1 november. Het is het einde van het jaar, en dat zie je buiten goed. Bomen en struiken verkleuren en laten hun loof vallen. De aarde wordt met een laag bladeren bedekt die de planten eronder beschermt tegen de kou en een plaats biedt aan de diertjes die in winterslaap gaan. Sommige planten trekken zich helemaal terug in de aarde: al het groen sterft af en de energie wordt verzameld in de wortelstok, bol of knol, die na de winter weer zal uitlopen. Eekhoorns hebben op verschillende plaatsen noten en eikels verstopt als wintervoorraad. Vogels trekken naar het zuiden: bij ons vandaan naar Zuid-Frankrijk, Spanje of Afrika. Uit het hoge noorden komen ze juist naar onze gematigde streken. Alles bereidt zich voor op wat er (misschien) komen gaat. Winter zeker. Kou, ijs en sneeuw misschien.
Ook voor de landbouw is het zomerseizoen voorbij en de oogst binnengehaald. Als dat nu nog niet gebeurd is, heeft het niet zoveel zin meer. De laatste gewassen worden zwart en zijn onbruikbaar.
In de IJzertijd waren de mensen de rest van het jaar bezig om voedsel te verzamelen voor de wintermaanden. Ze verbouwden spelt en andere granen, bonen en erwten en ze verzamelden voedsel in het bos, zoals bessen en noten. Je was als mens heel afhankelijk van de natuur en je eigen harde werken. Als je niet voorbereid was op de winter, was de kans groot dat jij, of een van je kinderen of een ander in je gemeenschap, het niet zou overleven.
En zo lang is het niet geleden dat je appels droogde op zolder, jam kookte en groente inmaakte om in de winter te kunnen eten. In Het Achterhuis, het dagboek van Anne Frank, worden er hele middagen besteed aan boontjes afhalen om te wecken.
Nu kun je op elk moment naar de winkel om verse en ingeblikte etenswaren te kopen. Zelfs de diepvries is in de meeste huishoudens een voorraadkast die in elk jaargetijde gevuld en geleegd kan worden.
Dat we nog steeds afhankelijk zijn van de natuur, laat zich voelen in extreme weersomstandigheden. Als het heftig sneeuwt, de treinen niet rijden en de auto’s in zulke lange files staan dat je urenlang opgesloten zit op de snelweg. Of juist tijdens perioden van grote hitte of droogte, als er bosbranden zijn. Of als je de bergen in trekt, waar het weer plotseling om kan slaan en een ochtendwandelingetje kan veranderen in een overlevingstocht, waarbij het echt de vraag is óf je zult overleven. Zonder water en voedsel, zonder bereik van je telefoon en zonder warme kleding of een deken mag je hopen dat je snel gevonden wordt. Of dat je genoeg hebt opgestoken van de vele survivalprogramma’s op Discovery Channel.
Voorbereid zijn, dat is een van de thema’s van Samhain. Maar je hoeft het niet alleen te betrekken op de winter of barre omstandigheden. Het helpt altijd als je voorbereid bent op wat er gaat gebeuren, of op wat er zou kunnen gebeuren. Als je tevoren de mogelijke scenario’s bent langsgelopen, weet je wat je nodig hebt (ooit je gymspullen vergeten in je schooltijd?) of wat je moet doen in-het-geval-van. Bij een vliegtuigbrand aan de grond lopen degenen die goede kleding aan hebben beduidend minder en minder ernstige verwondingen op dan anderen. Je kunt de omstandigheden niet naar je hand zetten, maar je kunt de gevolgen beperken als er wat gebeurt.
Het is niet voor niets dat er instructies worden gegeven in vliegtuigen en op cruiseschepen voor als er een noodsituatie is. Of dat op scholen en kantoren brandoefeningen worden gehouden. Als je al een aantal keren rustig die trappen afgelopen bent tijdens een oefening, weet je zonder na te hoeven denken – en zonder in paniek te hoeven raken – de weg als er een keer brand uitbreekt. Thuis kun je ook oefenen en afspreken wie welk kind uit bed haalt en waar je elkaar buiten weer treft. En je kunt blusmiddelen en rookmelders ophangen en goed de gebruiksaanwijzing lezen. Je kunt je EHBO-diploma halen en leren wat te doen als iemand mogelijk een beroerte heeft (STRoke recognition: let patient Smile, Talk a simple sentence, Raise both arms). Je kunt een noodpakket in huis halen, of in ieder geval een strategische voedselvoorraad voor als je griep hebt en een paar dagen het huis niet uit kunt of wilt. En die kapotte fietsbel vervangen door die goede die nog op je oude fiets zit, vandaag nog, anders vergeet je het en grijp je mis als je een bel nodig hebt.
Het thema is nog breder. Op kleine schaal: voorsorteren en de verkeerssituatie inschatten vóór je het kruispunt oversteekt. Die presentatie nu vast maken, ook al heb je nog ruimschoots de tijd. Dan zit je niet in de stress als er iets onverwachts tussen komt, die griep toeslaat of het een keer prachtig weer is en je een snipperdag wilt nemen.
En in het groot: alles wat je doet, alles wat je leert, kan ooit van pas komen. Je typediploma, die cursus kruidenleer, een fout uit het verleden die je niet nog een keer zult maken.
Maar ook de manier waarop je in het leven staat, het soort voedsel dat je tot je neemt, de manier waarop je met anderen omgaat. Het vormt een patroon in je lichaam en geest dat je ook kunt veranderen. Dat vergt doorzettingsvermogen. Het kost je zeven weken van stug volhouden voordat een patroon inslijt. Net zoals het je spieren tijd kost om sterker te worden als je eerder weinig beweging had.
In welke richting je moet veranderen en wat al goed is, dat weet je als je jezelf kent. En als je luistert naar je intuïtie, er vaak naar luistert en er gehoor aan geeft. Ook die ‘spier’ kun je trainen.
Als je zo voorbereid bent, uitgerust met je gezonde verstand, je vaardigheden en intuïtie, kom je een heel eind, wat er ook gebeurt. Laat dan die winter maar komen!
Blessed be!,
Jana.