Recensie: Magische meisjes en Hoe word je een heks?

Hoe word je een heks?
Anne-Marie Boer, tekeningen Els van Egeraat
Leopold, 2009. 55 p. ISBN 978-90-258-5316-7

Magische meisjes. Griezelig goeie gids voor hippe tienerheksen
Ina Vandewijer, met tekeningen van Wim Tilkin
Davidsfonds/Infodok, 2009. 191 p. ISBN 978-90-5908-314-1

Hoewel ik al jarenlang uitkijk naar kinder- en jeugdboeken over heksen en hekserij, was het verschijnen van deze twee me ontgaan. Bij toeval kwam ik erachter dat ze bestaan, en gelukkig kon ik ze tweedehands achterhalen. Het eerste boek ontving ik met een kortingsbon voor de tentoonstelling heksen en Tovenaars die in 2009 te zien was in het Museon in Den Haag. Ook al gemist… 🙁 … maar een mooie bladwijzer.

Ik vind de boeken zo leuk, dat ik ze graag alsnog bespreek.

Het eerste boek is gericht op een jonger publiek dan het tweede. Dat verklaart ook de geringere omvang en de verschillende soorten tekeningen. Leuk is dat Anne-Marie Boer hulp bij het schrijven heeft gekregen van ‘Arwen Evenstar en de heksen van coven Imladris’. Echte heksen dus. En dat merk je aan de adviezen die er worden gegeven, en aan wat er allemaal wel en niet besproken wordt. Arwen vertelt zelf hoe ze aan haar heksennaam komt, en hoe haar heksendagboek eruit ziet. Ze is een stadsheks, maar houdt ook van de natuur. Met haar heksenkring viert ze daarom elk jaar de Dag van de Aarde. Helemaal bijzonder is dat de schrijfster van het boek mee mag naar het heksenfeest van Arwen en haar coven op Midzomer. Daar mogen anders alleen heksen bij zijn…

De lezers krijgen wat te horen over de geschiedenis van heksen, maar ook over de vier elementen en de kracht van zon en maan en over zonnegod en maangodin. Ze leren een droomkussentje te maken en heksenkleren en een heksenhoed.
De tips die worden gegeven aan kinderen die zelf willen toveren, zijn zo geschreven dat ze zich geen buil zullen vallen. Ze leren aarden, de cirkel beschermen en hoe je alleen magie doet om jezelf te veranderen en niet een ander.

Hekserij is geen kinderspel, maar met dit boek begrijpen kinderen wel wat hekserij is, en áls ze er zelf mee aan de slag willen, is dit boek een veilige gids.

Voor tienerheksen in spé, vanaf 11 jaar, is er het boek van ‘Heksemina’, ofwel Ina Vandewijder. Ze claimt dat haar grootmoeder Jozefina ‘het beroemde boek Wiccademie’ heeft geschreven (zie verder het geheime hoofdstuk 5), maar geeft goede informatie over van alles en nog wat. Wicca, hekserij, toveren, maar ook over runen, kruiden, mythische dieren, en onderwerpen als ‘jongens’, veranderende hormonen en kledingtips.
Ook hier goede tips om veilig te ’toveren’ voor de tienerheks die per se al zelf aan de slag wil – voor sommige tieners is de interesse voor hekserij niet anders dan een fase waar ze weer overheen groeien – en tips waar iedereen wat aan kan hebben. ‘De magie van je verbeelding’ naast sporten en yoga. Sommige ouders zullen zich storen aan het advies om alles geheim te houden, maar die moeten zich herinneren wat zij allemaal stiekem deden toen ze een jaar of 12, 13 waren.
Geschikt voor tieners die het leuk vinden om over heksen en zo te lezen, voor tieners die er nu iets mee willen en daarna hun belangstelling verliezen, en voor tieners die interesse blijven houden in hekserij en wicca.

Over Jana

Wicca is mijn religie, achteraf gezien is dat altijd al zo geweest. Ik heb het geluk gehad mensen te leren kennen waarmee het goed klikte. In 1984 hebben zij me ingewijd in een Gardnerian coven. Anders was ik alleen verder gegaan. Mijn ideeën over de rol van man en vrouw komen in wicca terug. Zo ook mijn ideeën over het belang van natuur en milieu: ik vier de jaarfeesten en eet de groenten van het seizoen. En de Wiccan Rede ('Doe wat je wilt, mits het niemand schaadt') was al mijn lijfspreuk voor ik wicca leerde kennen.
Dit bericht is geplaatst in Boeken met de tags , . Bookmark de permalink.