De volle maan van de overstroming

Vandaag is het 25 november… wat vroeg om me in te leven in Imbolc. Maar toch, als ik naar buiten kijk lijkt het wel februari. De wind blaast om het huis en er wordt een nog zwaardere storm verwacht voor de avond. Het is grijs buiten, niet echt uitnodigend. De bladeren zijn van de week van de bomen geblazen en mijn man heeft gister de knotwilgen in de voortuin gekortwiekt. De vogels hangen de hele dag door aan de vetbollen en de zak strooivoer ligt nog achterin de auto, een zak waar ze het hele seizoen genoeg aan hebben! En toch is het niet koud buiten, het is wat zwoel.

Twee jaar geleden was het al behoorlijk koud rond deze tijd… we stonden toen foto’s te maken van onze kostuums bij de hunebedden van Havelte. 21 November waren we gehandvast op die plek… een hele warme en koude ervaring! Maar onze kostuums waren net als wij ingepakt 🙂 Een week erna hebben we alsnog een foto-shoot gedaan… koud!!!

En zo hangen we onze weersherinneringen op aan belangrijke herinneringen op ons levenspad. Nu ben ik zelf niet zo van het terugblikken… ik heb meer de blik op de horizon. Wel merk ik dat ik het schrijven voor de WR heel leuk vind. Het stilstaan in de tijd en het terug lezen van mijn oude wandelverslagen… het heeft wat. Je persoonlijke geschiedenis ís belangrijk… vlak dat nooit uit!

Het thema van de Volle Maan van de Overstroming is dan ook ‘Welk oud patroon is zó gewoon geworden dat je het niet meer ziet?’ en daar is inzicht in je eigen geschiedenis voor nodig.

In het Indiaans sjamanisme is het de maan van ‘Zij die de wijsheid bewaart’ en wijsheid wordt nog steeds met levenservaring verbonden…

In de verte klinkt het gehuil van de Wolfmaan… het geluid van weemoed… verbondenheid met het verleden.

Imbolc, het feest van het ontspruitende leven. Onder de grond en in de knoppen welt het leven op… de eerste groene puntjes komen boven de grond en de knoppen van de vroege struiken en bomen zwellen op. Rond deze tijd zijn we het ook wel een beetje zat… de koude, de sneeuw, het grijze, het kleurloze in de natuur. Het verlangen naar warmte en kleur, ik kan het nu al voelen! En het is nog maar 25 november… ik loop vooruit… loop met me mee… terug, naar 7 februari 2012 🙂

7 februari 2012, ‘Volle maan van de Overstroming’, Imbolc

“Welk oud patroon is zo geworden dat je het niet meer ziet?” De biechtmoeder luistert naar je verhaal.

Het is koud! Nederland hoopt op een 16e Elfstedentocht 🙂 De afgelopen dagen ben ik regelmatig wezen wandelen in het deltagebied van Het Zwarte Water/ Vecht. Het is er nu zó prachtig! Een kleine ijsbreker houdt met regelmaat het water open. Een donderend geraas zwelt dan aan en vanuit de verte komt het bootje aangevaren, wat een machtig geluid! Ik heb al prachtige foto’s kunnen nemen van de goudgele rietkragen tegen de felblauwe luchten en witbesneeuwde ijsschotsen op de voorgrond… heerlijk! En de ondergaande zon die schildert met oranje en rood door besneeuwde rietkragen waar de wind nog geen vat op heeft gehad. Ik verval gewoon in superlatieven om dit gevoel te beschrijven. Mijn vingers vriezen af, maar toch nog die ene foto 🙂

En dan komt de dinsdag, volle maan, dichterbij en ik heb nog geen warme broek. De afgelopen dagen kwam ik steeds door de kou bevangen thuis… en dan de kouwe rillingen die nog tijden door mijn lijf gaan… dat is niet goed om zo alleen het bos in te gaan… ’s nachts :-). Dus gelukkig ’s middags een skibroek gevonden die mij past!

