Alles mag en niks moet. Ethiek van de hekserij

Flierefluiter
© 2021

In het volksgeloof en sprookjes zijn heksen altijd de kwaaie pier; gemene krengen die de melk zuur maken, de oogst laten mislukken, jonge meisjes bedreigen met giftige appels en spinnewielen, mannen in het verderf storten en baby’s verwerken tot vliegzalf. In de echte wereld distantiëren heksen zich hiervan door te benadrukken dat ze ‘witte’ heksen zijn die zich keurig aan de Wiccan Rede, “Doe wat je wilt mits het niets schaadt”, houden en alleen maar het goede doen omdat ze anders gestraft worden volgens de Wet van Drie.
Diezelfde Wiccan Rede wordt echter met regelmaat bekritiseerd door zowel heksen als aanhangers van andere religies omdat die als leefregel veel te vrijblijvend zou zijn en zelfs opgevat zou kunnen worden als een aanmoediging voor een losbandige, hedonistische en amorele leefstijl. In reactie hierop zijn er verschillende lijsten met zogenaamde ‘craft laws’ opgesteld als aanvulling op de Wiccan Rede, maar die zijn nooit door genoeg mensen geaccepteerd om een ethische basis te kunnen vormen voor de hekserij en wicca.
En dat is maar goed ook want volgens mij kunnen we ons als heksen geen betere ethische leidraad wensen dan de Wiccan Rede!

In dit essay ga ik de Wiccan Rede als ethische basis van de hekserij nader onderzoeken. Ik begin met een beschrijving van wat ethiek nou eigenlijk is en bespreek daarna de Wet van Drie en de Wiccan Rede. Ik plaats de Wiccan Rede in een ethisch-filosofisch kader en kijk hoe deze op verschillende manieren uitgelegd kan worden. Tenslotte pas ik de Wiccan Rede toe op enkele dilemma’s en vragen uit het dagelijks leven. Ik wens jullie er veel leesplezier mee!

Het woord ethiek komt volgens Wikipedia uit het Grieks en betekent gewoonte of zedelijke handeling en wordt gebruikt om “een tak van de filosofie aan te duiden die zich bezighoudt met de kritische bezinning over het juiste handelen. De ethiek probeert criteria vast te stellen om te kunnen beoordelen of een handeling als goed of fout kan worden gekwalificeerd. In de ethiek vraagt de filosoof zich af wat de uiteindelijke norm is voor het menselijk handelen”.
Ethiek vormt een belangrijk onderdeel van veel religies. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de tien geboden (verboden zou een passendere naam zijn) van het christendom, de sharia van de islam en de leefregels voor joden uit de Thora. Deze regels, geboden en verboden schrijven voor hoe een aanhanger van deze religies goed kan leven en hoe niet. Vaak wordt het naleven van deze voorschriften nog eens extra afgedwongen door de dreiging met een postume goddelijke straf op overtredingen zoals branden in de hel of het postuum belonen van goed gedrag met 99 maagden en/of een ereplaats in de hemel.
In de hekserij komt deze religieuze ethiek zoals gezegd vooral tot uitdrukking in de Wiccan Rede en de Wet van Drie en deze zal ik nu dan ook eens nader gaan bekijken.

Ik begin met de Wet van Drie omdat ik hier redelijk kort over kan zijn, in mijn ogen is deze ‘wet’ namelijk complete onzin. Bangmakerij verzonnen door hogepriesteressen en hogepriesters die hun inwijdelingen en trainees niet in staat achtten om zelf af te wegen of ze goed of fout bezig zijn.
De Wet van Drie zegt dat alles wat je doet in drievoud naar je terugkeert. Doe je iets goeds, dan zul je deze goedheid drievoudig terug ontvangen maar doe je iets slechts dan slaat ook deze slechtheid drie keer op je terug. Deze wet is voor het eerst geformuleerd door de Gardnerian hogepriesteres Monique Wilson en later verder uitgewerkt door Raymond Buckland, de grondlegger van de Seax Wicca.

Zoals gezegd vind ik deze wet volstrekte onzin. Als ik om mij heen kijk zie ik heel veel mensen die (in mijn optiek) goede dingen doen maar zich daar veel ellende mee op de hals halen en ik zie ook veel mensen die slechte dingen doen maar waar het in alle opzichten heel goed mee gaat. Zoals mijn oma vaak zei: ‘De duivel schijt graag op de grootste hoop!’.

Los van het feit dat ik de werking van deze wet niet in de praktijk terugzie, past het idee van een godheid, godheden en/of kosmische natuurwetten die mensen straffen of belonen voor hun gedrag door het drievoudig te retourneren niet bij mijn wereldbeeld. Mensen hebben een vrije wil en meestal ook nog een beetje gezond verstand gekregen en hebben het recht om zelf te kiezen hoe ze zich gedragen en hoe ze handelen. Een goddelijke wet van straffen en belonen doet afbreuk aan dit recht en is daarmee in mijn ogen dan ook principieel fout.

