinderen weg te werken 🙂 Dan maar alles een tandje minder en zoveel relaxter!

Maar kan dat tegenwoordig nog wel? Het is bijna ondoenlijk om met één klein salaris een gezin te onderhouden. Papa en mama moeten haast beiden werken om de hoge huren of de hypotheek te kunnen betalen en dan komen daar tegenwoordig nog telefoons, computers en dergelijke bij… je kan haast niet zonder. En als vrouw heb je natuurlijk ook een baan die je graag wilt behouden en waar je misschien wilt opklimmen. Je hebt ook niet voor de kat z’n kont gestudeerd. Alle ballen hoog houden is niet te doen. En het is zó belangrijk om er voor je kinderen te zijn… krijg je daar weer een schuldgevoel van, lekker voor het stressniveau! Dus vrouwen zijn welhaast dubbele galeislaven.

Wat een woord om over na te denken!! Ik mag me gelukkig prijzen dat wij als gezin voor het gezin gekozen hebben. We hebben heel veel samen gedaan. Vanaf dat de kids 8 en 10 jaar waren samen gelarpt en van daaruit de festivalwereld in gerold als vrijwilligers en van daaruit is Greenthingz ontstaan. Gelukkig vonden wij daarin onze passie en mijn man en ik doen het nog steeds met heel veel plezier! Jarenlang met mijn dochter op de dierenambulance gereden (11 jaar!). Zo fijn om op terug te kijken. Op vakantie konden we niet, maar in plaats daarvan konden we wel larpen 🙂 Ik zie nu dat mijn kinderen hun buitenlandgevoel dubbel en dwars inhalen 🙂 Zoonlief zit voorlopig in Australië en wil daarna verder doortrekken door de Oost. Dochterlief fietst heel Europa door, die heeft een huisje… maar is er nooit 😛 Heerlijk om hen zo met hun passie bezig te zien. Bij beiden is er geen kinderwens en ze werken om hun passie te onderhouden. Zoonlief heeft alleen een backpack en geen vaste woonplek meer, geen huur of hypotheek voor hem. Eigenlijk doen ze het zo gek nog niet 🙂 Misschien ontlopen zij het bestaan van de galeislaaf, hope so!

Nu weer terug naar het bos 🙂 Ik sta bij B8 en besluit om poolshoogte te gaan nemen. Ik wil weten wat er speelt in mijn bos. En er speelt genoeg! De scouting heeft er een spannende avond met de kleintjes! Overal zitten mensen in het bos verstopt en die moeten gevonden worden en natuurlijk een schat of zo 🙂 Dus geen rustige overpeinzingen in het bos voor mij. Zelfs mijn buurjongens zijn er 🙂 Die zitten dus op scouting, weer wat opgestoken. Toch weet ik een pad te vinden dat niet in de speelroute ligt. En daar kan ik even lekker op de leuning van de brug zitten. De brug waar ik vroeger vanaf sprong (van de reling op de brug wel te verstaan) om mijn sprong van de klif te beleven. Nu heb ik geen sprongetje gemaakt, helemaal niet aan gedacht, alles was zo anders dan anders.

Wel kan ik voor mezelf een mooie kaart trekken. Een godinnenkaart, om te kijken welke godin er voor me is in de diepte van de donkere kant van het jaar 🙂 Want het is per slot van rekening de eerste volle maan van het jaar. Het begin in de diepe donkerte, waar de conceptie plaatsvindt, waar het nieuwe vormgegeven mag worden… en straks geboren mag worden (het daglicht mag zien). Maar voor nu is het nog heel erg pril, een zaadje dat geplant is in Moeder Aarde.