Om 20.00 stap ik de auto in… toch maar weer de auto, want als ik echt te koud ben en dan nog een heel eind terug moet lopen… van de week over het ijs teruggekomen omdat ik het te koud had en dat doe ik liever niet in het donker.

Nu dus terug naar dinsdagavond 7 februari. Ik parkeer de auto bij de grote plas, die nu dichtgevroren is. De maan staat fel te schijnen… het is helder en koud. Er staat geen zuchtje wind. Ik pak mijn hazelaarstaf en wandel het elzenlaantje in, richting bos. Op de driesprong, waar de laatste lantaarn staat, richting bos. Ik kijk met weemoed naar de lege plek waar ooit ‘De wachter van de driesprong’ stond. Een majestueuze grote wilg die drie stammen had en de straatlantaarn in zich vervat had. Wat had die nu prachtig geweest met die sneeuw erop. Jammer genoeg is deze ‘Boom die was’, al een aantal jaren geleden gekapt en een lege plek is gebleven. Toch loop ik nog steeds om hem heen de weg naar ‘Boompje’ in. Ook ‘Boompje’ is allang niet meer wat ie was. Het sneue knotwilgje in de rij stoere wilgen is afgebroken, uitgelopen, opgegeten; overleeft… en is nu in diepe slaap.

Mijn hazelaarstaf tikt regelmatig in de sneeuw en maakt zo’n knisperend geluid, net als mijn wandelschoenen. Gelukkig maakt mijn nieuwe broek geen herrie, soms kunnen die ouwe skibroeken zo’n herrie maken met lopen. Heerlijk om zo dik ingepakt het bos in te trekken. Soms sta ik even stil om diep in te ademen en van de stilte te genieten… geen mens op ‘straat’. Natuurlijk ga ik eerst bij ‘Boompje’ langs. Als ik bij ‘m kom hou ik lekker mijn handschoenen aan, ik omvat zijn takje (dat is hij nu, mijn wijze vriend wordt steeds onzichtbaarder) en krijg “Tastbaar” van ‘m.

Yoh, “Tastbaar”, wat moet ik daar mee… ik vergeet het ook steeds. Wat natuurlijk mooi aansluit bij een oud patroon… dat vergeet je het liefst. Maar nu ik terugkeer in tijd en plaats (lege kamer en op mijn hoofd een koptelefoon met de floating muziek van Rob Verheul… mijn lievelings hangspeler) komt het woord ook weer terug… TASTBAAR! Dat betekent dat ik het aan kan raken… dat het dichtbij is, dat ik er iets mee kan… hé, er wellen tranen op! Yoh, dat is dichtbij… ik weet.

Ik vervolg mijn weg na eerst achterwaarts weg te zijn gelopen bij ‘Boompje’… een ingesleten gewoonte… dat deed men vroeger ook bij de koningin, je mocht haar je rug niet toedraaien… Juultje heeft dat afgeschaft 🙂 ‘Boompje’ verdient dit, hij is groots… in zijn nietigheid, welhaast onzichtbaar.

Ik sla deze keer een weg in die ik nooit eerder gegaan ben in de nacht. Een weg langs de weilanden, met het bos aan mijn zij. Wat is het helder en wat is er een lichtvervuiling!! Met mijn nieuwe camera maak ik foto’s van de maan en wat prachtig zijn ze! Deze camera is zó lichtgevoelig… dus ook de oranje gloed van de woonwijken is duidelijk aanwezig op de foto’s. Ik moet m’n best doen om een nachtfoto te schieten. In het bos hoor ik de dieren. Duiven vliegen op om elders neer te strijken en de reeën hoor ik wel, maar ik zie ze niet. Zij hebben ook recht op hun rust… loopt er weer zo’n raar mens midden in de nacht door het bos. Ik ben meer met foto’s maken bezig dan met mijn wandeling. Ik geniet met volle teugen van alle besneeuwde bospaden en de serene rust. Na verloop van tijd laat ik het bos achter me en ga de dijk op… zal ik de ‘Heuvel van de Barden’ beklimmen? Nee, die laat ik voor dan… als de tijd daar is. En dan op de dijk, bemerk ik dat ik eigenlijk nog geen bespiegeling heb gehad…