Dit wil niet zeggen dat menselijk handelen en gedrag geen consequenties heeft, die zijn er altijd en het is ook je verantwoordelijkheid om die te accepteren en te dragen. Als ik mij ‘slecht’ gedraag en veel kwaad aanricht dan is er een grote kans dat mensen mij gaan mijden terwijl als ik me ‘goed’ gedraag, aardig en behulpzaam ben er een grote kans is dat veel mensen zich ook zo naar mij opstellen. Dat is geen straf of beloning maar een aannemelijk, zij het niet noodzakelijk, gevolg van mijn eigen handelen. En het is ook niet in drievoud. Als ik van het dak spring is de consequentie dat ik een groot aantal botten breek, veel pijn lijd en lange tijd in de lappenmand lig. Daar zul je me dan niet over horen zeuren, want eigen schuld is dikke bult. Maar als iemand me in het kader van de Wet van Drie daarna nog twee keer van het dak gooit vind ik dat terecht onterecht en volkomen flauwekul.

Zoals gezegd, ik vind de Wet van Drie onzin; dreigen met straf en stimuleren door te belonen is geschikt om kleuters op te voeden, maar past niet binnen een religie voor zelfstandige volwassen mensen als de hekserij. Ik zal er dus ook verder geen woorden meer aan vuil maken.

Dan de Wiccan Rede of, in het Nederlands, de Oude Raad die volgens mij en veel anderen de kern van de ethiek van de hekserij vormt. De Wiccan Rede is voor het eerst genoemd door Doreen Valiente in een toespraak in 1964 op een diner van de Witchcraft Research Association die gepubliceerd is in Pentagram, een Engels paganistisch tijdschrift.
Tien jaar later, in 1974, duikt de Wiccan Rede op als het slot van een gedicht met als titel ‘Rede of the Wiccae’ in het Amerikaanse tijdschrift Green Egg. In dit gedicht worden naast de Oude Raad nog verschillende andere regels voor heksen genoemd waarvan sommige op het terrein van de ethiek liggen (leef en laat leven), andere instructief zijn (trek de cirkel driemaal om boze geesten buiten te houden) en weer andere lichtelijk onzinnig (besteed geen seizoen met een dwaas tenzij je zijn vriend bent). Deze ‘Rede of the Wiccae’ is gepubliceerd door Gwen Thompson die beweerde hem van haar grootmoeder te hebben geleerd. Taalkundigen hebben inmiddels op basis van het onjuiste gebruik van oud-Engelse woorden aangetoond dat dit zeer onwaarschijnlijk is. In dit essay hou ik me dan verder ook bij de korte versie van Doreen Valiente:

Acht woorden vormen de Oude Raad:
Doe wat je wilt mits het niets schaadt.’

Doreen heeft deze acht woorden niet zelf verzonnen, de Wiccan Rede heeft een lange geschiedenis en is met recht een oude raad.
De eerste versie komt uit het boek Gargantua dat in 1534 geschreven is door François Rabelais, een Franse arts, monnik en vrijdenkend filosoof. In het boek beschrijft hij de van zwembad en roomservice voorziene Abdij van Thélème waar mooie en aantrekkelijke monniken en nonnen samen leefden volgens de regel ‘Doe wat je wilt’. Rabelais ging er van uit dat “vrije mannen, van adellijke geboorte, goed opgevoed en thuis in beschaafd gezelschap, een natuurlijk instinct bezitten dat hen tot deugd neigt en hen van ondeugd verlost” en dat hen daarom geen regels opgelegd hoefden te worden. Ze wilden van nature het goede en mochten daarom doen wat ze wilden. Zelf heb ik een minder hoge pet op van adellijke mannen, maar Rabelais zelf misschien ook aangezien zijn boeken nogal satirisch bedoeld waren.
Desondanks vormde dit boek een belangrijke inspiratiebron voor de ceremonieel magiër Aleister Crowley die in 1904 in zijn ‘Book of the law’ de regel ‘Doe wat je wilt zal de hele wet zijn’ opnam met als toevoeging ‘De wet is liefde, liefde onder de wil’. De vroegste Wiccateksten en –rituelen zoals die door Gerald Gardner en Doreen Valiente zijn vormgegeven, zijn sterk beïnvloed door het werk van Aleister Crowley en het is dan ook waarschijnlijk dat het eerste deel van de Wiccan Rede vooral op deze regel uit The book of the law gebaseerd is.

Een andere inspiratiebron voor de Wiccan Rede is het boek ‘The Adventures of King Pausole’ uit 1901 van de Belgisch-Franse schrijver Pierre Louÿs waarin koning Pausole een wet uitvaardigt die luidt ‘Breng je buurman geen schade toe, als je dat goed begrijpt, doe waar je plezier in hebt’. Pierre Louÿs was een schrijver die er naar streefde “heidense sensualiteit met stylistische perfectie uit te drukken” en wiens eerste roman ‘Aphrodite’ bij het verschijnen in 1896 zowel een groot schandaal als een groot succes werd. Het is zeker dat Gardner zijn boeken kende en daarmee zeer waarschijnlijk dat ‘The Adventures of King Pausole’ naast ‘The book of the law’ de inspiratie vormde voor de Wiccan Rede en zeker voor het tweede deel ervan.