Op een eiland in de verte, als ik van de klif gesprongen ben… wacht Sulis op me. Een godin waar ik nog nooit van gehoord heb. Ze geef aan dat ik meer tijd moet doorbrengen in de buurt van water, een meer, rivier of oceaan. Zodat ik mijn batterij weer op kan laden. We bestaan voor het overgrote deel uit water en water is helend voor ons mensen. Of dat nou zeewater is of zoet water, dat maakt niet uit. Zelf mag ik graag naar de sauna gaan 🙂 Er staat alweer een bezoekje gepland. En ‘mijn’ sauna heeft een dompelbad in een meertje en dat is voor mij ultiem. Geen binnenbad maar alles buiten en het liefst in buitenwater, natuurwater. Mooi hoe Sulis aansluit bij mijn sprong in de zee, vanaf mijn klif. Sulis is een Keltische zonnegodin die toezicht houdt op deze waterbronnen en hun genezende vermogen. Ik zal aan haar denken als ik het koude water in spring 🙂 En de sauna is zó heerlijk en relaxed, ben ik ook weer aardig aan toe. Deze galeislaaf wil ook weleens een koele duik!

De wandeling was niet zo ingekeerd als gewoonlijk. Het was vrolijk met al die kindertjes die een spannende avond hadden in het donkere bos. Dit zijn geweldige avonden voor hen. Wij hadden ook dit soort kinderfeestjes met mijn zoon (28 oktober) en ze hebben het er nog over 🙂 Zoveel leuker dan de dure kinderfeestjes naar pretparken… ook gedaan, maar lang zo leuk niet als deze bijzondere spannende avonden!

Ze boften met een droge avond tussen alle natte avonden en ik ook! Lekker gewandeld en terug door het struinpad, fijner dan langs de huizenkant.

En mooi dat ik mijn gedachten heb laten gaan over ‘verwachtingen’ en ‘tot slaaf gemaakten’, want dat zijn we eigenlijk met z’n allen. Eens kijken of we kunnen ontsnappen aan deze ‘gewoonte’. Het begint met bewustwording!

Liefs, Loes

En dan ga ik zo weer collecteren, geld ophalen bij de mensen. Geld voor de bescherming van dieren, waar de vereniging dan weer mee kan speculeren om er meer van te maken… of niet. Het is allemaal zó dubbel en alles komt neer op centjes!

Ik ga me eind van de week een weekendje laven aan de zee. Luisteren naar Sulis!! Op Vlieland uitwaaien en luisteren naar de branding. Weer ons jaarlijkse bezoekje aan onze vrienden die daarheen geëmigreerd zijn.

Over emigreren gesproken. Zoonlief zijn jaar is eind oktober afgelopen, hij moet Australië uit, werkvisum is op. Hij wil naar Taiwan, fietsen… maar Taiwan is half weggespoeld door een cycloon. Hij zegt dat dat het zuiden betreft… ik ben benieuwd wat hij gaat doen. Voorlopig blijft hij weg uit Nederland en ik geef hem geen ongelijk. Zolang hij in zijn levensonderhoud kan voorzien en hij gelukkig is ‘on the road’, moet hij dat zeker blijven doen. Hier wacht een studentenhuis en een baantje waar hij niet gelukkig van wordt.

En dochterlief? Die zit weer ergens in Italië. Ik dacht dat ze na Girona wel naar huis zou gaan, maar niets is minder waar. Maar nu is ze voor de fun in Italië. Girona was werk en dit is promotie… klinkt bijna hetzelfde maar is toch wat leuker, begrijp ik. Nou, de kinderen doen lekker hun best om zo min mogelijk galeislaaf te zijn en papa en mama, ach, die peddelen er ook lekker tussendoor!

In november weer met de groene groep de hort op naar Duitsland! Leuke festivals en erg leuk publiek… en we worden door de organisatie flink in de watten gelegd <3 Het zal onze tijd wel duren!

Geplaatst in Artikelen, Volle Maan Wandelingen | Getagged , , | Een reactie plaatsen

Stappenplan voor beginners om Samhain te vieren

Hoe vier je een jaarfeest als je dat nog niet eerder hebt gedaan? In deze acht korte stappen kun je zelf een ritueel samenstellen, voor Samhain, omdat dat het eerstkomende jaarfeest is, of voor andere gelegenheden.