En daar stil op de dijk… stel ik de vraag “Maar wat is het érgste dat ik ooit in mijn leven heb gedaan?”. Er passeren wat zaken die ondertussen allemaal hun tijd gehad hebben… niet meer van belang zijn… geen blokkade vormen… geen verhaal meer zijn… die hebben hun aandacht gehad en zijn naar de achtergrond verplaatst.

En dan stel ik opnieuw de vraag “Maar wat is het ergste dat ik ooit in mijn leven heb gedaan?”. Ik heb mijn moeder nooit echt gezien… nooit echt naar mijn moeder gekeken. We houden van elkaar, knuffelen elkaar… maar er is altijd een verwijt naar haar. “Je hebt het zelf in de hand gehad om véél te zwaar te worden, niet te bewegen, niet meer te kunnen bewegen… in die vicieuze cirkel te geraken. En altijd dat verleden dat je met al z’n pijn koestert als ‘hier en nu’, het constante levend houden van de pijn uit het verleden. Het niet afsluiten en laten voor wat het is… verleden”.

Ik heb hier een flink onbegrip voor… ik zie dit niet als ‘mijn moeder’, eerder als ongewenst gedrag waar ze maar eens wat aan moet doen. Ik zie dit niet als waardevol… wat het wel is voor haar.

TASTBAAR… door het verleden levend te houden, blijft het tastbaar… koestert ze het. En het afscheid dat ze nooit van haar vader heeft kunnen nemen… ze kan hier nog steeds om huilen. Zo houdt ze hem bij zich, levend, tastbaar. Als ik naar de foto’s kijk… mijn moeder was nog slank toen haar vader op z’n einde liep. Door familiegedonder wist mijn moeder niet dat haar vader overleden was… ze kwam op bezoek en hij bleek al begraven. Op de overlijdenskaarten bleek ze niet genoemd, net zo min als haar gezin. Deze pijn draagt ze mee… en blokkeert haar lijf en leden. Ik merk dat ik dan weer in verzet kom… en hier wil ze niets aan doen!!! Misschien helpt het als ik het erken… als iedereen dit erkent en respecteert. Het is haar manier om hem dichtbij zich te houden…tastbaar.

Mijn broer werd trouwens wel genoemd op de kaart… die had in het geduvel de ‘kant’ van oma gekozen, niet van opa. Ook hier zit nog steeds heel veel wrevel… hij was wel op de begrafenis maar heeft hier nooit van verteld en mijn ouders hebben er nooit naar gevraagd. En ondertussen is hun relatie tot een redelijk nulpunt gedaald… bij mij komt hij ook niet meer. Ik ben een heks en hij is een ware Christen en als ik bekeerd ben mag ik weer komen en komt hij weer bij mij. Ook hier zitten mijn ouders flink mee in hun maag… nooit kan er meer iets gemeenschappelijks gevierd worden… samen… het is verbroken, de band. Het ergste is misschien wel om dit niet als mijn probleem te zien… ik heb er geen last van… los het lekker zelf op… wees er zuinig op. Eigenlijk zou er eens wat uitgesproken moeten worden… gevraagd moeten worden… geantwoord moeten worden. Nu zijn we er nog allemaal TASTBAAR… we leven nog. Opa en oma zijn dood… maar waar wachten we op?

Aan het einde van de dijk, besluit ik toch richting ‘Heuvel van de barden’ te lopen… aan de achterkant te benaderen, via het haventje. Als ik aan het einde van de dijk kom, bij de haven… kijkt er een haas op. In het veld zit een haas… deze rent voor me langs het bos in. Hazen en Imbolc, ik vind ze zó bij elkaar horen. Het samen zijn van hen in de besneeuwde velden, de paartjes die ze vormen… de belofte van nieuw leven dat zij reeds in zich dragen rond deze tijd.