The Adventures of King Pausole

Nu we de literaire inspiratiebronnen van de Wiccan Rede kennen, wil ik de Wiccan Rede filosofisch nader gaan bekijken. En om dat goed te doen hak ik hem in drie stukken, Acht woorden vormen de Oude Raad: / doe wat je wilt / mits het niets schaadt, die ik afzonderlijk bespreek.

Het eerste deel is de mededeling dat acht woorden de Oude Raad vormen en hierbij is vooral het woord ‘raad’ cruciaal. We hebben hier nadrukkelijk niet te maken met een wijze wet, een rechtvaardige regel of een goddelijk dictaat, maar met een raad; een advies dat we kunnen gebruiken bij onze overwegingen over hoe te handelen maar dat we ook naast ons neer mogen leggen. Dit past volgens mij goed bij wicca en hekserij als een religie voor volwassen, zelfstandige en meer of minder anarchistisch ingestelde mensen.

In een andere beroemde wicca-basistekst geschreven door Doreen Valiente, ‘The Charge of the Goddess’, zegt de Godin immers zelf “jullie zullen vrij zijn van slavernij. En ten teken dat jullie waarlijk vrij zijn, zullen jullie naakt zijn in je rituelen”. En een godin die enerzijds wenst dat haar kinderen waarlijk vrij van slavernij zijn kan ze anderzijds natuurlijk geen dringende wet of regels opleggen maar moet zich logischerwijs beperken tot het geven van goede raad. Vrije mensen, heks of niet, moeten altijd de mogelijkheid hebben om zelf keuzes te maken op basis van hun eigen afwegingen.

Tarotdeck Rider-Waite

Een ander argument tegen het opleggen van een regel en voor het geven van raad is dat de werkelijkheid van het leven veel te complex is om te vangen in een regel die altijd geldig is. Hoe ruim of strikt een regel ook geformuleerd is, er zal zich onvermijdelijk altijd een situatie voordoen waarin de gevolgen van het zich houden aan de regel niet overeenkomen met het beoogde doel waar de regel voor is opgesteld. Dat is ook de reden waarom alle regelsystemen, van de tien geboden tot het burgerlijk wetboek, in de loop der tijd uitgebreid en aangevuld worden met uitzonderingen en jurisprudentie waarin de regels zo worden uitgelegd, aangevuld en verbogen dat het eigenlijk geen regels meer zijn maar richtlijnen of adviezen. En godinzijdank waren de wicca’s van het eerste uur wijs genoeg om dit soort juridisch gemiereneuk te voorkomen door de Wiccan Rede meteen als advies te formuleren en niet als wet, regel of gebod.

Door naar het volgende deel van de Wiccan Rede: doe wat je wilt. Deze eerste vier woorden van de Oude Raad maken de meeste kritiek los bij aanhangers van andere ethische leefregels omdat ze mensen zouden aansporen tot bandeloos gedrag, genotzucht en het najagen van korte termijn pleziertjes. Klopt dat? Ja, dit deel van de Wiccan Rede kan zeker opgevat worden als een uitnodiging om te genieten van het leven, plezier te maken en de dag te plukken. Is dat erg? Nee, Wicca is net als andere paganistische tradities een zogenaamde ‘life affirming’ religie die zich richt op het vieren van het aardse leven met alle leuke en minder leuke dingen die daarbij horen. Om weer even de woorden van de Godin uit ‘The Charge’ aan te halen: “je zult dansen, zingen, feestvieren, muziek maken en de liefde bedrijven, alles ter ere van mij. Want van mij is de extase van de geest en de vreugde op Aarde” en “alle daden van liefde en blijdschap zijn mijn rituelen”. Heksen beschouwen het leven als een geschenk van de goden en geschenken krijg je meestal om er van te genieten. Daar is niks mis mee. Integendeel, plezier hebben in dingen is gezond, het geeft energie en ontspanning, voorkomt stress en is goed voor de weerstand. Dit in tegenstelling tot zaken als ascese en het onderdrukken van seksualiteit die een tegenovergesteld effect hebben op lichaam en geest. Uiteraard kan het najagen van plezier en genot ook negatieve en schadelijke effecten hebben, zeker als het excessief gebeurt en tot verslaving leidt, maar met het streven naar plezier en genieten van het leven op zich is absoluut niets mis.