Stap 1. Wat voor datum is dit? Welk feest wordt er gevierd?
Lees je in: wat is de naam van het festival (en hoe spreek je die uit) en waar gaat het over? Wat is het centrale thema? En welke subthema’s zijn er? Samhain is het einde van het jaar en het begin van het volgende jaar. Maar er is ook een connectie met oogst, en met de dood. Zoek uit wat voor jou, op dit moment, het belangrijkste onderwerp is waaraan je aandacht wil besteden.

Stap 2. Praktische punten. Wanneer kun je het feest vieren? Waar? Alleen of met wie anders?
Plan die tijd in je agenda. Maak afspraken als je met anderen samen gaat werken. Doe eventuele inkopen, verzamel materiaal als je bijvoorbeeld de ruimte wilt versieren.

Stap 3. Stel je ritueel samen. Wat ga je doen? Maak een draaiboek, schrijf je ritueel.
Bepaal welke dingen je wilt doen, en in welke volgorde. Ik neem aan dat je weet hoe je een cirkel trekt, of hebt bedacht welke andere manier van starten en afsluiten je wilt gebruiken. Naast openen en sluiten van de cirkel, heb je een inhoud nodig. In stap 1 heb je je onderwerp bepaald. Nu kun je daar teksten bij zoeken, en eventueel dingen om te doen. Dit is bij uitstek een goed moment voor divinatie, dus houd je tarotkaarten, runenset enz. paraat. En bedenk wat je wilt gebruiken voor ‘cakes and wine’.

Stap 4. Bereid de plek en jezelf voor.
Als je binnenshuis wilt werken, ruim de kamer dan op die je als tempel gaat gebruiken. Hang een bordje aan de deur ‘niet storen’, zet een emmer water klaar als je kaarsen wilt gebruiken, voor de zekerheid/veiligheid. Als je buiten gaat werken, kun je misschien de plek al ontdoen van zwerfafval.
Neem een ritueel bad (douche is prima). Bereid je ook mentaal voor: focus je gedachten op je geplande ritueel. Niet alleen het laatste uur tevoren, maar liever nog twee hele weken.

Stap 5. Kijk of je alles bij elkaar hebt voor je ritueel
Denk aan ‘instrumenten’ (athame, staf, enzovoorts), cakes en wijn, je teksten, je divinatiespullen, versiering, enz. Als je ritueel eenmaal gestart is, wil je niet meer op zoek moeten naar iets dat je vergeten bent.

Stap 6. Doe je ritueel.
Heb er plezier in. Gaat er iets fout, dan kan je dat meestal nog wel corrigeren. Als je voelt dat het toch echt niet goed gaat, dat je er nog niet klaar voor bent, of dat dit niet het juiste moment is, sluit dan op een nette manier af. Had je een cirkel getrokken, sluit die dan weer. Zolang je een religieus ritueel doet, zal er niet veel fout gaan. Maar magie laat je liever achterwege als je daar geen training in hebt gehad.

Stap 7. Opruimen, opschrijven, evalueren.
Schrijf in je magische dagboek wat je hebt gedaan, hoe je het hebt aangepakt, en vooral: welke inzichten je hebt opgedaan. Tekenen mag ook. Bedenk wat er goed ging en wat beter kon. Analyseer het niet kapot: sommige dingen kun je moeilijk onder woorden brengen, en dat is ook goed. Was je met anderen samen, bespreek dan – op een aardige manier – hoe het ging.

Stap 8. Bereid je voor op het volgende jaarfeest / maanfeest / ander soort ritueel.
Als het smaakte naar meer, plan dan je volgende ritueel. Dat hoeft natuurlijk niet meteen, maar begin er op tijd mee, zodat je goed weet waar het over gaat en hoe je het aan wilt pakken. (Tip: volg de ’tags’ hieronder, naar meer artikelen gericht op beginners, of over rituelen of jaarfeesten).

Foto: Ksenia Yakovleva (Unsplash).

