Juist in de zomer is het fijn om een ritueel te houden in de natuur. En juist buiten kan je wat anders doen dan ‘het boek’ voorschrijft. Stel je eigen ritueel samen met de suggesties hieronder.
Men neme: een locatie, een aantal mensen, en een aanleiding om een ritueel te vieren. Veel meer heb je eigenlijk niet nodig voor een buitenritueel. Je kunt zonder zwaard of athame, zonder kaarsen en al die attributen die je binnenshuis gebruikt en zelfs zonder tekst.
Kies een tijdstip waarop er iets te vieren valt. Dat kan bijvoorbeeld Midzomer zijn of een volle maan. Bepaal wie er mee gaan, en of je naar het strand gaat, of naar een bos, het stadspark, of iemands achtertuin. Bedenk in grote lijnen wat voor ritueel je wilt houden, en pak de spullen in die je nodig denkt te hebben. Als je de plek bijna bereikt hebt, loop dan vanaf de bushalte / fietsenstalling / parkeerplaats in stilte naar de plek toe. Ieder bedenkt bij zichzelf wat er gevierd gaat worden, en wat dat voor hem of haar persoonlijk betekent, en komt zo alvast in de stemming.
(Denk ook aan het schoonmaken van de plek door het opruimen van het rondzwervende afval, als voorbereiding, of na afloop van het ritueel).
Op de plek – of een geschikte plek – aangekomen, kun je de cirkel markeren door die bijvoorbeeld met een stok in het zand te trekken of door met schelpen, denneappels, of een meegebrachte draad of koord een cirkel uit te leggen.
Als je de plek / de cirkel wilt wijden met symbolen voor aarde en water, dan is dit het moment. Strooi niet te kwistig met zout op een plaats waar vegetatie groeit. Tenzij je een permanente cirkel wilt ‘uitbijten’ in het gras natuurlijk, omdat je er in het vervolg al je buitencirkels wilt houden…
Je kunt de cirkel trekken met je hand of met een stok, of door elkaar om beurten een hand te geven, en ondertussen de cirkel te visualiseren. Als je geen fysieke cirkel hebt uitgelegd, kun je dat nu doen als een manier om de cirkel te trekken. Met een meegebracht kompas – of door op te letten waar de zon staat – kun je bepalen waar het noorden is, en de andere windstreken. Je kunt die aanroepen met tekst, bijvoorbeeld geheel geïmproviseerd over wat het element lucht, vuur, water, aarde voor aspecten heeft op deze plek. Of je gebruikt een geluid dat bij het element past, zoals blazen bij het oosten en bij lucht, of een dansje of een gebaar. Ik meen dat ik dit van Marian Green heb: haak je duimen in elkaar en vorm ‘vleugels’ met je vingers voor lucht. Maak een vlam met je handen om het zuiden te begroeten. Maak een kommetje met beide handen voor het westen, en een platte ‘schaal’ (pentakel) voor het noorden. Je kunt op dit moment ook aandacht besteden aan de geesten van de plaats, en hen begroeten, of uitnodigen in je cirkel (maar je bent te gast in hun omgeving) of wat je denkt dat het beste bij de omstandigheden past. Uiteraard kunnen alle deelnemers een rol spelen.
Je bent nu klaar voor het hoofddoel van je ritueel. Het vieren van het maanfeest of jaarfeest of de andere gelegenheid waarvoor je bij elkaar bent. Stel dat je een ritueel houdt om Midzomer te vieren, dan heb je misschien een gedicht bij je over de kracht van de zon, of je kijkt toe hoe de zon ondergaat (of opkomt, want een ritueel hoeft niet per se ’s avonds) en het mooiste is als je ook een vuur kunt maken, en daarover kunt springen. Let wel op: op veel plaatsen is het verboden om een vuur te maken, zelfs op het strand, en in het bos kan het ook veel te gevaarlijk zijn om een vuur te ontsteken. Als heks wil je geen bos- of heidebrand ontketenen! Misschien is het mogelijk om vuur te gebruiken op een kleinere schaal, zoals een kaars in een houder (een speciale kaars of een potje waar ooit pindakaas in zat, al dan niet versierd met doorzichtig papier of glasverf). Wees altijd voorzichtig met vuur: gebruik geen kaarsen die om kunnen vallen, en gooi geen houtskooltjes van de wierook weg. Ook niet als ze afgekoeld zijn trouwens. Zoveel mest is niet gewenst in de natuur, of je moet een brandnetelkwekerij willen beginnen.
Vul je ritueel aan met zang, muziek, dans, gedichten of wat je er verder ook maar bij wilt gebruiken. Bedenk een activiteit die past bij deze plek, of ga juist mediteren. Luister naar wat het bos, of de zee, of de wind, je te vertellen heeft. Laat een vraag die je hebt beantwoorden door de natuur. Betrek de omgeving bij je ritueel door ter plekke gevonden voorwerpen op je ‘altaar’ te zetten of er je altaar door te laten vormen. Of door een tocht uit te zetten, een korte ‘queeste’ waarbij je de deelnemers die omgeving nadrukkelijk laat ervaren: zien, voelen, horen, ruiken. Zo’n ’tocht’ kan vooraf gaan aan het trekken van de cirkel, of vanuit een poort in de cirkel vertrekken, eventueel in de vorm van een pathworking.
Je ‘cakes & wine’ (of bier en brood) kun je meenemen van huis en op je eigen wijze opdragen aan de goden.
Het afsluiten van de cirkel doe je door in de omgekeerde volgorde (laatst opgeroepen wezens het eerst bedanken) de aangeroepen krachten te bedanken, weg te zenden of vaarwel te zeggen. Dit kan weer met of zonder woorden, en ondertussen laat je de gevisualiseerde cirkel verdwijnen.
Tijd voor een feest, of om de plek te verlaten. “Merry meet, merry part, and merry meet again!”