De woorden ‘Doe wat je wilt’ uit de Wiccan Rede zijn naast een aansporing te genieten van het leven ook op te vatten als een aansporing om te doen wat je Wilt , om je ‘Ware Wil’ te volgen en dat gaat verder dan alleen het streven naar plezier en genot. Dat ze in de Wiccan Rede mede als zodanig bedoeld zijn valt af te leiden uit weer een andere passage uit ‘The Charge of the Goddess’ die luidt: “Houd je hoogste idealen altijd zuiver, streef daar altijd naar en laat niets je daarvan afleiden”.
De inspiratie voor deze uitleg van de Wiccan Rede komt van Aleister Crowley’s Book of the Law en de leer van Thelema die hierin staat beschreven. Crowley was zelf op zijn beurt weer geïnspireerd door de eerder genoemde François Rabelais en door de negentiende-eeuwse Franse magiër en schrijver Eliphas Levi (die zichzelf als een reïncarnatie van Rabelais beschouwde). Centraal hierbij staat het begrip ‘thelema’ dat in het Oud-Grieks ‘wil’ betekent en door Rabelais, Levi en Crowley gebruikt werd om iemands ‘Ware Wil’ aan te duiden: de wil, wens of het verlangen dat ontstaat uit de verbinding van iemands diepste wezen, hogere zelf of ziel met het goddelijke, de natuur en/of de kosmos. De wil dus van iemand “wiens wezen, inclusief de wil, volledig samenvalt met het goddelijke” en die daardoor “volledig vrij is van valse verlangens, conflicten, gewoontes, verslavingen en lust naar resultaat”.
Het probleem bij deze interpretatie is dat alleen het selecte groepje mensen dat het goddelijke volledig in zichzelf gerealiseerd heeft een ‘Ware Wil’ heeft en dat de rest, het gewone klootjesvolk als jij, ik en vermoedelijk ook Aleister Crowley c.s., deze niet bezit en dus ook niet kan ‘doen wat hij/zij Wil’. Dat kan niet de bedoeling zijn van de Wiccan Rede lijkt me, dus wat nu?

Voor de oplossing van dit dilemma moeten we volgens mij naar het oosten kijken, naar het daoïsme; een Chinese filosofische en spirituele traditie die veel raakvlakken heeft met het westerse paganisme. Het centrale thema van het daoïsme is, het zal niemand verbazen, de Dao ofwel de Weg. En hoewel “de Dao waarover gesproken wordt niet de ware Dao is” laat de Dao zich onder meer omschrijven als de “natuurlijke loop der dingen”, de “spontane impuls die in alles en iedereen aanwezig is om zich naar eigen natuur, naar eigen wezen te ontplooien”. De Dao van een eikel is om binnen de gegeven omstandigheden tot een eikenboom uit te groeien en de Dao van een mens om zich te ontwikkelen tot wie hij/zij van nature is.

Dao

De Dao wordt niet als een godheid beschouwd binnen het daoïsme, maar wel gezien als het hoogste, ultieme ordenende principe waar alles, “hemel, aarde en de tienduizend dingen”, uit voortkomt en door gevoed en bewogen wordt. Dao is de beweging, het streven, in ieder wezen naar diens meest natuurlijke bestaansvorm, expressie en bestemming en daarmee in mijn ogen dan ook heel goed vergelijkbaar met de ‘Ware Wil’ uit de traditie van Thelema. Het grote verschil is dat de Dao altijd in alles aanwezig en werkzaam is en zich dus niet beperkt tot een select groepje van ‘verlichte meesters’.
De woorden ‘Doe wat je wilt’ zijn dan ook uit te leggen als een aansporing om altijd goed bij jezelf na te gaan wat je natuurlijke aanleg is, wie je van nature bent en wat je van nature wilt en je leven vervolgens naar deze natuur te richten en te streven naar een zo compleet mogelijke realisatie daarvan.

En dan nu verder met het laatste deel van de Wiccan Rede: “mits het niets schaadt”. Het is op zich vreemd dat een ethische regel die zo sterk op vrijheid gebaseerd dat hij begint met de mededeling dan hij geen regel maar een ‘raad’ is en daarna de vrijheid biedt om ‘te doen wat je wilt of Wilt’, toch eindigt met een duidelijke beperking van die vrijheid; namelijk bij het toebrengen van schade. Ik denk dat deze toevoeging gedaan is om tegemoet te komen aan de behoefte aan duidelijkheid en begrenzing die mensen, en dus ook wicca’s en andere heksen, eigen is. Hoe fijn het voor volwassen, verantwoordelijke mensen ook is om het advies te krijgen vooral te doen wat ze willen en/of Willen, er zullen zich bij concrete situaties geregeld ethische vragen of dilemma’s voordoen waarvoor de raad “doe wat je wilt” een aanvulling behoeft om ze op te lossen. En in die gevallen is “mits het niets schaadt” de best denkbare.

Deze beperking is waarschijnlijk via het boek ‘The Adventures of King Pausole’, waar hij door de schrijver Pierre Louÿs werd verwoord als “breng je buurman geen schade toe” in de Wiccan Rede gekomen, maar hij voert terug op de Britse filosoof John Stuart Mill die in 1859 in een essay ‘On Liberty’ de stelling uitwerkte dat de enige legitieme reden om iemand te weerhouden te doen wat hij wil is als deze daarmee schade toebrengt aan een ander persoon. Deze stelling is een uitwerking van de Franse ‘Verklaring van de rechten van mensen en burgers’ uit 1879 waarin onder meer staat dat “vrijheid bestaat uit het recht alles te doen wat niemand schaadt”.
Filosofisch staat deze redenering bekend als het ‘schadeprincipe’ en op het eerste gezicht lijkt de stelling te staan als een huis. Waarom zou iets niet mogen als er niemand schade van ondervindt? Wat is immers dan nog het probleem? Wat zou naast schade aan anderen een geldige reden kunnen zijn handelingen of gedrag te verbieden? Ik kan geen goede reden bedenken.