Geplaatst in Artikelen | Getagged , , , | Een reactie plaatsen

Thema: Leiding en Misleiding

“Leiding is ook begeleiding, twee mensen die samen in een bepaalde richting gaan waarbij één persoon de weg weet en zodoende kan voorkomen dat de ander de verkeerde richting op gaat. Bij misleiding is er ook sprake van mensen die de weg niet weten, maar is er iemand die zegt dat hij de weg wel weet, maar toch de mensen naar een andere route voert dan waar ze denken heen te gaan. Het enige verschil tussen iemand die anderen opzettelijk de verkeerde weg wijst en iemand die anderen per ongeluk de verkeerde weg wijst – in de veronderstelling dat het de juiste weg is – is gelegen in de intentie. Voor de praktijk van degenen die die weg volgen, maakt de intentie van de gids geen verschil: ze lopen verkeerd, of dat nu de bedoeling was of niet.”

Bovenstaande inleiding is niet van mij, maar van Medeia, toen ik vroeg wat er precies met het thema bedoeld werd. Haar woorden raken wel precies aan waar de schoen wringt.
Als ik het gegeven op wicca, hekserij en spiritualiteit als pad leg, dan zijn er heel wat misleiders op die wegen.
De verkeerde paden lopen omdat het niet bij je past, is een ander iets. Daar kom je al doende achter. Je kan er tenslotte pas over oordelen als je eraan gesnuffeld hebt. Dan is het stoppen en verder zoeken. Maar waar en hoe vind je wat je zoekt?

Ik deel een stukje van mijn zoektocht, dan heb ik het wel over zo’n 25 jaar geleden, ten tijde van de eeuwwisseling.

Met de opkomst van het internet kwamen er ook allerlei groepen op MSN, waaronder uiteraard ook heksengroepen. Ik was niet de enige zoekende op dit gebied. Ik raakte in gesprek met een vrouw uit Roermond, ook zoekend maar beduidend al beter geïnformeerd dan ik. Ze noemde zich Starbless, en heeft ooit via Gigaboek twee boeken uitgegeven onder deze naam. Helaas niet erg informatief en veel kopieerwerk vanuit diverse bronnen.

Maar zij wist mij te vertellen dat er een pubmoot was in Eindhoven. Een pubmoot is een  bijeenkomst op een bepaalde plaats. Deze pubmoot was georganiseerd door de Pagan Federation International en werd gehouden in een Ierse pub. Ik had toen nog geen idee wat de PFI precies was, maar er waren heksen, en je kon kennismaken. Dus wij afgesproken op het station in Eindhoven en lopend naar de Ierse pub. Er was een gastvrouw, want de locatie was ook de plek waar iedere maand een HeksenCafé werd georganiseerd, ook een soort pubmoot, een walhalla voor nieuwsgierige beginners als ik dus.

Spannend was dit wel. Wie kom je tegen? En wat zijn dat allemaal voor mensen. Gelukkig een openbare pub, dus zoveel raars kan er niet gebeuren, toch?!
“Zijn jullie lid van de PFI?” werd ons gevraagd. Nou nee dus, we wisten eigenlijk niet eens wat het was. “Nou dan mag je hier eigenlijk niet zijn”, zei de gastvrouw, want dit is alleen voor leden. Maar degenen die blijkbaar de scepter zwaaiden voor de PFI in Nederland zaten uiteraard ook aan tafel. En er werd ons, door een vrouw met lange zwarte haren die Nederlands met Engels accent sprak, een papier met uitleg en een formulier voor lidmaatschap onder de neuzen geschoven. Snel doorgelezen, handtekening eronder zetten en dan konden we naderhand het geld overmaken en nog contact opnemen als we vragen hadden, probleem opgelost. De dame in kwestie leerde ik kennen als Morgana en haar man Merlin was er ook bij. Toen we nog buiten stonden te wachten en rondkeken, liep er een elegante dame ons voorbij het café in, vergezeld door haar twee corgi’s die in haar kielzog mee hobbelden. Mijzelf toen nog niet realiserend hoeveel deze drie mensen voor mij zouden gaan betekenen bij het zoeken en bewandelen van mijn heksenpad.
Er ging een heksenwereld voor mij open die middag. Ik hoorde over jaarlijkse conferenties in Lunteren, bijeenkomsten van andere HeksenCafé’s en heel veel verhalen en discussies waarvan ik soms niet eens wist waar ze het over hadden. Ik zat en luisterde aandachtig naar al die mensen. Ik weet nog dat ik totaal overdonderd thuis kwam. Maar ik was vastbesloten om twee weken later naar de maandelijkse bijeenkomst van het HeksenCafé Eindhoven te gaan, op dezelfde locatie. Want daar zouden veel mensen uit de omgeving zijn. Dat was met de pubmoot niet, daar kwamen de mensen letterlijk vanuit heel Nederland bijeen – het merendeel vanuit de traditionele wicca.