Ik vervolg mijn weg… aan het einde van de haven besluit ik van het uitzicht van het deltagebied te genieten. In het ijs ligt de grote bagger boot… vast. Er wordt nu niets opgerakeld, er wordt niets aan de oppervlakte gehaald er wordt niets uitgediept… het is bevroren, verstild, er gebeurt niets… het is koud. Hoe toepasselijk… waarom vallen de stukken altijd zó mooi op hun plaats en waarom blijken mijn stappen nooit voor niets te zijn geweest en de weg die ik ga… altijd zó passend. De heuvel heb ik niet beklommen… het was niet nodig, soms ligt het antwoord niet al te hoog. Vraagt het geen moeite, alleen een zien.

Als ik terug loop… twijfel ik. Zal ik de dijk vervolgen of terug lopen naar de auto? Op de weg terug zit de haas midden op de weg… duidelijk 🙂 Voor mij uit loopt hij heel de dijk af en ik volg gedwee, het is mooi geweest, het is tijd. Het valt me op dat de wind opeens opgestoken is… nu, bij het teruglopen waait het bij vlagen.

In de weilanden, vlakbij ‘De wachter van de driesprong’, zitten twee hazen in het veld. Zij zijn al een koppeltje, ze rennen over de velden, weg van mij. Het is tijd voor thuis… als ik thuis kom blijk ik toch ruim twee uur gewandeld te hebben… het is zo mooi en lekker warm in m’n broek :-).

Liefs, Loes.

 

Dit verhaal heb ik vorig jaar uitgeprint voor mijn ouders en mijn broer heb ik het gemaild. Mijn moeder vond het prachtig en met mijn broer heb ik een hele middag in het bos gewandeld. Hij zit nog steeds met vragen en verwijten naar mijn ouders… waar hij het nog steeds niet met ze over heeft gehad. Of ik hem daarin wilde steunen naar mijn ouders toe, was zijn vraag aan mij tijdens de wandeling. Nee, dat wil ik niet. En dat is ook niet goed. Hij is nog aan het worstelen met zijn kindertijd en met schuldvragen… het wordt tijd dat hij de hand in eigen boezem steekt, dat brengt hem verder. Het enige dat hij kan veranderen is zichzelf… niet zijn jeugd en niet zijn ouders, of mij 😛 Hij zal moeten ervaren dat als hij verandert, de hele wereld om hem heen verandert en dat is een inzicht dat hij nog moet vergaren. En vanuit die verandering kan hij het gesprek aangaan, meer open en luisterend dan zoekend naar een schuldige voor zijn eigen problemen.

En als ouders kan je het toch nooit helemaal goed doen… en wat is dat, ‘goed’? Verander de wereld en begin bij jezelf… dan komt het vast wel goed, want dat heb je in de hand. En heb vertrouwen dat je die kracht hebt… hoe beperkt dat soms ook kan zijn. Mensen vrezen vaker meer hun eigen kracht en mogelijkheden dan die van de ander… kauw daar maar eens op.

Over Loes

Loes heeft sinds 2008 mee gelopen met de maan-cirkel van Modron Vrouwencollege. Een online vrouwengroep waar ieder haar eigen pad volgde en ieder voor zich de volle maan intens beleefde. Het is hier dat zij steeds leukere en langere maanwandelingverslagen ging maken. Bij deze gaan de verslagen de wijde wereld in. In de hoop dat mensen worden aangestoken om ook meer uit de kracht van de maan te halen en erop uit te trekken. Ondertussen bestaat deze groep niet meer, maar Loes heeft de kracht van de maan geproefd en die smaakt uitstekend voor haar!
Dit bericht is geplaatst in Volle Maan Wandelingen met de tags , , , . Bookmark de permalink.