De kritiek op het ‘schadeprincipe’ richt zich dan ook niet op de logica of onderbouwing, maar op de beperktheid ervan door alleen ‘schade’ aan ‘andere mensen’ mee te tellen en niet aan jezelf, aan dieren, planten of de Aarde. In de Wiccan Rede is deze kritiek op het schadeprincipe goed meegenomen doordat het in de oorspronkelijke Engelse versie gaat over “an it harm none” waarbij het woord ‘none’ volgens het Groot Woordenboek Engels-Nederlands van Van Dale zowel ‘niemand’ als ‘niets’ betekent. Het lijkt mij logisch voor een ethische raad binnen een religie die alle leven, de natuur en de Aarde als heilig en/of goddelijk ziet dat het schadeprincipe zo ruim mogelijk wordt uitgelegd en dus naast anderen ook jezelf, planten, dieren en de Aarde als geheel omvat. De Wiccan Rede raadt dus ook aan om bij ‘het doen wat je wilt’ er rekening mee te houden op al deze gebieden geen schade aan te richten.
Een ander kritiekpunt op het ‘schadeprincipe’ is dat het begrip ‘schade’ een breed begrip is dat niet concreet wordt uitgewerkt. Soms is het heel duidelijk dat je iemand schade toebrengt, bijvoorbeeld als je iemands huis binnendringt, de bewoner zwaar mishandelt, al diens geld steelt en vervolgens het huis in brand steekt; maar breng je ook echt schade toe als je een reep chocolade steelt bij de Albert Heijn XL? Breng je schade toe als je iemand een scheldwoord naar zijn hoofd slingert of pas als je dat met een stoeptegel doet? En wat als die persoon je scheldwoord niet hoort of als de stoeptegel zijn doel mist? Breng je schade toe als je onkruid wiedt in de tuin of als spreker naar een belangrijke VN-top over klimaatafspraken vliegt? Schade toebrengen is groot gebied met minimaal 50 tinten grijs.
Een laatste kritiekpunt op het ‘schadeprincipe’ is dat er alleen gekeken wordt naar de gevolgen en het resultaat van het handelen en gedrag, ‘consequentialisme’ heet dit in de ethiek. En uiteraard zijn de gevolgen van gedrag of handelingen heel belangrijk, maar zelf denk ik dat ook de intentie van gedrag of handelingen een rol speelt. Het maakt volgens mij best een verschil of ik door mijn handelen iets of iemand per ongeluk schade toebreng of dat ik dat heel bewust expres doe.

Al was het maar omdat ik in het eerste geval zal proberen de schade te herstellen en in de toekomst te voorkomen terwijl ik dat in het tweede geval zeer zeker niet zal doen. In de filosofie heet de stroming die gedrag of handelingen beoordeelt op basis van de intentie er achter de ‘beginselethiek’. Volgens deze stroming is het streven om geen schade te doen belangrijker dan de vraag of je gedrag ook echt tot geen schade heeft geleid. Maar ook dit moet je niet overdrijven, gedrag of handelingen die niet de bedoeling hebben om schade te berokkenen, of zelfs de bedoeling hebben om schade te voorkomen, kunnen desondanks heel veel schade toebrengen. Het spreekwoord zegt niet voor niets “de weg naar de hel is geplaveid met goede bedoelingen”.

In de Wiccan Rede draait het om zowel intentie als gevolgen van gedrag: het is “doe wat je wilt (intentie) mits het niets schaadt (consequentie)”. Hiermee sluit de Wiccan Rede nauw aan bij de leefregels die binnen het boeddhisme zijn ontwikkeld onder de naam het ‘Achtvoudige Pad’. Hiervan is pad nummer twee “Juiste gedachten” waarmee onder meer bedoeld wordt dat je er naar moet streven om geen gedachtes te hebben waarin je schade toebrengt aan jezelf, anderen of de Aarde èn dat je bij je handelen en gedrag de intentie moet hebben om geen schade toe te brengen. Dit pad valt samen met het eerste pad waarin de basisbeginselen van de boeddhistische leer samengevat worden onder de ’paden van wijsheid’. De paden drie, vier en vijf zijn respectievelijk “Juist spreken”, “Juist handelen” en “Juist levensonderhoud” en vormen samen de ‘paden van moraliteit’ die aangeven bij welke vormen van handelingen en gedrag je moet streven naar het niet toebrengen van schade. Hierbij gaat het dus niet alleen om je handelingen en gedrag als privépersoon, maar ook in je werkzaamheden en zelfs in je spreken. Ik denk dat dit zonder meer ook op de Wiccan Rede van toepassing kan zijn.
De paden zes tot en met acht vormen overigens de ‘paden van concentratie’ en geven instructies hoe je je geest kunt zuiveren om tot Verlichting te komen. Voor een beschouwing over de Wiccan Rede zijn ze niet relevant.