Ik werd een vaste bezoeker van dit HeksenCafé maar ook van het HeksenCafé in Utrecht. Langzaam werd mijn Heksenwereld groter, en leerde ik steeds meer heksen en paganisten kennen.
Toen was er ook nog een gedegen forum met fijne en goede informatie, waar ik enorm veel van geleerd heb. Ik heb het hele land doorgereisd om bij de mensen te komen die mij echt konden begeleiden op mijn pad. En vele workshops gedaan die door de PFI georganiseerd werden. En ja, ik heb de plank qua leraren ook weleens misgeslagen, verwachtte misschien teveel, of er was toch niet die klik met de leraar die goed voor ons beiden was.
Ook ik heb opleidingen gedaan die niet helemaal aansloten bij hetgeen ik zocht, maar dat bedoel ik met dat snuffelen. Toch een stap maken om te kijken of dat is wat bij je past.
Mijzelf ingelaten met mensen die mij een kant op stuurden die ik eigenlijk niet wilde, en dan van een koude kermis thuiskomen. Ik heb menig keer het bijltje erbij neergegooid, want heksen zijn niet de makkelijkste mensen, en ego’s zitten soms in de weg.

Uiteindelijk ben ikzelf heel wat jaren gastvrouw van een HeksenCafé geweest en voorop stond bij mij altijd mensen goed informeren en op weg helpen naar hetgeen ze zochten.
Inmiddels ben ik 65 jaar, en zit ik geheel op mijn plek. Heb ik een eigen stroming ontwikkeld, omdat volgens mij de traditie hier en daar niet meer van deze tijd is. Sommige dingen kunnen echt anno 2025 niet meer, en dan met name onderdelen van inwijdingen. Ik merk ook dat de jongere generatie preutser is geworden, voorzichtiger in toenadering, logisch ook. Maar de kennis is zo fijn en je kan zoveel over jezelf ook leren als je dit pad bewandelt. Dus ik heb een manier gevonden om wél de leerstof door te geven, maar met hier en daar een twist wat betreft de manier van kennis overbrengen.

Ik zou iedereen die zoekende is nog steeds de raad geven om jezelf goed te laten informeren. Kijk of de klik er is met leraren. Wees niet bang voor hiërarchie, want dat hoor ik ook.
Op school was het niet anders: je hebt leraren en het is niet zo dat je met medeleerlingen het onderling zelf maar moet uitzoeken en uitvinden.
Laat je begeleiden, en ja, soms loop je een pad dat gaandeweg een doodlopende straat blijkt. Dan pak je weer een aftakking, komt er een nieuwe leraar op je pad en loop je weer met iemand anders een stukje op jouw pad mee.
Dat is goed … kijk rond, en blijf vooral voor ogen houden wat echt bij jou past, bij de dingen die je prettig vindt om te doen. Laat je niet dwingen tot zaken ‘omdat het zo hoort’ en al jaren zo gedaan wordt. Er zijn altijd andere wegen en mogelijkheden. Wees eerlijk naar jezelf, en naar anderen toe.
Dan wens ik iedereen die zoekende is … een mooi pad vol wijsheden.

Serotia
EarthCraft Wicca

Een caféFoto van een café (foto Elina Sazonova, Pexels)

Geplaatst in Artikelen | Getagged , , , , | Een reactie plaatsen