Recensie: Ariadne

Ariadne
Jennifer Saint
Engels: Wildfire, 2021. ISBN 9781472273864 (hardcover), 400 pag.
Nederlands: Orlando, 2021. ISBN 9789493081840 (paperback), 432 pag.
(ook in andere talen en formaten verkrijgbaar)

De meeste mensen kennen vast wel de mythe van de Minotaurus. Het monster met het lichaam van een mens en hoofd van een stier, dat diep in het labyrint leefde, onder het paleis van koning Minos op Kreta. Elk jaar werden daar veertien mensoffers vanuit Athene naar binnen gebracht om hem te voeden. Een verhaal waar populaire boeken en films als The Hunger Games en The Maze Runner op zijn gebaseerd.

Maar hoe is dat eigenlijk voor de dochters van koning Minos? Ariadne en Phaedra, die in het paleis boven het labyrint wonen en dagelijks worden geconfronteerd met niet alleen het gebrul van hun ondergronds levende halfbroer, maar ook met alle roddel en achterklap over de manier waarop hij is verwekt en ter wereld is gekomen? Het is door hun ogen dat deze oeroude mythe nu opnieuw wordt verteld. Wat dat betreft past dit boek in een rij van hedendaagse vertellingen waarbij het vrouwelijke perspectief uit de schaduw wordt gehaald en in het licht gezet. Denk bijvoorbeeld aan Dracula in Love van Karen Essex, waarin het befaamde vampierverhaal vanuit het perspectief van Mina Murray Harker wordt verteld, wat toch een heel ander beeld geeft. En uiteraard Circe van Madeline Miller.

De geluiden van de Minotaurus zijn overal in het paleis te horen, tot in de troonkamer (Great Hall) waar Minos regeert. Het maakt dat zijn afbeelding in mozaïek op de vloer in de troonzaal tot leven lijkt te komen voor bezoekers. Als hij brult, vlucht Ariadne vaak naar de dansvloer die Daedalus voor haar heeft ontworpen.

We weten dat er zich op een gegeven moment een echte prins van Athene, blakend van ambitie, tussen de aangekomen offers bevindt. En iets maakt dat de prinsessen hem beiden willen helpen zodat hij blijft leven en de Minotaurus wordt verslagen. We volgen de gebeurtenissen afwisselend vanuit het perspectief van Ariadne en Phaedra. Zij besluiten Theseus te helpen, want hij kan het niet alleen, maar hun wegen scheiden zich. Hun keuze leidt tot onverwachte wendingen en heeft verstrekkende gevolgen voor hen alle drie.

Wat doet het met je, als je zoals Ariadne ineens alleen en onbeschermd wordt achtergelaten op een schijnbaar onbewoond eiland? Hoe leg je dat aan jezelf uit? Had Theseus echt geen andere keuze dan zijn eigen geluk op te offeren voor een groter doel? Of is hij toch de harteloze held die jou, nadat je hem hebt gered, doodleuk in de steek laat?

Er is in dit boek veel ruimte voor de twijfel en overwegingen van Ariadne zelf. Ook de innerlijke beweegredenen van Phaedra komen uitgebreid aan bod, waardoor de held zelf en de koningen slechts een bijrol vervullen deze keer. Ik hou er wel van als een bekend verhaal vanuit een ander perspectief wordt belicht, het maakt dat de stofdeeltjes van het verhaal worden geblazen waardoor het een nieuwe en ook een diepere laag krijgt. De mythe wordt zo niet alleen veelzijdiger maar ook toegankelijker.

De auteur, Jennifer Saint, is inmiddels bezig om een andere mythe te voorzien van een nieuw perspectief. Welke dat is, houdt ze nog voor zichzelf. Maar ik ben nu al benieuwd.

Dit bericht is geplaatst in Boeken, Recensies met de tags , . Bookmark de permalink.