Laat ik even samenvatten waar we nu zijn. We hebben gezien dat de Wiccan Rede is geformuleerd als een raad of een advies dat je kunt opvolgen als je daarvoor kiest maar dat is niet verplicht. De Wiccan Rede respecteert ieder mens als een volwassen individu dat waarlijk vrij is om zijn of haar eigen keuzes te maken en het staat eenieder dus vrij om de Wiccan Rede naast zich neer te leggen.
Het advies van de Wiccan Rede houdt in om te doen wat je wilt. Dit kun je opvatten als doen waar je zin in hebt, als een aansporing om te doen waar je plezier aan beleeft, om te genieten van het leven. En hiernaast kun je het ook opvatten als een aansporing om je ware wil te volgen, om zoveel mogelijk te leven naar de spontane, natuurlijke impuls in je diepste wezen en zo je natuurlijke aanleg te realiseren. Tenslotte adviseert de Wiccan Rede je nog om je hierbij alleen te laten beperken door de intentie dat je gedrag en handelingen, waaronder je spreken, geen schadelijke gevolgen heeft voor jezelf, andere mensen, dieren, planten en de Aarde als geheel.

Prachtig, maar hoe doe je dat?
In de praktijk van het ‘echte leven’ buiten de filosofiefaculteit moet een algemeen advies als de Wiccan Rede constant toegepast worden op specifieke situaties en vragen. Zo moet je om ‘te doen wat je wilt’ eerst weten wat je wilt en Wilt. Dat uitvogelen is op zich al een klus en dan ‘moet’ je het daarna ook nog gaan doen. Hoe? Tussen droom en daad staan immers wetten en praktische bezwaren (en een weemoedigheid die niemand kan verklaren). En dan word je ook nog geacht niets te schaden.
Het toepassen van de Wiccan Rede op concrete situaties en vragen vereist dan ook een voortdurend afwegen van wat je wilt en Wilt en hoe je dat zo goed mogelijk doet zonder iets te schaden.

Stel je bent er uit; je hebt nu weliswaar een duffe kantoorbaan op een ministerie maar je Ware Wil is om schrijver te zijn. De Wiccan Rede raadt je dan aan om ook schrijver te worden, maar dat kan op veel manieren. Je kunt je baan opzeggen zodat je weer alle tijd en vrijheid hebt en daarna vanuit de bijstand en/of de daklozenopvang boeken gaan schrijven. Maar je kunt ook het inkomen dat je op het ministerie verdient gebruiken om de research voor je boeken te bekostigen, ’s avonds thuis schrijven en de treinreistijd naar en van je werk benutten om je conceptteksten door te lezen en te corrigeren. In beide gevallen doe je wat je wilt en beide opties hebben hun voor- en nadelen. De Wiccan Rede raadt je nu aan om die optie te kiezen waarin je niets schaadt; alleen is dat hier niet mogelijk. Als je voor de eerste optie kiest dan schaad je jezelf door de gevolgen van de relatieve armoede van een schrijver in de bijstand en bij de tweede optie doordat je enerzijds tijd en energie moet steken in een baan die je eigenlijk niet wilt en daarnaast nog tijd en energie moet steken in je schrijverschap met het risico op een burn-out. Want dat is het lastige van de Wiccan Rede: in de realiteit zal het vaak of meestal onmogelijk zijn om ‘niets te schaden’.

Het naleven van deze oude raad zal in de praktijk dan ook meestal neerkomen op “doe wat je wilt mits het zo weinig mogelijk schaadt”. De schrijver-in-spe van dit voorbeeld zal dus moeten inschatten met welke van de twee opties hij zichzelf de minste schade berokkent en die vervolgens kiezen en doen. Dat is lastig want vaak is het vooraf helemaal niet zo goed in te schatten hoeveel schade je oploopt bij het maken van een bepaalde keuze, bij het doen ‘wat je wilt’, of juist bij het niet maken van een keuze of het doen wat je eigenlijk niet wilt. Toch raadt de Wiccan Rede ons aan om in ieder geval te doen wat we willen en hierbij in ieder geval de schade naar beste vermogen proberen te beperken door het gebruik van ons gezonde verstand.

Tarotdeck

In het voorbeeld hierboven ben ik uitgegaan van iemand die bij de keuze op wat voor manier hij zijn Ware Wil gaat doen alleen maar hoeft te overwegen hoe hij zichzelf het minste schaadt. Dat is al best complex, maar er zijn natuurlijk ook veel situaties waarin we met onze keuzes niet alleen onszelf maar ook anderen kunnen schaden. Hoe gaan we daar mee om? Kiezen we dan die optie waarvan we verwachten dat hij de minste totaalschade bij zowel onszelf als de ander veroorzaakt of laten we schade die we veroorzaken bij de ander zwaarder wegen dan schade aan onszelf? Of juist andersom?

Stel je woont samen met een geliefde en hij of zij krijgt een herseninfarct en raakt zwaar invalide en afhankelijk van zorg. Eigenlijk zouden jullie je ‘Ware Wil’ gaan doen en de wereld rondzeilen. Dat kan nu niet meer en je staat voor een zware keus. Doe je wat je wilt dan schaad je je geliefde doordat hij/zij voor de rest van haar leven opgenomen moet worden in een verpleeghuis en daar omringd is en verzorgd wordt door vreemden. Maar doe je niet wat je wilt dan schaad je jezelf doordat je je ‘Ware Wil’ met al je dromen overboord moet zetten en de rest van je leven aan huis gebonden bent in de rol van persoonlijk verpleegkundige van je geliefde.

De eerste vraag die je je nu moet stellen is uiteraard of je nog wel op zeilreis wilt gaan nu dat in je eentje moet, ook een ‘Ware Wil’ kan veranderen. Maar als dat zo is dan denk ik dat de Wiccan Rede je aanraadt om toch te gaan; “doe wat je wilt” staat immers voor “mits het niets schaadt”. Uiteraard schaad je hierbij je geliefde maar bij niet gaan schaad je jezelf. Verder is de meeste schade aan je geliefde niet door jou veroorzaakt maar door de natuur. Dat is weliswaar heel naar; maar ook iets waar niemand iets aan kan doen, ook jij niet, en dus kun je je afvragen of je je verplicht moet voelen om deze door de natuur veroorzaakte schade te verlichten ten koste van schade aan jezelf. Of je wens om je ‘Ware Wil’ te volgen egoïstischer is dan de eventuele wens van je geliefde dat je dat niet doet. En uiteraard zijn ook hier weer veel verschillende versies mogelijk zoals definitief op zeilreis rond de wereld, een langere tijd op zeilreis en daarna bij je geliefde blijven, bij je geliefde blijven en periodiek een kortere zeilreis maken of een grote zeilboot kopen, die bemannen met een matroos en een verpleegster en je geliefde ondanks alles meenemen op zeilreis.

Dit zijn complexe en emotioneel beladen dilemma’s waar geen standaard goed of fout antwoord op is maar waarbij de Wiccan Rede van situatie tot situatie en van persoon tot persoon opnieuw afgewogen moet worden om tot de meest passende keuze en handelswijze te komen.
De situatie hierboven kan nog complexer worden als er ook nog (minderjarige) kinderen in het spel zijn. Het volgen van je ‘Ware Wil’ en op zeilreis gaan heeft dan behalve voor je geliefde ook altijd schade tot gevolg voor deze kinderen. Maar waar je bij je geliefde nog kon stellen dat de schade aan hem/haar door de natuur of het noodlot was toegebracht gaat dit bij de kinderen niet op. Die worden extra geschaad door de beslissing die jij neemt om al dan niet je ‘Ware Wil’ te volgen. Ook hier is het weer een kwestie van kijken hoe je de Wiccan Rede in deze situatie uitlegt en welke verschillende handelingsopties en keuzemogelijkheden je hebt. Het blijft balanceren.

Bij het voorbeeld hierboven ging het vooral om de vraag of schade aan andere persoon ‘erger’ is dan schade aan jezelf, maar de Wiccan rede heeft het uitdrukkelijk over ‘niets schaden’ en dat gaat dus verder dan alleen mensen.

Veel mensen kiezen er op basis van de Wiccan Rede voor om vegetarisch of veganistisch te eten. Dat heeft niets met hun ‘Ware Wil’ te maken, het is niemands hoogste levensdoel om plantaardig te eten, maar uitsluitend met het deel over ‘niets schaden’. Het idee is uiteraard dat je door een dier te laten doden voor consumptie schade aan dat dier toebrengt. In principe kan een mens prima zonder vlees, en met een beetje vitamine B12 ook zonder andere dierlijke voeding, dus je schaadt er jezelf niet mee. Maar omdat je toch voedsel nodig hebt, zul je als vegetariër of veganist wel planten moet eten. En hoe zit het dan met ‘niet schaden’?
Is het doden van een dier een ergere manier van ‘schaden’ dan het in de bloei van z’n leven uit de grond rukken van een krop sla? Het hangt er natuurlijk van af of je deze vraag aan een varken of aan een krop sla stelt, maar zelf denk ik van niet. In beide gevallen beëindig je een leven en het feit dat een krop sla daar minder hard bij schreeuwt dan een varken wil niet zeggen dat hij het minder erg vindt.

Maar aangezien je toch moet eten om te leven en ‘te kunnen doen wat je wilt’ ontkom je er niet aan om schade toe te brengen aan een dier of plant. Om dan toch je keuze zoveel mogelijk in overeenstemming met de Wiccan Rede te laten zijn zou je kunnen kijken in hoeverre het wezen dat je gaat schaden in staat is geweest bij leven zijn, haar of hets Ware Wil te doen.
Een dier dat uit de bio-industrie afkomstig is heeft een leven geleid dat uitsluitend was afgestemd op de belangen van de industrie en heeft niet of nauwelijks natuurlijk gedrag kunnen vertonen en ook zijn of haar ‘Ware Wil’ niet kunnen doen. Een bio-industrievarken wil in de modder wroeten maar krijgt hier nooit de kans voor. Ik denk dat het eten van dergelijke dieren niet past bij de Wiccan Rede. Maar voor dieren die wel hebben kunnen leven naar hun eigen natuur en wil, dieren uit het wild en in mindere mate dieren uit de biologische veeteelt geldt dat wel en consumptie hiervan zou wellicht wel binnen de Wiccan Rede passen. En voor planten geldt eigenlijk hetzelfde, een watertomaat uit kassen heeft minder naar de eigen ‘Ware Wil’ kunnen groeien en leven dan een biologische tomaat uit eigen tuin.
Naast de schade aan het wezen dat gegeten gaat worden en de mate waarin dat naar eigen natuur en wil heeft kunnen leven en doen, kun je kijken naar de schade van consumptie aan het grote geheel, de Aarde zelf. Door sojabonen te eten die aan de andere kant van de wereld verbouwd zijn op grond waar eerst regenwoud was, zou je wel eens meer schade kunnen toebrengen dan door het eten van een varken dat zijn/haar leven heeft gesleten in een vreselijke vleesfabriek waar de uitstoot van broeikasgassen wordt opgevangen door filters. Wat weegt dan zwaarder, schade aan het varken of aan de Aarde?

Het lijkt zo simpel, “Doe wat je wilt mits het niets schaadt”, maar de complexiteit van het leven zit vol met keuzes en dilemma’s waarbij de Wiccan Rede geen kant en klare oplossingen biedt maar ‘slechts’ een ethische leidraad vormt. Een ‘oude raad’ die je kunt gebruiken om per situatie alle opties af te wegen en zo tot die oplossing te komen waarvan je verwacht dat die je met de minste schade het beste je ‘Ware Wil’ laat doen. En zo moet het zijn want heksen zijn vrije, volwassen en (hopelijk) verstandige mensen die hun eigen keuzes moeten kunnen maken. Goede keuzes, maar ook foute om van te leren.
Heksen mogen dat.

Informatie:

Samuel Bercholz & Sherab Chödzin Kohn (1993) De stroom ingaan: Boeddha’s leven en leer.
Fred Lamond (1997) Religion without beliefs; essays in pantheist theology, comparative religion and ethics.
René Ransdorp
(2007) Zwervend met Zhuang Zi; wegwijs in de taoïstische filosofie.
Bertrand Russell (1946) Geschiedenis der Westerse filosofie.
Eva Wong (1997) Taoïsme: geschiedenis, filosofie en beoefening van een Chinese spirituele traditie.

Wikipedia

YGGDRASIL, Natuurlijke Spiritualiteit
www.jackstoop.eu

 

 

Dit bericht is geplaatst in Artikelen met de tags , , , , . Bookmark de permalink.

Eén reactie op Alles mag en niks moet. Ethiek van de hekserij

  1. Jetske schreef:

    In aansluiting van jouw interessante artikel over de herkomst van het Doe wat je wil … enz. wil ik toch erop wijzen dat deze frase niet in 1e instantie van Rabelais nog van Crowley afkomstig is maar bij toeval is ontdekt door vrijmetselaar Jules Doinel 1842/1903, een archivaris van de bibliotheek van Orleans (Frankrijk).
    Hij vond een middeleeuws manuscript uit 1022 geschreven door een zekere Stephen, een kannunik van de kathedraal van Orleans die als ketter was verbrand voor zijn pre-Kathaarse gnostische leerstellingen. Kort en goed, Doinel stichtte hierdoor de 1e gnostische kerk in 1890, de neo-gnostische “Eglise gnostic France. Hij noemde zich “Valentinus II bisschop en benoemde elf titualaire bisshoppen waaronder één Sophia (vrouwelijke bisschop). Deze kerk accepteert tot op de dag van vandaag wijding van vrouwen en het homohuwelijk.
    Francois Rabelais leefde pas in 1494 dus was vele jaren later dan kannunik Stephen.
    Heel veel gebruiken uit de Eglise Gnostique zijn door de Golden Dawn en zelfs de traditionele wicca (voor het merendeel onbewust is mijn opinie) overgenomen. Zoals in de wicca-rituelen het gebruik van zwaard, athame, staf/staven, pentakel. Hoewel ook veel van die tools door Frances Barret zijn benoemd. De manier van het consacreren van zout, water, wierook en kaarslicht wat in eerste instantie door de Golden Dawn is overgenomen en in de rituelen van de traditionele wicca zijn weerschijn vindt.
    Aleister Crowley maakte ook gebruik van de kennis der Golden Dawn en heeft dat verder uitgewerkt in zijn thelema concept.
    Volgens mij hebben wij, wicca’s toch ongemerkt veel overgenomen van de Katharen secu pre-kathaarse leerstellingen, alhoewel die katharen zich volgens mij in hun graf zouden omdraaien bij het zien van al die bij elkaar geraapte en geleende ideeën.
    Dus … dankzij Jules Doinel hebben wij die prachtige strofe: “”Fais ce que tu veux…” of “Do what Thou wilt”, Doe wat je Wil”welke later uitgebreid werd met een meer moralistische conditionele voorspelling; want vanuit het christelijk kader bezien, wat in 1e plaats eigenlijk werd bedoeld, krijg je toch een ietwat andere betekenis. Want dan wordt de Alziene God erbij betrokken.

    Met vriendelijke groet, Jetske Dumais

Reacties zijn gesloten.